Werkstuk: Antisemitisme in WO II
Hoe reageerde het volk in Nederland op het antisemitisme in WO II?
Het leven gaat door
Toen de Duitsers Nederland net bezet hadden was het nog onrustig in Nederland, maar het dagelijkse leven ging al gauw weer door. Het was gemakkelijk om zich aan de nieuwe situatie aan te passen. De Duitsers gedroegen zich redelijk correct, omdat ze hoopten dat Nederland nationaal-socialistisch zou worden. Als goed gebaar lieten ze de Nederlandse krijgsgevangen vrij.
Maar de Nederlanders bleven hopen op een nederlaag van de Duitsers. Dit lieten ze zien door vooral hun trouw te tonen aan het koningshuis door de vlag uit te hangen en speldjes en strikjes van de koningin te dragen.
Toch waren er mensen die wel voor Hitler waren: de NSB?ers. Dit was een kleine politieke partij in Nederland die steun bood aan de bezetters. De andere belangrijke politieke partij in Nederland was de Nederlandse Unie. Deze partij was anti-Duits en hoopte dat de NSB niet aan de macht kwam, waardoor er tussen de Nederlandse Unie en de NSB vaak vechtpartijen kwamen.
De eerste stakingen
De eerste maatregelen tegen de Joden waren nog niet zo erg, maar in oktober 1940 moesten alle ambtenaren formulieren in gaan vullen met het geloof van henzelf, van hun ouders en grootouders. Bijna iedereen vulde dit in omdat ze niet durfde te weigeren en omdat ze dachten dat de Duitsers ze alleen maar wilden registreren. Een maand later werden alle joodse ambtenaren ontslagen, wat leidde tot een staking van studenten in Leiden en Delft tegen het ontslaan van hun joodse leraren.
Op 22 en 23 februari 1941 liepen vechtpartijen tussen NSB?ers en joodse mannen uit de hand en er werden 425 joodse mannen door de Duitsers mishandeld en weggevoerd. Daardoor werd er een proteststaking opgeroepen op 25 en 26 februari. Veel mensen gingen de straat op om de staken, het openbaar vervoer werd stilgelegd en bedrijven waren gesloten. Op de tweede dag verspreidde de staking zich ook naar omliggende steden van Amsterdam. De Duitsers waren geschokt en grepen hard in. Ze schoten op groepen stakers en er werden nog meer mensen gegijzeld. Deze gebeurtenis wordt de Februaristaking genoemd.
De Duitsers worden strenger
De Duitsers probeerden de Nederlanders te be?nvloeden met propaganda van het nationaal-socialisme. Vooral in de bioscopen werd er veel reclame gemaakt. Maar ook de geallieerden maakten propaganda door biljetten te strooien vanuit vliegtuigen met daarop de letter V voor Engelse Victory. De Duitsers gebruikten dit weer voor hun campagne: ?V = Victorie, want Duitschland wint op alle fronten?. Als tegenactie bekladden de Nederlanders deze affiches: de V werd de W van Wilhelmina, of de V van Verliest of Verzuipt.
Ook wilden de Duitsers het onderwijs gebruiken voor een nationaal-socialistische opvoeding, maar omdat ze wisten dat de Nederlanders dan in opstand zouden komen bleven de maatregelen beperkt. De meeste leerlingen en leerkrachten waren anti-Duits, de paar leerlingen en leerkrachten die wel NSB?ers waren werden gepest.
De April/meistakingen
In April 1943 kondigden de Duitsers aan dat ze alsnog 300.000 Nederlandse militairen als krijgsgevangen nodig hadden om te werken in Duitsland. Hierdoor braken er stakingen uit in het hele land. Vooral op het platteland werd gestaakt: de boeren leverden geen melk meer af. De bezetters traden hiertegen hard op. Er werden tachtig stakers meteen doodgeschoten en ter afschrikking werden hun namen op affiches bekendgemaakt. In mei gingen de meeste stakers weer gewoon aan het werk, maar deze staking was het keerpunt geweest waardoor de steun aan het verzet sterk toenam. In totaal vielen er tijdens de staking 175 doden en 400 zwaargewonden.
Meer mensen in het verzet
Steeds meer mensen gingen na de April/meistakingen in het verzet. Vooral de studenten speelden een grote rol. Zij moesten namelijk een verklaring tekenen als ze wilden studeren, waar in stond niets tegen de bezetter te ondernemen. 86% tekende niet en zij doken bijna allemaal voor veiligheid onder.
Doordat naast de Joden ook de studenten, voormalige militairen en jonge mannen die niet in Duitsland wilden werken moesten onderduiken, werd de onderduikhulp steeds groter. Maar het was niet gemakkelijk om onderduikers in huis te nemen: ze hadden distributiebonnen, valse identiteitspapieren en geld nodig.
De technieken van het vervalsen van papieren werden steeds beter. Bij Joden moest de ?J? van Jood uit de papieren verwijderd worden, en de mensen in het verzet moesten een hele nieuwe naam krijgen dus ook nieuwe papieren.
