Boekverslag: De val
Primaire gegevens:
Auteur: Marga Minco. De schrijfster gebruikt een pseudoniem. Haar werkelijke naam is Sara Voeten - Menco.
Titel: De Val
Ondertitel: geen ondertitel
Uitgever: Wolters-Noordhoff (grote lijsters), Groningen, 1998
1e druk: 1983 (door uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam)
Titelverklaring: De titel heeft meerdere betekenissen:
- In het einde van het boek overlijdt Frieda Borgstein door de val in de put.
- Doordat Frieda van de trap viel toen de SD haar man en kinderen arresteerden werd ze daardoor niet gezien. De val van de trap heeft haar leven toen gered.
- Frieda heeft, nadat haar man en kinderen waren opgepakt, haar hele leven gedacht dat ze in de val was gelokt door de man die haar naar Zwitserland zou brengen.
Motto: De schrijfster gebruikt als motto een citaat uit het werk van de Amerikaanse schrijver Saul Bellow, waarin wordt gezegd dat de mens het leven niet kan begrijpen.
?I imagine, sometimes, that if a film could be made of one?s life, every other frame would be death. It goes so fast we?re not aware of it. Destruction and resurrection in alternate beats of being, but speed makes it seem continuous. But you see, kid, with ordinary consciousness you can?t even begin to know what?s happening.?
SAUL BELLOW (THE DEAN?S DECEMBER)
(vertaling)
Ik kan me voorstellen dat, als er een film wordt gemaakt over iemands leven, dat elk ander onderwerp de dood zou zijn. Het leven gaat zo snel dat we er niet van bewust zijn. Vernielingen en wederopstaan in wisselende snelheden, maar de snelheid laat het net onafgebroken lijken. Maar kijk jong, met je normale bewustzijn kan je niet eens beginnen te weten wat er aan de hand is.
Thema en Motieven:
Thema: Toeval lijkt mij samen met oorlogservaringen het beste thema.
De grote rol die toeval speelt wordt eigenlijk pas duidelijk als je aan het einde er door Hein Kessels op wordt gewezen hoe toevallig het was dat Frieda net boven was.
Oorlogservaringen is ook een goed thema, omdat de oorlog Frieda?s leven sterk be?nvloedt. De oorlog mag dan wel voorbij zijn maar Frieda raakt de gedachten eraan niet kwijt.
Motieven: - Berekeningen en exacte tijdstippen - Liefde: - de liefde van Frieda voor man en kinderen
- de liefde van Ben voor Olga (de dochter van Frieda)
- de liefde van meneer Marks voor Frieda
- de liefde van Carla voor Verstrijen
- de liefde van Rena van Straten voor de architect die langs zou komen
- Toeval: - Als Frieda niet van de trap was gevallen, was ze meegenomen door de SD.
- Als de put met een hek was afgezet dan was Frieda er niet in gevallen.
- Weer: het was koud, er was een harde wind en sneeuw.
- Dood: de dood van Frieda, van haar man en van de kinderen.
- Grijs: - Verstrijen had grijsblauwe ogen - het gemeentebusje was grijs
- het busje van de SD was grijs
- grijze wolken
- grijze haren
- de foto?s waren grijs
Personen:
De hoofdpersoon van het boek is Frieda Borgstein.
Frieda Borgstein is een zorgzame oude eigenwijze vrouw, die toen haar familie opgepakt werd, toevallig van de trap viel. Ze bleef de rest van haar leven alleen en eenzaam achter.
Ze voert graag berekeningen uit. En na de oorlog werd ze boekhouder op een groothandelskantoor.
Ze denkt steeds aan vroeger en heeft altijd een foto van haar man, Jacob, bij zich. Soms krijg je het idee dat ze een beetje dement wordt. Frieda is geen feestvierend persoon, want ze heeft, nadat haar man en kinderen waren opgepakt, veertig jaar lang haar verjaardag niet meer gevierd. Maar omdat ze na de dag die in het boek beschreven wordt vijfentachtig werd, vond ze het leuk om het nu wel eens te doen.
