Boekverslag: De donkere kamer van Damokles
?1 Primaire gegevens
Titel: De donkere kamer van Damokles
Auteur: Willem Frederik Hermans
Jaar van Uitgave: 1958
?2 Korte samenvatting
Henri Osewoudt woont in Voorschoten. Zijn moeder heeft in een vlaag van waanzin haar man vermoord. Osewoudt werd opgevoed door zijn oom, Bart Nauta, in Amsterdam. Osewoudt had tijdens de middelbare schooltijd nauwelijks contact met anderen, hij trouwde op 18-jarige leeftijd met zijn nicht Ria en zette toen de sigarenzaak zijn vader in Voorschoten voort. Zijn moeder en Moorlag (een theologiestudent) wonen bij hem in. De oorlog breekt uit, daarom gaat Osewoudt bij de burgerwacht. Hij moet een filmpje ontwikkelen voor luitenant Dorbeck (die sprekend op Osewoudt lijkt). Osewoudt begraaft Dorbecks uniform in de tuin. Hij ontwikkelt films voor Dorbeck, maar ziet slechts zwarte vlekken. Osewoudt schiet dan, samen met Z?w?ster, in opdracht van Dorbeck twee mannen in Haarlem neer.
Jaren later (in 1944) hoort Osewoudt weer iets van Dorbeck. Hij schrijft hem een brief met het verzoek de foto's naar postbus 234 in Den Haag te sturen. Hij ziet dat een heilsoldate de brief uit de bus haalt. Osewoudt wordt opgebeld door Elly Sprenkelback Meijer (een Engelse agente). Ze heeft een van de opgestuurde foto's. Osewoudt brengt haar naar oom Bart. De Duitsers nemen Ria en mevr. Osewoudt gevangen. Osewoudt haalt in Leiden valse persoonsbewijzen voor Elly en hem, laat zijn haar zwart verven door Marianne Sondaar (de ondergedoken Joodse studente Mirjam Zettenbaum) en duikt onder. Marianne gaat met Elly's persoonsbewijs naar oom Bart; Elly is verdwenen. Osewoudt voert een twistgesprek met zijn oom. In opdracht van Dorbeck ruimt Osewoudt samen met een leidster van de Jeugdstorm in Lunteren een zekere Lagendaal (die voor de Gestapo werkt) uit de weg.
In Amsterdam gaat Osewoudt met Marianne naar de bioscoop; op het doek verschijnt een oproep tot zijn aanhouding. Hij vlucht, maar wordt opgepakt en komt na verhoor en marteling in Den Haag in het ziekenhuis terecht. Gemaskerde mannen 'ontvoeren' hem naar Leiden. Bij Labare ontmoet hij Marianne weer; ze worden verliefd op elkaar. 's Nachts weet Osewoudt via een singel aan Duitse overvallers te ontkomen; even later wordt hij toch gearresteerd. Ebernuss (een homoseksuele Duitser) beweert hem goed gezind te zijn.
Marianne is in verwachting. Ebernuss moet uitzoeken of Dorbeck bestaat. Daartegenover staat dat Osewoudt hem moet meenemen naar de soci?teit voor ondergrondse helden in Amsterdam. Osewoudt vergiftigd Ebernuss. In een leegstaand huis fotografeert Osewoudt zichzelf en Dorbeck in de spiegel. Dorbeck vertelt dat Ria samenwoont met de zoon van de drogist. In verpleegstersuniform bezoekt Osewoudt Marianne in de kraamkliniek; hun kind is overleden. Osewoudt rijdt met een Duitser mee naar Voorschoten, doodt Ria en de Duitser en arriveert met hulp van de illegalen en een arts in Breda. Hij meldt zich bij het hoofdkwartier van de Nederlandse strijdkrachten, wordt gearresteerd en naar Engeland gebracht, later naar het kamp Achtste Exlo?rmond. Osewoudt wordt aangezien voor landverrader. Selderhorst behandelt zijn zaak, maar niemand kan aantonen dat Osewoudt een verzetsheld is. Dorbeck is namelijk onvindbaar, Jagtman en Moorlag zijn dood en Marianne is in Palestina. Dan wordt de Leica gevonden, maar de foto met Dorbeck is mislukt. Wanhopig rent Osewoudt weg; hij wordt neergeschoten en overlijdt ter plaatse.
