Werkstuk: Olifant
De naam olifant komt van het woord Elaph een Hebreeuws woord voor ivoor.
Er zijn twee soorten olifanten, de Afrikaanse en de Indische. De verschillen tussen die twee zijn dat de Afrikaanse olifant een holle rug, grote oren, bolle kop, lange slagtanden een gerimpelde slurf en twee vingers aan het uiteinde van zijn slurf heeft. De Indische heeft precies het tegenovergestelde, een aflopende rug, kleine oren een vooruitstekende kop, korte of geen slagtanden een gladde slurf en een vinger aan het uiteinde van zijn slurf heeft.
Olifanten zijn de grootste dieren op aarde. Het mannetje, een Bul weegt ongeveer 6000 kg. Bullen zijn groter dan wijfjes, Koeien. Olifanten zoeken 16 uur per dag voedsel. Ze eten dagelijks 170 kg. voedsel, en drinken 160 l. water. Olifanten zijn planteneters. In 24 uur kunnen tien olifanten 1 ton mest produceren. Een tand van een volwassenen olifant weegt ongeveer 4,5 kg. Met z?n slagtanden kan hij zo een auto doorboren.
Olifanten leven in families. Ze leven in graslanden en bossen. De groep wordt meestal begeleid door sterkste wijfje. De wijfjes blijven heel hun leven in de groep. Mannetjes verlaten de groep al ze 12 tot 16 jaar oud zijn. Dan leven ze in groepen die uitsluitend uit mannetjes bestaat. Soms sluiten volwassenen stieren zich bij de groep aan die uit wijfjes bestaat.
Een grote groep olifanten heet een kudde. De olifanten kunnen goed met elkaar overweg en zorgen goed voor elkaar.
Olifanten steken hun oren zijwaarts en laten snuivende en trompetterende geluiden horen om de vijand weg te jagen. Een echte aanval begint zonder waarschuwing. Ze houden hun slurf naar een kant en duwt zijn slagtanden naar voren. De slagtanden groeien heel hun leven door. Hij gebruikt ze ook om te helpen met eten en te zoeken naar zout in de grond, want dat is belangrijk voor de olifant. Een olifant gebruikt de ene slagtand meer dan de ander. Om eten beter te kauwen heeft de olifant grote tanden met scherpe randen. Hij heeft maar vier tanden in zijn bek. Hij krijgt er heel zijn leven 24. Als de laatste vier afslijten kan hij niet meer kauwen en gaat hij dood.
Elke dag bedekken ze hun huid met modder. De modder voorkomt dat de huid uitdroogt en beschermt tegen insecten beten. De modder helpt ook bij genezing bij een wond.
Als een wijfje 12 tot 15 jaar is kan ze een baby krijgen. Meestal is dat er een. Olifanten baby?s heten kalveren. De moeder draagt de baby 2 jaar lang. Geen enkel ander dier is zo lang zwanger. Het kalf is behaard en heeft melktanden. Een paar uur na de geboorte kan de kalf al lopen. Na 2 dagen kan het al de kudde bijhouden. Een pasgeboren kalf is 1 meter lang en weegt 120 kg. Hij drinkt melk bij de moeder. Na 6 maanden begint hij gras en andere planten te eten. Maar drinkt nog wel 2 jaar melk bij de moeder. Hij moet ook nog veel leren, hoe hij zijn slurf moet gebruiken, wat hij kan eten, de regels en z?n plaats in de familie.
Tegenwoordig vechten de Afrikaanse en de Indische olifant voor zijn leven. Er zijn nog ongeveer 750.000 Afrikaanse en 30.000 Indische olifanten op aarde. Het grootste probleem is het ruimte gebrek. Ze hebben uitgestrekte gebieden nodig om te leven. Maar daar zijn nu veel akkers en dorpen. Hun slagtanden zijn veel geld waard, daarvoor vermoorden stropers olifanten.
Er zijn twee soorten olifanten, de Afrikaanse en de Indische. De verschillen tussen die twee zijn dat de Afrikaanse olifant een holle rug, grote oren, bolle kop, lange slagtanden een gerimpelde slurf en twee vingers aan het uiteinde van zijn slurf heeft. De Indische heeft precies het tegenovergestelde, een aflopende rug, kleine oren een vooruitstekende kop, korte of geen slagtanden een gladde slurf en een vinger aan het uiteinde van zijn slurf heeft.
Olifanten zijn de grootste dieren op aarde. Het mannetje, een Bul weegt ongeveer 6000 kg. Bullen zijn groter dan wijfjes, Koeien. Olifanten zoeken 16 uur per dag voedsel. Ze eten dagelijks 170 kg. voedsel, en drinken 160 l. water. Olifanten zijn planteneters. In 24 uur kunnen tien olifanten 1 ton mest produceren. Een tand van een volwassenen olifant weegt ongeveer 4,5 kg. Met z?n slagtanden kan hij zo een auto doorboren.
Olifanten leven in families. Ze leven in graslanden en bossen. De groep wordt meestal begeleid door sterkste wijfje. De wijfjes blijven heel hun leven in de groep. Mannetjes verlaten de groep al ze 12 tot 16 jaar oud zijn. Dan leven ze in groepen die uitsluitend uit mannetjes bestaat. Soms sluiten volwassenen stieren zich bij de groep aan die uit wijfjes bestaat.
Een grote groep olifanten heet een kudde. De olifanten kunnen goed met elkaar overweg en zorgen goed voor elkaar.
Olifanten steken hun oren zijwaarts en laten snuivende en trompetterende geluiden horen om de vijand weg te jagen. Een echte aanval begint zonder waarschuwing. Ze houden hun slurf naar een kant en duwt zijn slagtanden naar voren. De slagtanden groeien heel hun leven door. Hij gebruikt ze ook om te helpen met eten en te zoeken naar zout in de grond, want dat is belangrijk voor de olifant. Een olifant gebruikt de ene slagtand meer dan de ander. Om eten beter te kauwen heeft de olifant grote tanden met scherpe randen. Hij heeft maar vier tanden in zijn bek. Hij krijgt er heel zijn leven 24. Als de laatste vier afslijten kan hij niet meer kauwen en gaat hij dood.
Elke dag bedekken ze hun huid met modder. De modder voorkomt dat de huid uitdroogt en beschermt tegen insecten beten. De modder helpt ook bij genezing bij een wond.
Als een wijfje 12 tot 15 jaar is kan ze een baby krijgen. Meestal is dat er een. Olifanten baby?s heten kalveren. De moeder draagt de baby 2 jaar lang. Geen enkel ander dier is zo lang zwanger. Het kalf is behaard en heeft melktanden. Een paar uur na de geboorte kan de kalf al lopen. Na 2 dagen kan het al de kudde bijhouden. Een pasgeboren kalf is 1 meter lang en weegt 120 kg. Hij drinkt melk bij de moeder. Na 6 maanden begint hij gras en andere planten te eten. Maar drinkt nog wel 2 jaar melk bij de moeder. Hij moet ook nog veel leren, hoe hij zijn slurf moet gebruiken, wat hij kan eten, de regels en z?n plaats in de familie.
Tegenwoordig vechten de Afrikaanse en de Indische olifant voor zijn leven. Er zijn nog ongeveer 750.000 Afrikaanse en 30.000 Indische olifanten op aarde. Het grootste probleem is het ruimte gebrek. Ze hebben uitgestrekte gebieden nodig om te leven. Maar daar zijn nu veel akkers en dorpen. Hun slagtanden zijn veel geld waard, daarvoor vermoorden stropers olifanten.