Verdere belangrijke personen zijn:
Ben Abels: Ben Abels is eenvoudig en hartelijk. Hij komt na dertig jaar weer terug in zijn geboortestad en krijgt een baan als manusje-van-alles in het tehuis waar Frieda, de moeder van Olga, een vroegere vriendin van Ben, woont. Hij is de enige die Frieda Borgstein echt begrijpt en haar helpt.
Bien Hijmans: Bien Hijmans is het hoofd van de huishouding in het bejaardentehuis waar Frieda woont. Ze is erg emotioneel en maakt vaak een sc?ne.
Rena van Straten: Rena van Straten is de directrice van het bejaardentehuis. Ze heeft echt hart voor de bejaarden. Ze geeft goed leiding en is een beetje ijdel.
Hein Kessels: Hein Kessels is een vage en een beetje na?eve figuur. Tegenover Frieda heeft hij zich laf gedragen.
Baltus: Baltus is een onverschillend en niet-nadenkend persoon. Hij werkt samen met Verstrijen voor de gemeentewerken. Hij heeft weinig verantwoordelijkheidsgevoel, want hij vindt het niet nodig om rondom de put hekken te zetten.
Verstrijen: Verstrijen is een man van midden dertig Hij is het tegengestelde van Baltus. Hij heeft meer hart voor de zaak, maar heeft huwelijksproblemen. Hij vindt het leuk als aantrekkelijke vrouwen belangstelling voor hem hebben.
Perspectief en verteller:
Het perspectief ligt bij de verteller en de hij / zij vorm wordt afgewisseld door de ik-vorm.
Het perspectief is een auctoriaal perspectief, want hij weet de gedachten van iedereen die in het boek voorkomt.
De verteller is een alwetende verteller, omdat er over Frieda en andere personen wordt
verteld (hij / zij vorm) en soms vertelt Frieda zelf ook nog wat (ik vorm).
Spanning:
Tijd: Het verhaal speelt zich af rond het jaar 1982. Alles vindt ongeveer in ??n dag plaats. Er is soms wel sprake van tijdvertraging, want soms gaat de verteller een onderwerp helemaal in details uitleggen. Het verhaal is niet-chronologisch. Want men kijkt soms terug in de tijd.
Tijdlagen: Het verhaal heeft twee tijdlagen. De ene tijdlaag is het heden in het boek, 1982. Het is de dag voor de dag waarop Frieda 85 wordt. De andere tijdlaag is het verleden. Het is de tijd van de oorlog wanneer Frieda?s man en kinderen zijn opgepakt. Deze tijdlaag is van rond 1942.
Flashback: Er wordt in het boek vaak gebruik gemaakt van een flashback naar de tijd waarin Frieda?s man en kinderen nog leefden en het moment waarop haar man en kinderen werden opgepakt door de SD. De flashbacks zijn de gedachten van Frieda aan het verleden.
Ruimte: Het verhaal speelt zich voornamelijk af in het bejaardentehuis van Frieda. Het bejaardentehuis ligt tegenover de gebouwen van de Sociale Dienst en het gemeentelijk energiebedrijf. In het bejaardentehuis is het gezellig en er heerst een rustige sfeer. Het is echt winterweer met harde vorst en koude wind.
Perspectief: Er is sprake van een wisselend perspectief. Er zijn twee verhaallijnen. In de ene verhaallijn wordt Frieda?s leven behandeld. En in de andere verhaallijn worden de twee gemeentemonteurs Baltes en Verstrijen behandeld.
Conclusie: Doordat het boek uit twee verhaallijnen bestaat ontstaat er een soort spanning: je vermoedt dat de twee verhaallijnen uiteindelijk bij elkaar moeten komen, maar je weet nog niet hoe. Het weer wekt ook een bepaalde spanning op. Het is slecht weer. Als het mooi weer was geweest dan was de spanning een stuk minder. Omdat het verhaal uit twee tijdlagen bestaat word je nieuwsgierig, want de reden van het oppakken van Frieda?s man en kinderen ontdek je pas aan het einde van het boek.