?1 Informatie over de schrijver
Hermans werd geboren op 1 september 1921. Hij studeerde fysische geografie in Amsterdam en promoveerde in 1955. Van 1958 tot 1973 was hij lector in Groningen tot hij na allerlei conflicten ontslag nam en in Parijs ging wonen.
Ik heb zoals gezegd het boek "De donkere kamer van Damokles" gekozen. Andere boeken van Hermans zijn: "Nooit meer slapen", "Herinneringen van een engelbewaarder", "Onder professoren" en "Uit talloos veel miljoenen ".
De romans van Hermans hebben als belangrijkste kenmerk dat het personale romans zijn met als hoofdpersoon iemand die nergens bij hoort en de wereld met wantrouwen en cynisme beziet. In "De donkere kamer van Damokles" (uit 1958) (zijn meesterwerk) komt dit aspect sterk naar voren. Hermans is vaak aangeklaagd op de meningen die de hoofdpersonen in zijn boeken hebben. Het perspectief van de hoofdpersoon was echter niet altijd dezelfde als die van de auteur. In al zijn romans komt tevens naar voren dat de mens een wezen is dat geen greep heeft op de realiteit. We zijn slachtoffers van de omstandigheden en van onze verkeerde kijk op de wereld. De wereld is een "Donkere kamer" waarin we tastend rond stommelen en voortdurend ons hoofd stoten en die ons soms noodlottig wordt.
Naast romans schreef Hermans ook verhalenbundels, novellen, gedichten, toneelstukken, reisverslagen en biografie?n. Zijn essays zorgden er voor dat Hermans met zo'n beetje iedereen in Nederland ruzie heeft gehad, wat hem veel kritiek maar ook hulde opleverde. De meeste artikelen over Hermans literaire vijanden zijn gebundeld in "Manderijnen op zwavelzuur". Naast collega-schrijvers moesten ook linkse idee?n het ontgelden. Uit zijn essays blijkt net als uit zijn boeken een groot wantrouwen tegen alles wat pretendeert de waarheid in pacht te hebben, of dat nu een godsdienst is of een politieke ideologie.
?2 Recensie
Uit: Trouw, 23 november 2002
Titel Henri Osewoudt huilt alleen van buiten
Recensent: Rob Schouten
In de eerste alinea zegt de recensent dat hij het boek in ??n ruk uitlas. Dit is zeker waar; ik kon maar moeilijk het boek opzij leggen. Meestal doe ik er erg lang over om een boek uit te lezen, omdat ik niet al te snel lees en ik vaak alleen ?s avonds de tijd heb om te lezen. Maar ?De donkere kamer van Damokles? nam ik zelfs mee naar school, om in een tussenuur verder te kunnen lezen.
Ik heb het boek niet meer dan ??n keer gelezen, maar de recensent heeft wel gelijk dat het boek een onuitwisbare indruk achterlaat na het gelezen te hebben. Dat komt doordat je echt meeleeft met Henri Osewoudt. Alle gebeurtenissen die hij meemaakt zitten erg ingewikkeld in elkaar; hij moet een aantal mensen vermoorden, krijgt een relatie met een Joods meisje, wordt verschillende keren opgepakt en weer even vrijgelaten of hij ontsnapt gewoonweg, en dat allemaal terwijl zijn dubbelganger nog veel ergere dingen heeft gedaan, en hij daarvoor vastzit.
Je gaat je inderdaad, zoals de recensent zegt, denken dat Osewoudt zelf niet goed bij zijn hoofd is. Je gaat twijfelen of hij Dorbeck niet gewoon verzonnen heeft, door alles wat hij heeft meegemaakt in de oorlog en toen hij jong was. Wie weet heeft hij er als klein jongetje wel wat aan overgehouden toen zijn vader door zijn moeder werd vermoord. Het vervelende is, dat ook de lezer niet achter de echte waarheid komt. Osewoudt gaat namelijk op het einde dood, zonder dat hij Dorbecks bestaan heeft kunnen aantonen, en zonder dat de politie zijn bestaan niet heeft kunnen aantonen.
