Werkstuk: Diabetes mellitus
Inhoudsopgave:
Blz. 3: Wat is Diabetes Mellitus
Blz. 4: Hoeveel soorten Diabetes Mellitus bestaan er?
Blz. 5: Wat is het verschil tussen type 1 en type 2 diabetes?
Blz. 6: Het ontstaan van hyper?s en hypo?s
Blz. 7: Wat heeft insuline voor nut in het lichaam?
Blz. 8: Wat is een insulinepomp?
Blz. 9: Verschillende soorten pompen en spuiten.
Blz. 10: Welke complicaties kunnen optreden bij diabetes?
Blz. 11: Welke verschijnselen kunnen optreden bij diabetes?
Blz. 12: Een interview met de heer klein.
Blz. 13: een familieonderzoek.
Blz. 14: een enqu?te
Wat is Diabetes Mellitus?
Diabetes is een moeilijke ziekte die nooit het zelfde is. Je kan last hebben van Hypo's en hypers daar voel je je vaak beroerd van. Als je een hypo hebt dan wil dat zeggen dat je op dat moment teveel insuline en te weinig koolhydraten in je lichaam aanwezig zijn. Je moet dan altijd wat extra eten en drinken waar extra suikers in zitten. Soms kan je wel eens te diep in een hypo zitten en dan moet er glucose gespoten worden, dat is een soort supersuiker die je uit een hypo haalt. Alleen als je echt in een diepe hypo zit moet je wel eens naar het ziekenhuis waar je dan een infuusje toe gediend krijgt met suiker vloeistof.
Met een hyper is het net anders om teveel koolhydraten en te weinig insuline in je lichaam. Bijspuiten is dan de enige remedie die helpt. Je kan ook in coma raken maar dan moet je wel extreem hoog zitten met je bloedsuiker je moet dan altijd naar het ziekenhuis waar ze je dan behandelen. Je hebt altijd last van bij verschijnselen.
Hoeveel soorten Diabetes Mellitus bestaan er?
Er bestaan 2 soorten diabetes mellitus type 1 en type 2.
Bij type 1 produceert de alvleesklier veel te weinig of helemaal geen insuline. Deze mensen die dit hebben moeten voortaan worden ingespoten met insuline, ze noemt deze vorm dan ook wel diabetes afhankelijke vorm.
de dokter zal zo iemand op insuline 'instellen' en dat betekend dat de mensen die deze ziekte hebben waarschijnlijk meerdere malen per dag moet spuiten.
Hoe beter instellen, des te kleiner is de kans op complicaties ten gevolge van de diabetes. Er moet wel evenwicht ontstaan tussen glucose, insuline en energie verbruik. Soms wil dit wel eens mis gaan. Dit gebeurd bijvoorbeeld bij stress,emoties, extra inspanning, ander voedsel of als er een andere ziekte optreedt. bij te weinig glucose in het bloed (hypo) kunnen er klachten optreden als duizeligheid, zweten en beven. Door regelmatige controles en zeker wanneer iemand signalen geeft als moeheid,sufheid,veel drinken en vaak plassen, kunnen risico's vermeden worden.
Bij diabetes type 2 wordt er behandeld met een dieet en er worden tabletten voorgeschreven.
Bij dit type hoeft men meestal geen insuline-injecties.
Vaak is het bij deze vorm van diabetes zo dat de cellen minder gevoelig zijn geworden voor insuline .
deze vorm komt voor bij 40 plussers en vaak is men ook te zwaar.
Daarom wordt er een dieet voorgeschreven .
vaak is de insuline huishouding weer in orde als iemand afvalt.
Is dat niet zo of was iemand al slank, dan zal de dokter
bloedglucose verlagende tabletten voorschrijven en misschien in combinatie met een dieet.
Soms is het ook nodig dat ze uiteindelijk toch moet gaan spuiten.
Wat is het verschil tussen type 1 en type 2 diabetes?