Uiteindelijk was het boek niet heel erg spannend, maar er was wel in redelijke mate spanning aanwezig in het boek.
Waardering:
Het boek boeide me erg, het was een zeer mooi boek en apart om te lezen. Ik las het boek in een adem uit. Ik kan echt iedereen aanraden om eens een boek van Marga Minco te lezen. Ik ga na dit boek in ieder geval nog wel andere boeken van Marga Minco lezen.
Ik vond dat het boek wel een apart onderwerp had, omdat het iets is wat je over het algemeen nooit in een boek tegenkomt. Toeval is wel iets waar veel over geschreven is, maar in deze vorm ben ik het nog nooit tegengekomen. Het is eens iets anders.
Het verhaal eromheen is zo werkelijk beschreven en herkenbaar, omdat het eigenlijk gewoon ?normaal? leven is zonder grote problemen. Dit verhaal zou iedereen kunnen gebeuren. Dit in tegenstelling tot veel andere boeken. Daarin staan probleemverhalen die niet iedereen treffen.
Iets wat ik ook erg apart vind aan het verhaal, is dat het zich in zo?n korte tijd afspeelt. Het duurt niet eens een hele dag en daarom is het eigenlijk ook zo gedetailleerd. Hierdoor lijkt het veel op een normale dag zoals je die zelf ook meemaakt.
Het verhaal is, vind ik, goed opgebouwd. Van wat er die oorlogsavond toen Frieda?s man en de kinderen opgepakt werden is verteld in stukken, maar je komt het wel bijna allemaal te weten. Buiten deze flashbacks spelen twee verhaallijnen. Eerst kreeg je een stukje tekst over Frieda en daarna ??n over de twee arbeiders Baltus en Verstrijen die met de put bezig zijn. In het begin was het verhaal een beetje moeilijk te begrijpen. Dit kwam mede doordat je veel dingen van Frieda nog niet wist, maar op het einde van het verhaal kom je erachter wat deze twee zaken met elkaar te maken hebben. Hierdoor blijf je wel aan het lezen, want het maakt je nieuwsgierig. De twee verhaallijnen spelen zich om en om af. Je krijgt daardoor het gevoel dat het op hetzelfde moment gebeurt.
Het boek is in gemakkelijk te begrijpen Nederlands geschreven, zonder erg veel moeilijke en lange zinnen, waardoor je snel en goed kunt lezen en je niet steeds hoeft af te vragen wat de betekenis van een bepaald woord is.
Het is een heel mooi goed geschreven verhaal en het laat ook goed zien dat in deze tijd nog steeds mensen zijn die hun ervaringen van de oorlog maar niet kunnen vergeten.
Het thema is goed te ontdekken als je het verhaal leest en komt op het einde letterlijk ter sprake. Dan besef je eigenlijk pas dat het hele verhaal gebaseerd is op het toeval. Ik vind het wel leuk van Marga Minco dat ze op het einde van het verhaal het thema letterlijk vermeldt.
Toen ik De Val tussen mijn bestelde Grote Lijsters thuis kreeg vond ik het een dun boekje, en dacht dat er niet veel aan was om te lezen, maar ondanks zijn geringe inhoud heeft De Val veel te vertellen.
Wat ik ook wel heel goed vind van Marga Minco het boek eigenlijk pas begint bij de val in de put, maar daarmee ook gelijk eindigt. Het einde is tevens een onverwacht einde, want je denkt dat er eigenlijk iets anders met de hoofdpersoon gaat gebeuren in plaats van dat ze dood gaat. Mijn uiteindelijke conclusie, wat uit bovenstaande al naar voren is gekomen, is dat ik het een
zeer goed boek vind.
Auteur: Marga Minco. De schrijfster gebruikt een pseudoniem. Haar werkelijke naam is Sara Voeten - Menco.