In de vierde alinea zegt de recensent dat de Tweede Wereldoorlog tegenwoordig op een andere manier wordt beschreven dan in de tijd dat ?De donkere kamer van Damokles? is geschreven. Dat is natuurlijk logisch, want wij staan er nu veel verder vanaf dan toen. Dit boek werd in 1958 geschreven, en toen zat de Tweede Wereldoorlog nog vers in het geheugen. Inmiddels zijn we ruim 60 jaar verder dan toen de oorlog begon, en zijn veel mensen die de oorlog ?cht meegemaakt hebben al dood.
Het boek zit vol actie, zoals de recensent ook al zegt. De lezer rolt van de ene gebeurtenis in de andere, welke vaak ook erg onverwacht zijn. Eigenlijk kun je niet begrijpen dat Osewoudt werkelijk die mensen vermoord. Elke keer denk je weer dat hij het uiteindelijk t?ch niet zal doen. Maar hij doet het wel. En hij doet het allemaal voor Dorbeck, waar hij heel erg tegenop kijkt. Het is zijn grote voorbeeld.
?Het lijkt wel of de schrijver zelf voortdurend getroffen wordt door het bordje in Osewoudts winkel ?Hebt u niets vergeten.? ? Dit zegt de recensent in de vijfde alinea. Dit vind ik een heel goede opmerking, wat mij zelf overigens niet eens opgevallen was. Maar nu hij dit zegt, vind ik dat hij wel gelijk heeft. Een argument hiervoor staat achter de netgenoemde zin.
Ook tegenwoordig nog is ?De donkere kamer van Damokles? een populair boek. Dat merk ik zelfs gewoon om me heen; veel leerlingen en zeker ook leraren hebben het boek gelezen. En ik denk dat vrijwel iedereen in ieder geval de titel van het boek kent. De recensent denkt dat de blijvende populariteit van ?De donkere kamer van Damokles? vooral te danken is aan de fusie tussen veelbewogen gebeurtenissen en zakelijke beschrijving. Hier ben ik het volledig mee eens; er moet veel spanning in een boek zitten, anders wordt het saai. Die spanning is zeer duidelijk aanwezig in dit boek. Er zijn erg veel onverwachte en niet-dagelijks-voorkomende gebeurtenissen, waar erg veel mensen van houden. Een voorspelbaar boek is nooit leuk, en dat is ?De donkere kamer van Damokles? zeker niet.
HOOFDSTUK III
?1 De opbouw van de roman
De opbouw van het verhaal is ?ab ovo?; vrijwel het hele verhaal wordt chronologisch verteld en begint bij het begin.
Het verhaal begint namelijk wanneer de hoofdpersoon, Henri Osewoudt, twaalf jaar is en uit school komt. Eenmaal thuis aangekomen, bij de sigarenwinkel van zijn vader, krijgt Osewoudt te horen dat er een verschrikkelijk ongeluk is gebeurd; zijn vader is dood. Vervolgens gaat hij bij zijn oom Bart wonen. Alle gebeurtenissen verlopen dan chronologisch.
De vertelde tijd loopt van ongeveer 1932 (Osewoudts jeugd) tot 27 december 1945. Er zijn wel enkele sprongen in de tijd, maar deze zijn klein (bijvoorbeeld drie weken later).
?2
Titel en ondertitel
De titel van het boek luidt: ?De donkere kamer van Damokles?. De donkere kamer slaat op de foto?s die Osewoudt ontwikkelt in een donkere kamer. Deze foto?s zijn erg belangrijk en duiken steeds weer op. E?n van de foto?s moet aan het eind van het verhaal het bewijs leveren dat Osewoudt onterecht gevangen zit. Op de foto staat hij namelijk samen met zijn dubbelganger Dorbeck, waar de politie hem voor aanziet. Zonder deze foto kan hij niet bewijzen dat Dorbeck bestaat.
De donkere kamer zou ook nog kunnen slaan op de cellen waar Osewoudt in gevangen wordt gehouden.