Het verschil Type 1 Type 2
Wanneer krijg je diabetes type 1 of 2. Type 1 diabetes krijg je meestal voor je 40ste jaar. Je alvleesklier maakt geen insuline meer aan, je moet dus altijd spuiten. Bij dit type heb je ook een dieet. Type 2 kun je op latere leeftijd krijgen en word vaak ook ouderdom?s diabetes genoemd. Je schildklier werkt vaak dan nog wel. Met een dieet en tabletten kun je je diabetes regelen. Bij type 2 komt het heel vaak voor dat je toch moet gaan spuiten.
Symptomen Heel veel drinken , heel veel plassen, veel gewichtsverlies. Dit wordt veroorzaakt omdat het lichaam op zoek is naar insuline en dat op deze manier probeert op te nemen. Je lichaam verzuurt als het ware dit heet keto-acidose, als je je urine wel eens controleert met zo'n "plasstripje kun je dat zien als de vlakjes paars verkleuren. Bij type 2 drinkt en plast men ook wel meer dan normaal maar dan in mindere mate. Het gevaar van een keto-acidose is hier niet van toepassing. Vaak is er sprake van een overgewicht in plaats van gewicht?s afname. Bij type 2 kan het vaak jaren duren dat men diabetes ontdekt wat dus best wel erg vervelend kan zijn.
Behandeling Met insuline en een dieet. Met een dieet. Met tabletten.Of in het ergste geval met insuline.
Oorzaak De eilandjes van Langerhans functioneren niet meer. Vaak (!) overgewicht, erfelijkheid.
Wat heeft insuline voor nut in het lichaam?
Insuline word door de alvleesklier gemaakt en dan in het bloed afgegeven. Insuline zorgt ervoor dat de glucose door de lichaamscellen kan worden opgenomen. Glucose wordt gevormd uit koolhydraten. Een lichaamscel is net een huis met een deur. Die deur moet worden geopend met een sleutel. Insuline is eigenlijk een sleutel. En zonder sleutel gaat de deur van de cel niet open. Als je geen insuline hebt dan blijft de glucose in het bloed en stijgt de bloedglucose. Ik zei net al dat de insuline word gemaakt in de alvleesklier. Om wat preciezer te zijn word insuline gemaakt in de zogenaamde B?ta cellen, dit zijn een soort eilandjes die in het midden van de alvleesklier liggen. Ze worden daarom ook wel de eilandjes van Langerhans genoemd. Ze zijn vernoemd naar de onderzoeker Paul Langerhans. Insuline heeft meer taken dan alleen zorgen dat de glucose in de cellen komt. Insuline zorgt er ook voor dat in de spiercellen, levercellen en vetcellen een voorraadje energie word opgeslagen. Als je dan een tijdje niet eet heb je toch wat extra energie in je lichaam. Insuline stimuleert dus om glucose op te slaan in de vorm van vetten, dat is ook een belangrijke energiebron om de cellen in ons lichaam draaiende te houden.
Hieronder ziet u de eilandjes van langerhans
Wat is een insulinepomp?
Een insulinepomp is een apparaatje wat je bij je draagt.
In de pomp gaat insuline, meestal snelwerkende insuline.
Maar nu moet die insuline nog wel in jouw lichaam komen.
Je plaatst een naaldje in je buik of bil. Aan dat naaldje komt een slangetje en dat slangetje zit weer aan de pomp vast. Zo komt de insuline in je lichaam.
Als je geen diabetes hebt geeft de alvleesklier constant kleine beetjes insuline af en als je koolhydraten gaat eten maakt de alvleesklier extra insuline. De pomp lijkt een beetje op de gezonde alvleesklier. Hij geeft ook kleine beetjes insuline af (dat heet de basale stand) en als je koolhydraten eet moet je een maaltijdbolus (zo noemen ze dat) geven.
Nou is het niet zo dat die pomp kan nadenken en jouw diabetes wel even regelt. Nee helaas! Je moet zelf de insulinepomp instellen, bedienen en afhankelijk van je gemeten bloedglucose bijstellen.
Je begrijpt dat je dat eerst moet leren. Meestal heb je drie maanden nodig om alles onder de knie te krijgen voor dat je echt overgaat op de insuline
pomp.
dit zijn een paar pompen maar
elke pomp is weer anders!
Spuiten en overige!