Titel: De Val
Ondertitel: geen ondertitel
Uitgever: Wolters-Noordhoff (grote lijsters), Groningen, 1998
1e druk: 1983 (door uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam)
Titelverklaring: De titel heeft meerdere betekenissen:
- In het einde van het boek overlijdt Frieda Borgstein door de val in de put.
- Doordat Frieda van de trap viel toen de SD haar man en kinderen arresteerden werd ze daardoor niet gezien. De val van de trap heeft haar leven toen gered.
- Frieda heeft, nadat haar man en kinderen waren opgepakt, haar hele leven gedacht dat ze in de val was gelokt door de man die haar naar Zwitserland zou brengen.
Motto: De schrijfster gebruikt als motto een citaat uit het werk van de Amerikaanse schrijver Saul Bellow, waarin wordt gezegd dat de mens het leven niet kan begrijpen.
?I imagine, sometimes, that if a film could be made of one?s life, every other frame would be death. It goes so fast we?re not aware of it. Destruction and resurrection in alternate beats of being, but speed makes it seem continuous. But you see, kid, with ordinary consciousness you can?t even begin to know what?s happening.?
SAUL BELLOW (THE DEAN?S DECEMBER)
(vertaling)
Ik kan me voorstellen dat, als er een film wordt gemaakt over iemands leven, dat elk ander onderwerp de dood zou zijn. Het leven gaat zo snel dat we er niet van bewust zijn. Vernielingen en wederopstaan in wisselende snelheden, maar de snelheid laat het net onafgebroken lijken. Maar kijk jong, met je normale bewustzijn kan je niet eens beginnen te weten wat er aan de hand is.
Thema en Motieven:
Thema: Toeval lijkt mij samen met oorlogservaringen het beste thema.
De grote rol die toeval speelt wordt eigenlijk pas duidelijk als je aan het einde er door Hein Kessels op wordt gewezen hoe toevallig het was dat Frieda net boven was.
Oorlogservaringen is ook een goed thema, omdat de oorlog Frieda?s leven sterk be?nvloedt. De oorlog mag dan wel voorbij zijn maar Frieda raakt de gedachten eraan niet kwijt.
Motieven: - Berekeningen en exacte tijdstippen - Liefde: - de liefde van Frieda voor man en kinderen
- de liefde van Ben voor Olga (de dochter van Frieda)
- de liefde van meneer Marks voor Frieda
- de liefde van Carla voor Verstrijen
- de liefde van Rena van Straten voor de architect die langs zou komen
- Toeval: - Als Frieda niet van de trap was gevallen, was ze meegenomen door de SD.
- Als de put met een hek was afgezet dan was Frieda er niet in gevallen.
- Weer: het was koud, er was een harde wind en sneeuw.
- Dood: de dood van Frieda, van haar man en van de kinderen.
- Grijs: - Verstrijen had grijsblauwe ogen - het gemeentebusje was grijs
- het busje van de SD was grijs
- grijze wolken
- grijze haren
- de foto?s waren grijs
Personen:
De hoofdpersoon van het boek is Frieda Borgstein.
Frieda Borgstein is een zorgzame oude eigenwijze vrouw, die toen haar familie opgepakt werd, toevallig van de trap viel. Ze bleef de rest van haar leven alleen en eenzaam achter.
Ze voert graag berekeningen uit. En na de oorlog werd ze boekhouder op een groothandelskantoor.
Ze denkt steeds aan vroeger en heeft altijd een foto van haar man, Jacob, bij zich. Soms krijg je het idee dat ze een beetje dement wordt. Frieda is geen feestvierend persoon, want ze heeft, nadat haar man en kinderen waren opgepakt, veertig jaar lang haar verjaardag niet meer gevierd. Maar omdat ze na de dag die in het boek beschreven wordt vijfentachtig werd, vond ze het leuk om het nu wel eens te doen.
Verdere belangrijke personen zijn:
Ben Abels: Ben Abels is eenvoudig en hartelijk. Hij komt na dertig jaar weer terug in zijn geboortestad en krijgt een baan als manusje-van-alles in het tehuis waar Frieda, de moeder van Olga, een vroegere vriendin van Ben, woont. Hij is de enige die Frieda Borgstein echt begrijpt en haar helpt.