?Damokles? komt van de uitdrukking: ?Het zwaard van Damokles? en duidt op een voortdurende dreiging. Deze dreiging ervaart Osewoudt, omdat de foto gevonden moet worden.
Het boek heeft geen ondertitel.
Thema
Ik dacht dat het thema ?de Tweede Wereldoorlog? zou zijn. Dit speelt natuurlijk ook een hele grote rol, omdat het verhaal zich in de tijd van de Tweede Wereldoorlog afspeelt.
Een belangrijker thema is echter: zelf de werkelijkheid wel weten, maar niet kunnen aantonen welke dat is. Osewoudt kan namelijk zonder de foto niet aantonen dat Dorbeck bestaat, maar zelf blijft hij volhouden dat hij bestaat. Je ziet echter alles door de ogen van Osewoudt, en op een gegeven moment ga je z?lf twijfelen of Dorbeck niet een verzinsel is, omdat gewoon niet verschijnt op de momenten dat hij moet verschijnen. Bovendien komen er zoveel onwerkelijke gebeurtenissen voor in het verhaal, dat je snel aan sommige dingen gaat twijfelen.
Osewoudt krijgt verschillende opdrachten van Dorbeck, zoals bepaalde mensen uit de weg ruimen. Maar eigenlijk weet Osewoudt niets van Dorbeck, en de lezer dus ook niet. Als Dorbeck wel bestaan heeft, wie was hij dan en wat deed hij? Zelfs na het boek helemaal gelezen te hebben blijf je met vragen zitten. Je hebt geen greep meer op de realiteit en dat is denk ik de hoofdgedachte van dit boek. De mens is slachtoffer van omstandigheden en toevalligheden.
?3 Verhaaltheorie
De hoofdpersoon in dit boek is Henri Osewoudt. Op vroege leeftijd wordt zijn vader vermoord door zijn moeder. Hierop gaat Osewoudt bij zijn oom Bart en zeven jaar oudere nicht Ria wonen. Na een aantal jaar trouwt hij met Ria, en neemt de sigarenwinkel van zijn vader over. Zijn moeder is dan inmiddels uit de inrichting ontslagen en komt bij hun wonen. Osewoudt doet aan judo, is lelijk, klein, heeft blond haar, een hoge stem en geen baardgroei. Zijn vrouw Ria is eveneens lelijk en heeft Osewoudt jarenlang seksueel misbruikt toen hij bij hen woonde, waarvan hij dacht dat het heel normaal was.
Op een zekere dag komt er een man in de sigarenwinkel, die sprekend op Osewoudt lijkt. Dit blijkt later Dorbeck te zijn, en is het ?geslaagde exemplaar? van Osewoudt. Hij heeft zwart haar, is dapper en officier in het leger. Osewoudt kijkt heel erg tegen hem op en wil erg op hem lijken, dat maakt hem sterker.
Dorbeck vraagt Osewoudt een filmrolletje te ontwikkelen. Dit doet Osewoudt, en er blijken vier foto?s op het rolletje te staan. Vanaf dan keren deze foto?s steeds terug, telkens wanneer er een nieuwe opdracht is voor Osewoudt.
Op een gegeven moment moet Osewoudt zijn haar zwart laten verven, om niet te worden herkend. Met het meisje dat in de kapperszaak werkt en zijn haar zwart verft, krijgt Osewoudt een relatie. Ze heet Marianne Sondaar en is een mooi, Joods meisje. Haar echte naam is Mirjam Zettenbaum. Ze heeft haar naam veranderd vanwege de oorlog en het antisemitisme. Zelf heeft ze haar haar blond geverfd. Het is echter een ongelukkige liefde. Ze krijgt een kindje van Osewoudt, maar deze wordt dood geboren. Later moet ze naar de kibboets in Palestina.
Er komen nog een aantal andere personen in het boek voor, maar deze komen t? weinig voor om er een duidelijke beschrijving van te geven.
HOOFDSTUK IV
Ik ben het boek gaan lezen naar aanleiding van een tip van mijn docente Nederlands. Ik had al vaker van het boek gehoord, maar wist niet dat de gebeurtenissen zich tijdens de Tweede Wereldoorlog afspelen. En omdat het onderwerp binnen mijn kern de Tweede Wereldoorlog is, leek het mij een geschikt boek.