De twee linker rijtjes zijn spuiten. Het plaatje links onder is een meter en een spuit in 1. En de onderste van het rechterrijtje is glucose, voor als iemand met diabetes bewusteloos raakt. En rechtsboven is een insuline soort
Welke complicaties kunnen optreden bij diabetes?
De bloedsuikerspiegel bij een persoon zonder diabetes zit tussen de 4 en 8 millimol, en bij een diabetespati?nt kan dit oplopen tot zo?n 20 a 30 millimol.
Bij een al langere bestaande diabetes kunnen als gevolg van een vaak te hoge bloedsuiker complicaties ontstaan.
De meest voorkomende complicaties zijn:
aandoeningen aan de bloedvaten: De wanden van de kleinere bloedvaten worden het snelst beschadigd. Vooral de bloedvaten van de ogen en de nieren worden snel beschadigd. Ook de grotere bloedvaten kunnen beschadigd worden, waardoor hart en vaatziekten kunnen ontstaan. Aderverkalking, hartinfarcten, hersenbloedingen en een verhoogde bloeddruk komen daarom bij diabetespati?nten vaker voor.
Oogcomplicaties: Dunner worden van de bloedvaatjes in het netvlies en stukjes netvlies kunnen afsterven (rethinophatie ) met gevlogen dat je blind bent.
Daarom is het belangrijk dat je je vaak laat controleren door een oogarts.
Retinopathie als gevolg van diabetes
Nierafwijkingen: Deze worden veroorzaakt door stoornissen in de kleine bloedvaatjes van de nier. Dit kan uiteindelijk lijden tot nierdialyse, of transplantatie.
Aantasting van de zenuwen:Klachten als gevoelsstoornissen, tintelingen, spierzwakte en kuitkrampen kunnen hierbij voorkomen. De gevoelsstoornissen zorgen ook dat het pijngevoel minder wordt.
ook belangrijk is een goede voetmassage Omdat in de voeten zowel de zenuwen als de bloedvaten zitten is het goed om de voeten goed te controleren op wondjes en dat soort dingen. Soms kunnen de voeten van diabetespati?nten er zo uit zien:
Welke verschijnselen kunnen optreden bij diabetes?
bij de mensen met type 1 diabetes ontstaan meestal wel duidelijke verschijnselen die vooral als ze samen optreden direct het bestaan van diabetes doen vermoeden. Bij type 2 diabetes kunnen dezelfde klachten optreden als bij type 1. Maar meestal is het maar 1 ding en duurt het vaker jaren voordat ze merken dat je diabetes hebt.
Dit zijn een aantal verschijnselen van diabetes:
- hevige dorst
- veel drinken
- sufheid
- jeuk
- de hele tijd een hongergevoel hebben
- dubbel zien
- wondjes die slecht helen
- slechter gaan zien
sufheid: sufheid en een gebrek aan energie zijn het gevolg van het tekort aan glucose in de weefsels. Wanneer er in de weefsels onvoldoende glucose is om te verbranden, kan men slechts op halve kracht functioneren.
Hongergevoel: wanneer iemand goed eet en toch afvalt is er iets aan de hand. Bij diabetes type 1 is gewichtverlies een kenmerkend verschijnsel. Maar bij type 2 kom je net ook als je niet veel eet heel veel bij.
Jeuk: door het droger worden van de huid kunnen kleine scheurtjes in de opperhuid ontstaan. Dit geeft jeukklachten.
Slechter gaan zien: bij hoge glucosegehalte is het gezichtsvermogen vaak minder. Dit komt door de veranderingen in de vochthoudendheid van de lens.
Dubbel zien: soms ontstaan er bij diabetes klachten over dubbelzien wanneer men een bepaalde kant op kijkt. Dit wordt veroorzaakt door een verlamming van een of meer oogspiertjes doordat een zenuw die de oogspiertjes bestuurt is beschadigd.
Interview met De heer klein
1. Wanneer is het suikerziekte geconstateerd?
Exact op mijn 40e verjaardag.