Bien Hijmans: Bien Hijmans is het hoofd van de huishouding in het bejaardentehuis waar Frieda woont. Ze is erg emotioneel en maakt vaak een sc?ne.
Rena van Straten: Rena van Straten is de directrice van het bejaardentehuis. Ze heeft echt hart voor de bejaarden. Ze geeft goed leiding en is een beetje ijdel.
Hein Kessels: Hein Kessels is een vage en een beetje na?eve figuur. Tegenover Frieda heeft hij zich laf gedragen.
Baltus: Baltus is een onverschillend en niet-nadenkend persoon. Hij werkt samen met Verstrijen voor de gemeentewerken. Hij heeft weinig verantwoordelijkheidsgevoel, want hij vindt het niet nodig om rondom de put hekken te zetten.
Verstrijen: Verstrijen is een man van midden dertig Hij is het tegengestelde van Baltus. Hij heeft meer hart voor de zaak, maar heeft huwelijksproblemen. Hij vindt het leuk als aantrekkelijke vrouwen belangstelling voor hem hebben.
Perspectief en verteller:
Het perspectief ligt bij de verteller en de hij / zij vorm wordt afgewisseld door de ik-vorm.
Het perspectief is een auctoriaal perspectief, want hij weet de gedachten van iedereen die in het boek voorkomt.
De verteller is een alwetende verteller, omdat er over Frieda en andere personen wordt
verteld (hij / zij vorm) en soms vertelt Frieda zelf ook nog wat (ik vorm).
Spanning:
Tijd: Het verhaal speelt zich af rond het jaar 1982. Alles vindt ongeveer in ??n dag plaats. Er is soms wel sprake van tijdvertraging, want soms gaat de verteller een onderwerp helemaal in details uitleggen. Het verhaal is niet-chronologisch. Want men kijkt soms terug in de tijd.
Tijdlagen: Het verhaal heeft twee tijdlagen. De ene tijdlaag is het heden in het boek, 1982. Het is de dag voor de dag waarop Frieda 85 wordt. De andere tijdlaag is het verleden. Het is de tijd van de oorlog wanneer Frieda?s man en kinderen zijn opgepakt. Deze tijdlaag is van rond 1942.
Flashback: Er wordt in het boek vaak gebruik gemaakt van een flashback naar de tijd waarin Frieda?s man en kinderen nog leefden en het moment waarop haar man en kinderen werden opgepakt door de SD. De flashbacks zijn de gedachten van Frieda aan het verleden.
Ruimte: Het verhaal speelt zich voornamelijk af in het bejaardentehuis van Frieda. Het bejaardentehuis ligt tegenover de gebouwen van de Sociale Dienst en het gemeentelijk energiebedrijf. In het bejaardentehuis is het gezellig en er heerst een rustige sfeer. Het is echt winterweer met harde vorst en koude wind.
Perspectief: Er is sprake van een wisselend perspectief. Er zijn twee verhaallijnen. In de ene verhaallijn wordt Frieda?s leven behandeld. En in de andere verhaallijn worden de twee gemeentemonteurs Baltes en Verstrijen behandeld.
Conclusie: Doordat het boek uit twee verhaallijnen bestaat ontstaat er een soort spanning: je vermoedt dat de twee verhaallijnen uiteindelijk bij elkaar moeten komen, maar je weet nog niet hoe. Het weer wekt ook een bepaalde spanning op. Het is slecht weer. Als het mooi weer was geweest dan was de spanning een stuk minder. Omdat het verhaal uit twee tijdlagen bestaat word je nieuwsgierig, want de reden van het oppakken van Frieda?s man en kinderen ontdek je pas aan het einde van het boek.
Uiteindelijk was het boek niet heel erg spannend, maar er was wel in redelijke mate spanning aanwezig in het boek.