In het begin vond ik het boek eerlijk gezegd een beetje saai; er zat niet echt spanning in, hoewel Osewoudt wel de opdrachten van Dorbeck uit moest voeren. Maar hij doet er tamelijk onverschillig over; het kwam op mij over alsof het vermoorden van mensen Osewoudt koud liet. Het ging er enkel en alleen om iets goed te doen voor Dorbeck. Doordat Osewoudt het uitvoeren van de opdrachten niet echt spannend vond, was dat voor de lezer ook niet het geval, omdat je alles door de ogen van Osewoudt meemaakt.
Ongeveer op de helft van het boek wordt het spannend, als blijkt dat Osewoudt verdacht wordt bij de politie voor het vermoorden van verschillende mensen. Wanneer Osewoudt op een avond samen met zijn vriendin Marianne in de bioscoop zit, ziet hij zijn eigen foto met een oproep ernaast aan alle mensen die deze persoon herkennen om het zo snel mogelijk door te geven aan de politie. Dan merkt Osewoudt dat het menens is, en vlucht uit de bioscoop. Hij heeft natuurlijk wel misdaden gepleegd, maar dit alles in opdracht van een andere man, Dorbeck. Niemand gelooft echter dat Dorbeck bestaat, behalve Marianne. Daarom is het spannend om te lezen hoe het verder zal gaan; zal Dorbeck ooit gevonden worden en zal Osewoudt dan eindelijk vrij worden gelaten wanneer hij, deels ten onrechte, gevangen zit? Het einde is zeer tragisch: Osewoudt gaat dood, zonder dat ooit bewezen is dat Dorbeck echt bestaat.
Er zijn natuurlijk enkele parallellen te vinden tussen het eerste boek binnen mijn kern, ?De Aanslag? en ?De donkere kamer van Damokles?. Ten eerste hebben ze allebei iets te maken met de Tweede Wereldoorlog. Maar bij ?De donkere kamer van Damokles? zit je midden in de Tweede Wereldoorlog, bij ?De Aanslag? is dat alleen in het begin het geval, wanneer de aanslag gepleegd wordt.
Ten tweede verliezen beide hoofdpersonen een of meerdere familieleden op jonge leeftijd; Anton, de hoofdpersoon in ?De Aanslag? verliest zijn ouders en zijn broer, Osewoudt, de hoofdpersoon in ?De donkere kamer van Damokles? verliest zijn vader. Weliswaar niet door toedoen van de oorlog, maar het is wel een belangrijke overeenkomst. Bovendien verliest Osewoudt later zijn moeder, wat wel door toedoen van de oorlog was. Ze is namelijk gevangen genomen door de Duitsers, na vrijlating zwerft ze op straat rond en overleeft dat uiteindelijk niet. Ook verliest Osewoudt zijn vrouw Ria, maar dat heeft hij zelf gedaan; hij vermoordt zijn vrouw om wraak op haar te nemen, omdat ze verkering heeft met een NSB?er. In zekere zin verliest hij later ook nog zijn vriendin Marianne, wanneer zijn in de kibboets in Palestina zit. Hij ziet haar namelijk tot het einde van het boek niet meer terug.
En ten derde komen de hoofdpersonen in beide boeken na het overlijden van deze familieleden bij hun oom en tante terecht, waar ze verder opgroeien.
Nu volgt een citaat waaruit duidelijk het thema ?zelf de werkelijkheid wel weten, maar niet kunnen aantonen welke dat is? blijkt.
Blz. 317
- Ik had het? Als ik Dorbeck nooit ontmoet had?
- Die Dorbeck-geschiedenis, geloof je daar zelf in?
- Wat bedoelt u?