2. Hoe ging je er toen mee om?
Het was een enorme klap toen ik hoorde dat ik suiker had en omdat er in de familie gevallen waren waarbij spraken was van amputatie van een been
3. Heeft het je leven erg veranderd?
Ja, je krijgt te maken met allemaal beperkingen met voeding er zijn bepaalde dingen die je niet meer mag eten en je moet op vast tijden eten
4. Zijn er nog meerder consequenties of gevolgen?
Ja, al je organen worden op de lange duur aangetast
5. Is de suikerziekte verslechterd in de loop der jaren?
Ja, naar mate je ouder word je minder stabiel. Met name de grotere schommelingen in de suikerwaarde
6. Wat voor medicijnen gebruik je?
Ik gebruik insuline, 2 soorten: insuline kortwerkend voor bij de maaltijden, en lang werkend voor de nacht
7. Waarom gebruikt u insuline?
Suikerziekte houd in dat de pancreas, onderdeel van de alvleesklier, niet meer werkt. De pancreas is al met al slechts 2 gram groot die werkt niet meer en de pancreas geeft normaal insuline af, en omdat die stopt gebruik ik insuline
8. Wat kun je nu niet doen wat andere mensen wel kunnen?
In mijn situatie kan ik alles doen wat andere mensen ook doen ondanks 25 jaar suikerziekte.
9. Waar heb je het meeste last van?
Angst, dat je in coma raakt, oftewel hypo?s
10. Zit het in de familie dat de kinderen, kleinkinderen en/of broers en zussen het ook hebben?
Ja, het zit in de familie
Familieonderzoek
Bij ons in de familie komt het niet zo veel voor, diabetes mellutis was bij onze familie vroeger heel veel, toen had bijna iedereen het. Mijn opa?s opa in dat gezin kwam heel veel diabetes voor ze hadden daar 8 kinderen en van de acht kinderen hadden 6 kinderen diabetes waaronder de opa van mijn opa. De kinderen van mijn opa?s opa hadden bijna geen van hun diabetes, daar had er maar 1 diabetes. De oom van mijn opa had toen diabetes. Mijn opa?s vader dus niet. Toch heeft mijn opa het. Bij de kinderen en klein kinderen van mijn opa heeft niemand diabetes. Maar dat kan natuurlijk altijd nog komen.
Blz. 3: Wat is Diabetes Mellitus
Blz. 4: Hoeveel soorten Diabetes Mellitus bestaan er?
Blz. 5: Wat is het verschil tussen type 1 en type 2 diabetes?
Blz. 6: Het ontstaan van hyper?s en hypo?s
Blz. 7: Wat heeft insuline voor nut in het lichaam?
Blz. 8: Wat is een insulinepomp?
Blz. 9: Verschillende soorten pompen en spuiten.
Blz. 10: Welke complicaties kunnen optreden bij diabetes?
Blz. 11: Welke verschijnselen kunnen optreden bij diabetes?
Blz. 12: Een interview met de heer klein.
Blz. 13: een familieonderzoek.
Blz. 14: een enqu?te
Wat is Diabetes Mellitus?
Diabetes is een moeilijke ziekte die nooit het zelfde is. Je kan last hebben van Hypo's en hypers daar voel je je vaak beroerd van. Als je een hypo hebt dan wil dat zeggen dat je op dat moment teveel insuline en te weinig koolhydraten in je lichaam aanwezig zijn. Je moet dan altijd wat extra eten en drinken waar extra suikers in zitten. Soms kan je wel eens te diep in een hypo zitten en dan moet er glucose gespoten worden, dat is een soort supersuiker die je uit een hypo haalt. Alleen als je echt in een diepe hypo zit moet je wel eens naar het ziekenhuis waar je dan een infuusje toe gediend krijgt met suiker vloeistof.
Met een hyper is het net anders om teveel koolhydraten en te weinig insuline in je lichaam. Bijspuiten is dan de enige remedie die helpt. Je kan ook in coma raken maar dan moet je wel extreem hoog zitten met je bloedsuiker je moet dan altijd naar het ziekenhuis waar ze je dan behandelen. Je hebt altijd last van bij verschijnselen.
Hoeveel soorten Diabetes Mellitus bestaan er?
Er bestaan 2 soorten diabetes mellitus type 1 en type 2.