Waardering:
Het boek boeide me erg, het was een zeer mooi boek en apart om te lezen. Ik las het boek in een adem uit. Ik kan echt iedereen aanraden om eens een boek van Marga Minco te lezen. Ik ga na dit boek in ieder geval nog wel andere boeken van Marga Minco lezen.
Ik vond dat het boek wel een apart onderwerp had, omdat het iets is wat je over het algemeen nooit in een boek tegenkomt. Toeval is wel iets waar veel over geschreven is, maar in deze vorm ben ik het nog nooit tegengekomen. Het is eens iets anders.
Het verhaal eromheen is zo werkelijk beschreven en herkenbaar, omdat het eigenlijk gewoon ?normaal? leven is zonder grote problemen. Dit verhaal zou iedereen kunnen gebeuren. Dit in tegenstelling tot veel andere boeken. Daarin staan probleemverhalen die niet iedereen treffen.
Iets wat ik ook erg apart vind aan het verhaal, is dat het zich in zo?n korte tijd afspeelt. Het duurt niet eens een hele dag en daarom is het eigenlijk ook zo gedetailleerd. Hierdoor lijkt het veel op een normale dag zoals je die zelf ook meemaakt.
Het verhaal is, vind ik, goed opgebouwd. Van wat er die oorlogsavond toen Frieda?s man en de kinderen opgepakt werden is verteld in stukken, maar je komt het wel bijna allemaal te weten. Buiten deze flashbacks spelen twee verhaallijnen. Eerst kreeg je een stukje tekst over Frieda en daarna ??n over de twee arbeiders Baltus en Verstrijen die met de put bezig zijn. In het begin was het verhaal een beetje moeilijk te begrijpen. Dit kwam mede doordat je veel dingen van Frieda nog niet wist, maar op het einde van het verhaal kom je erachter wat deze twee zaken met elkaar te maken hebben. Hierdoor blijf je wel aan het lezen, want het maakt je nieuwsgierig. De twee verhaallijnen spelen zich om en om af. Je krijgt daardoor het gevoel dat het op hetzelfde moment gebeurt.
Het boek is in gemakkelijk te begrijpen Nederlands geschreven, zonder erg veel moeilijke en lange zinnen, waardoor je snel en goed kunt lezen en je niet steeds hoeft af te vragen wat de betekenis van een bepaald woord is.
Het is een heel mooi goed geschreven verhaal en het laat ook goed zien dat in deze tijd nog steeds mensen zijn die hun ervaringen van de oorlog maar niet kunnen vergeten.
Het thema is goed te ontdekken als je het verhaal leest en komt op het einde letterlijk ter sprake. Dan besef je eigenlijk pas dat het hele verhaal gebaseerd is op het toeval. Ik vind het wel leuk van Marga Minco dat ze op het einde van het verhaal het thema letterlijk vermeldt.
Toen ik De Val tussen mijn bestelde Grote Lijsters thuis kreeg vond ik het een dun boekje, en dacht dat er niet veel aan was om te lezen, maar ondanks zijn geringe inhoud heeft De Val veel te vertellen.
Wat ik ook wel heel goed vind van Marga Minco het boek eigenlijk pas begint bij de val in de put, maar daarmee ook gelijk eindigt. Het einde is tevens een onverwacht einde, want je denkt dat er eigenlijk iets anders met de hoofdpersoon gaat gebeuren in plaats van dat ze dood gaat. Mijn uiteindelijke conclusie, wat uit bovenstaande al naar voren is gekomen, is dat ik het een
zeer goed boek vind.
De achternaam was eigenlijk Menco, maar een ambtenaar verwisselde (per ongeluk) de klinker.Geboren in een orthodox joods gezin gaat Minco in 1938 werken bij de Bredasche Courant. Daar wordt zij in mei 1940 op last van Duits-gezinde commissarissen ontslagen, nog voor dat de Duitsers hun anti-joodse maatregelen zouden afkondigen.
Boek informatie
- De val
- Sara Menco
- Nederlands
Handige opties
- Meer boeken van:Marga Minco