- Geloof werkelijk dat Dorbeck echt bestaan heeft, dat je hem herhaalde malen ontmoet hebt en dat hij je allerlei opdrachten heeft gegeven? Kijk eens hier, Henri, val mij niet in de rede! Ik bedoel niet dat je niet goed bij je hoofd bent, helemaal niet! Maar de oorlog is een tijd geweest van enorme spanningen, voor ons allemaal. Het kan zijn dat je toen, op ogenblikken van grote vermoeidheid, gedacht hebt dat Dorbeck bestond, dat hij je opbelde, dat hij je boodschappen stuurde achterop foto?s geschreven, enzovoorts enzovoorts. (?) Kijk eens, wij maken allemaal fouten, ik bedoel maar dit. Als je het mij vraagt: je gelooft toch zeker zelf ook niet in het bestaan van Dorbeck! Je hebt er vroeger, tijdens geestelijke inzinkingen, in geloofd, maar nu geloof je het niet meer. Je blijft alleen volhouden omdat je in het nauw zit.
(?)
- Dokter, u moet zich niets laten wijsmaken door luie politiemannen die te stom zijn om Dorbeck op te sporen. U moet ze niet geloven dat Dorbeck niet bestaat. Ik heb het bewijs geleverd. Ik heb aangewezen waar zijn uniform begraven lag in mijn tuin en zij hebben het opgegraven.
- Wat is de bewijskracht van een uniform dat ergens begraven ligt? Stond er op geschreven dat het Dorbeck?s uniform was?
- Wiens uniform zou het anders zijn? Ik heb altijd gezegd dat Dorbeck als een tweelingbroer op mij leek, dat hij even groot was als ik. En het uniform dat opgegraven is in mijn tuin, zou voor mij op maat gemaakt hebben kunnen zijn. Wat wil men dan eigenlijk nog meer?
- Hoe weet je dat het uniform jou paste? Heb je het aangetrokken?
- Nee.
- Waarom niet?
- Het was vergaan in de natte grond. Het viel uit elkaar zodra zij het aanraakten. Maar de grootte ervan, was nog makkelijk vast te stellen.
- Wat is de kracht van een bewijsstuk dat uit elkaar valt zodra je het aanraakt?
Bij dit fragment merk je dat Osewoudt wel bewijzen heeft, maar hij kan er niets mee. Hij staat machteloos, wat erg frustrerend is. Hij weet wel wat werkelijk waar is, maar hij kan het niet aantonen. Niemand gelooft hem, iedereen denkt dat Dorbeck een verzinsel. Deze overtuiging wordt versterkt doordat Dorbeck nergens meer opduikt. Niemand heeft hem ooit gezien, en degenen die hem wel gezien hebben zijn allemaal dood. Dan wordt het heel erg lastig om zijn bestaan te bewijzen. Tenzij de foto wordt gevonden waarop ze met zijn twee?n opstaan, maar toen dit rolletje gevonden werd en ontwikkeld, stond die foto er niet op. Nu twijfelt de lezer ook of Dorbeck wel echt bestaat en in ieder geval bestaan heeft.
Willem Frederik Hermans wordt op 1 september 1921 geboren in het Diaconessenhuis aan de Overtoom in Amsterdam. Hij groeit op in een Amsterdams onderwijzersgezin. Zijn oudere zus is hem, vooral door zijn vader, altijd tot voorbeeld gesteld, maar Hermans blijft in haar schaduw staan. Zijn vader zegt hem dat hij niets kan, dat hij meer op zijn zus Corry zou moeten lijken. Hij haat haar. Zijn zus zal slechts 21 jaar oud worden. Als de Duitsers in mei 1940 Nederland binnenvallen, plegen zij en haar neef Piet Blind, met wie ze een geheime relatie had, zelfmoord. Deze gebeurtenis verandert zijn leven in meerdere opzichten. Hij is 18 als ze sterft en vanaf dat moment komt een einde aan zijn jeugd. De dood van zijn zus markeert ook een ander punt: de oorlog. Op het moment dat Nederland capituleert pleegt zij zelfmoord. Het zou goed kunnen dat dit voor de jonge Hermans aanvoelde als verraad. Als het erop aankomt, geeft zij op. De oorlogsjaren en de zelfmoord van zijn zus versterken het beeld dat hij van de wereld heeft: dat de wereld chaotisch is.
Boek informatie
- De donkere kamer van Damokles
- Willem Frederik Hermans
- Nederlands
Handige opties
- Meer boeken van:Willem Frederik Hermans