Bij type 1 produceert de alvleesklier veel te weinig of helemaal geen insuline. Deze mensen die dit hebben moeten voortaan worden ingespoten met insuline, ze noemt deze vorm dan ook wel diabetes afhankelijke vorm.
de dokter zal zo iemand op insuline 'instellen' en dat betekend dat de mensen die deze ziekte hebben waarschijnlijk meerdere malen per dag moet spuiten.
Hoe beter instellen, des te kleiner is de kans op complicaties ten gevolge van de diabetes. Er moet wel evenwicht ontstaan tussen glucose, insuline en energie verbruik. Soms wil dit wel eens mis gaan. Dit gebeurd bijvoorbeeld bij stress,emoties, extra inspanning, ander voedsel of als er een andere ziekte optreedt. bij te weinig glucose in het bloed (hypo) kunnen er klachten optreden als duizeligheid, zweten en beven. Door regelmatige controles en zeker wanneer iemand signalen geeft als moeheid,sufheid,veel drinken en vaak plassen, kunnen risico's vermeden worden.
Bij diabetes type 2 wordt er behandeld met een dieet en er worden tabletten voorgeschreven.
Bij dit type hoeft men meestal geen insuline-injecties.
Vaak is het bij deze vorm van diabetes zo dat de cellen minder gevoelig zijn geworden voor insuline .
deze vorm komt voor bij 40 plussers en vaak is men ook te zwaar.
Daarom wordt er een dieet voorgeschreven .
vaak is de insuline huishouding weer in orde als iemand afvalt.
Is dat niet zo of was iemand al slank, dan zal de dokter
bloedglucose verlagende tabletten voorschrijven en misschien in combinatie met een dieet.
Soms is het ook nodig dat ze uiteindelijk toch moet gaan spuiten.
Wat is het verschil tussen type 1 en type 2 diabetes?
Het verschil Type 1 Type 2
Wanneer krijg je diabetes type 1 of 2. Type 1 diabetes krijg je meestal voor je 40ste jaar. Je alvleesklier maakt geen insuline meer aan, je moet dus altijd spuiten. Bij dit type heb je ook een dieet. Type 2 kun je op latere leeftijd krijgen en word vaak ook ouderdom?s diabetes genoemd. Je schildklier werkt vaak dan nog wel. Met een dieet en tabletten kun je je diabetes regelen. Bij type 2 komt het heel vaak voor dat je toch moet gaan spuiten.
Symptomen Heel veel drinken , heel veel plassen, veel gewichtsverlies. Dit wordt veroorzaakt omdat het lichaam op zoek is naar insuline en dat op deze manier probeert op te nemen. Je lichaam verzuurt als het ware dit heet keto-acidose, als je je urine wel eens controleert met zo'n "plasstripje kun je dat zien als de vlakjes paars verkleuren. Bij type 2 drinkt en plast men ook wel meer dan normaal maar dan in mindere mate. Het gevaar van een keto-acidose is hier niet van toepassing. Vaak is er sprake van een overgewicht in plaats van gewicht?s afname. Bij type 2 kan het vaak jaren duren dat men diabetes ontdekt wat dus best wel erg vervelend kan zijn.
Behandeling Met insuline en een dieet. Met een dieet. Met tabletten.Of in het ergste geval met insuline.
Oorzaak De eilandjes van Langerhans functioneren niet meer. Vaak (!) overgewicht, erfelijkheid.
Wat heeft insuline voor nut in het lichaam?
Insuline word door de alvleesklier gemaakt en dan in het bloed afgegeven. Insuline zorgt ervoor dat de glucose door de lichaamscellen kan worden opgenomen. Glucose wordt gevormd uit koolhydraten. Een lichaamscel is net een huis met een deur. Die deur moet worden geopend met een sleutel. Insuline is eigenlijk een sleutel. En zonder sleutel gaat de deur van de cel niet open. Als je geen insuline hebt dan blijft de glucose in het bloed en stijgt de bloedglucose. Ik zei net al dat de insuline word gemaakt in de alvleesklier. Om wat preciezer te zijn word insuline gemaakt in de zogenaamde B?ta cellen, dit zijn een soort eilandjes die in het midden van de alvleesklier liggen. Ze worden daarom ook wel de eilandjes van Langerhans genoemd. Ze zijn vernoemd naar de onderzoeker Paul Langerhans. Insuline heeft meer taken dan alleen zorgen dat de glucose in de cellen komt. Insuline zorgt er ook voor dat in de spiercellen, levercellen en vetcellen een voorraadje energie word opgeslagen. Als je dan een tijdje niet eet heb je toch wat extra energie in je lichaam. Insuline stimuleert dus om glucose op te slaan in de vorm van vetten, dat is ook een belangrijke energiebron om de cellen in ons lichaam draaiende te houden.
Hieronder ziet u de eilandjes van langerhans
Wat is een insulinepomp?
Een insulinepomp is een apparaatje wat je bij je draagt.
In de pomp gaat insuline, meestal snelwerkende insuline.
Maar nu moet die insuline nog wel in jouw lichaam komen.
Je plaatst een naaldje in je buik of bil. Aan dat naaldje komt een slangetje en dat slangetje zit weer aan de pomp vast. Zo komt de insuline in je lichaam.
Als je geen diabetes hebt geeft de alvleesklier constant kleine beetjes insuline af en als je koolhydraten gaat eten maakt de alvleesklier extra insuline. De pomp lijkt een beetje op de gezonde alvleesklier. Hij geeft ook kleine beetjes insuline af (dat heet de basale stand) en als je koolhydraten eet moet je een maaltijdbolus (zo noemen ze dat) geven.
Nou is het niet zo dat die pomp kan nadenken en jouw diabetes wel even regelt. Nee helaas! Je moet zelf de insulinepomp instellen, bedienen en afhankelijk van je gemeten bloedglucose bijstellen.
Je begrijpt dat je dat eerst moet leren. Meestal heb je drie maanden nodig om alles onder de knie te krijgen voor dat je echt overgaat op de insuline
pomp.
dit zijn een paar pompen maar
elke pomp is weer anders!
Spuiten en overige!
De twee linker rijtjes zijn spuiten. Het plaatje links onder is een meter en een spuit in 1. En de onderste van het rechterrijtje is glucose, voor als iemand met diabetes bewusteloos raakt. En rechtsboven is een insuline soort
Welke complicaties kunnen optreden bij diabetes?
De bloedsuikerspiegel bij een persoon zonder diabetes zit tussen de 4 en 8 millimol, en bij een diabetespati?nt kan dit oplopen tot zo?n 20 a 30 millimol.
Bij een al langere bestaande diabetes kunnen als gevolg van een vaak te hoge bloedsuiker complicaties ontstaan.
De meest voorkomende complicaties zijn:
aandoeningen aan de bloedvaten: De wanden van de kleinere bloedvaten worden het snelst beschadigd. Vooral de bloedvaten van de ogen en de nieren worden snel beschadigd. Ook de grotere bloedvaten kunnen beschadigd worden, waardoor hart en vaatziekten kunnen ontstaan. Aderverkalking, hartinfarcten, hersenbloedingen en een verhoogde bloeddruk komen daarom bij diabetespati?nten vaker voor.
Oogcomplicaties: Dunner worden van de bloedvaatjes in het netvlies en stukjes netvlies kunnen afsterven (rethinophatie ) met gevlogen dat je blind bent.
Daarom is het belangrijk dat je je vaak laat controleren door een oogarts.
Retinopathie als gevolg van diabetes
Nierafwijkingen: Deze worden veroorzaakt door stoornissen in de kleine bloedvaatjes van de nier. Dit kan uiteindelijk lijden tot nierdialyse, of transplantatie.
Aantasting van de zenuwen:Klachten als gevoelsstoornissen, tintelingen, spierzwakte en kuitkrampen kunnen hierbij voorkomen. De gevoelsstoornissen zorgen ook dat het pijngevoel minder wordt.
ook belangrijk is een goede voetmassage Omdat in de voeten zowel de zenuwen als de bloedvaten zitten is het goed om de voeten goed te controleren op wondjes en dat soort dingen. Soms kunnen de voeten van diabetespati?nten er zo uit zien:
Welke verschijnselen kunnen optreden bij diabetes?
bij de mensen met type 1 diabetes ontstaan meestal wel duidelijke verschijnselen die vooral als ze samen optreden direct het bestaan van diabetes doen vermoeden. Bij type 2 diabetes kunnen dezelfde klachten optreden als bij type 1. Maar meestal is het maar 1 ding en duurt het vaker jaren voordat ze merken dat je diabetes hebt.
Dit zijn een aantal verschijnselen van diabetes:
- hevige dorst
- veel drinken
- sufheid
- jeuk
- de hele tijd een hongergevoel hebben
- dubbel zien
- wondjes die slecht helen
- slechter gaan zien
sufheid: sufheid en een gebrek aan energie zijn het gevolg van het tekort aan glucose in de weefsels. Wanneer er in de weefsels onvoldoende glucose is om te verbranden, kan men slechts op halve kracht functioneren.
Hongergevoel: wanneer iemand goed eet en toch afvalt is er iets aan de hand. Bij diabetes type 1 is gewichtverlies een kenmerkend verschijnsel. Maar bij type 2 kom je net ook als je niet veel eet heel veel bij.
Jeuk: door het droger worden van de huid kunnen kleine scheurtjes in de opperhuid ontstaan. Dit geeft jeukklachten.
Slechter gaan zien: bij hoge glucosegehalte is het gezichtsvermogen vaak minder. Dit komt door de veranderingen in de vochthoudendheid van de lens.
Dubbel zien: soms ontstaan er bij diabetes klachten over dubbelzien wanneer men een bepaalde kant op kijkt. Dit wordt veroorzaakt door een verlamming van een of meer oogspiertjes doordat een zenuw die de oogspiertjes bestuurt is beschadigd.
Interview met De heer klein
1. Wanneer is het suikerziekte geconstateerd?
Exact op mijn 40e verjaardag.
2. Hoe ging je er toen mee om?
Het was een enorme klap toen ik hoorde dat ik suiker had en omdat er in de familie gevallen waren waarbij spraken was van amputatie van een been
3. Heeft het je leven erg veranderd?
Ja, je krijgt te maken met allemaal beperkingen met voeding er zijn bepaalde dingen die je niet meer mag eten en je moet op vast tijden eten
4. Zijn er nog meerder consequenties of gevolgen?
Ja, al je organen worden op de lange duur aangetast
5. Is de suikerziekte verslechterd in de loop der jaren?
Ja, naar mate je ouder word je minder stabiel. Met name de grotere schommelingen in de suikerwaarde
6. Wat voor medicijnen gebruik je?
Ik gebruik insuline, 2 soorten: insuline kortwerkend voor bij de maaltijden, en lang werkend voor de nacht
7. Waarom gebruikt u insuline?
Suikerziekte houd in dat de pancreas, onderdeel van de alvleesklier, niet meer werkt. De pancreas is al met al slechts 2 gram groot die werkt niet meer en de pancreas geeft normaal insuline af, en omdat die stopt gebruik ik insuline
8. Wat kun je nu niet doen wat andere mensen wel kunnen?
In mijn situatie kan ik alles doen wat andere mensen ook doen ondanks 25 jaar suikerziekte.
9. Waar heb je het meeste last van?
Angst, dat je in coma raakt, oftewel hypo?s
10. Zit het in de familie dat de kinderen, kleinkinderen en/of broers en zussen het ook hebben?
Ja, het zit in de familie
Familieonderzoek
Bij ons in de familie komt het niet zo veel voor, diabetes mellutis was bij onze familie vroeger heel veel, toen had bijna iedereen het. Mijn opa?s opa in dat gezin kwam heel veel diabetes voor ze hadden daar 8 kinderen en van de acht kinderen hadden 6 kinderen diabetes waaronder de opa van mijn opa. De kinderen van mijn opa?s opa hadden bijna geen van hun diabetes, daar had er maar 1 diabetes. De oom van mijn opa had toen diabetes. Mijn opa?s vader dus niet. Toch heeft mijn opa het. Bij de kinderen en klein kinderen van mijn opa heeft niemand diabetes. Maar dat kan natuurlijk altijd nog komen.