Ook werden er veel illegale kranten gedrukt, die de Duitse propaganda bestreden en mensen aanspoorden tot verzet. In totaal zijn er ongeveer 1300 verschillende illegale kranten gedrukt, doordat er veel plaatselijke edities waren en omdat iedere politieke partij en religie zijn eigen krant had.
Door de illegale radio bleef het contact met Engeland in stand. De Duitsers hadden verboden om nog een radio in je bezit te hebben, maar 20% werd bewaard door ze te verstoppen in kasten, onder de vloer of door alleen een hele kleine radio-ontvanger te maken. Ook werd het radionieuws in de kranten gezet waardoor ook de mensen zonder radio wisten wat er in Engeland gebeurden.
Het laatste verzet
In 1944 sloten steeds meer mensen zich aan bij het verzet. Maar er werd ook steeds strenger tegen het verzet opgetreden. Wie tijdens een arrestatie gewapend was kon zomaar worden dood geschoten, verzetsmensen werden in het openbaar opgehangen en ook onschuldige burgers werden het slachtoffer van de Duitse acties.
In oktober 1944 breekt de Spoorwegstaking uit, maar het resultaat viel tegen: alleen Zuid-Nederland werd bevrijd.
In de laatste oorlogswinter groeide het verzet nog meer. In maart 1945 werden er na een aanslag op een paar SS?ers 200 verzetsmensen opgehangen. In totaal zijn er bijna 20.000 Nederlanders vanwege verzetswerk opgepakt en ongeveer de helft hiervan heeft het niet overleefd.
Het leven gaat door
Toen de Duitsers Nederland net bezet hadden was het nog onrustig in Nederland, maar het dagelijkse leven ging al gauw weer door. Het was gemakkelijk om zich aan de nieuwe situatie aan te passen. De Duitsers gedroegen zich redelijk correct, omdat ze hoopten dat Nederland nationaal-socialistisch zou worden. Als goed gebaar lieten ze de Nederlandse krijgsgevangen vrij.
Maar de Nederlanders bleven hopen op een nederlaag van de Duitsers. Dit lieten ze zien door vooral hun trouw te tonen aan het koningshuis door de vlag uit te hangen en speldjes en strikjes van de koningin te dragen.
Toch waren er mensen die wel voor Hitler waren: de NSB?ers. Dit was een kleine politieke partij in Nederland die steun bood aan de bezetters. De andere belangrijke politieke partij in Nederland was de Nederlandse Unie. Deze partij was anti-Duits en hoopte dat de NSB niet aan de macht kwam, waardoor er tussen de Nederlandse Unie en de NSB vaak vechtpartijen kwamen.
De eerste stakingen
De eerste maatregelen tegen de Joden waren nog niet zo erg, maar in oktober 1940 moesten alle ambtenaren formulieren in gaan vullen met het geloof van henzelf, van hun ouders en grootouders. Bijna iedereen vulde dit in omdat ze niet durfde te weigeren en omdat ze dachten dat de Duitsers ze alleen maar wilden registreren. Een maand later werden alle joodse ambtenaren ontslagen, wat leidde tot een staking van studenten in Leiden en Delft tegen het ontslaan van hun joodse leraren.
Op 22 en 23 februari 1941 liepen vechtpartijen tussen NSB?ers en joodse mannen uit de hand en er werden 425 joodse mannen door de Duitsers mishandeld en weggevoerd. Daardoor werd er een proteststaking opgeroepen op 25 en 26 februari. Veel mensen gingen de straat op om de staken, het openbaar vervoer werd stilgelegd en bedrijven waren gesloten. Op de tweede dag verspreidde de staking zich ook naar omliggende steden van Amsterdam. De Duitsers waren geschokt en grepen hard in. Ze schoten op groepen stakers en er werden nog meer mensen gegijzeld. Deze gebeurtenis wordt de Februaristaking genoemd.
De Duitsers worden strenger
De Duitsers probeerden de Nederlanders te be?nvloeden met propaganda van het nationaal-socialisme. Vooral in de bioscopen werd er veel reclame gemaakt. Maar ook de geallieerden maakten propaganda door biljetten te strooien vanuit vliegtuigen met daarop de letter V voor Engelse Victory. De Duitsers gebruikten dit weer voor hun campagne: ?V = Victorie, want Duitschland wint op alle fronten?. Als tegenactie bekladden de Nederlanders deze affiches: de V werd de W van Wilhelmina, of de V van Verliest of Verzuipt.
Ook wilden de Duitsers het onderwijs gebruiken voor een nationaal-socialistische opvoeding, maar omdat ze wisten dat de Nederlanders dan in opstand zouden komen bleven de maatregelen beperkt. De meeste leerlingen en leerkrachten waren anti-Duits, de paar leerlingen en leerkrachten die wel NSB?ers waren werden gepest.
De April/meistakingen
In April 1943 kondigden de Duitsers aan dat ze alsnog 300.000 Nederlandse militairen als krijgsgevangen nodig hadden om te werken in Duitsland. Hierdoor braken er stakingen uit in het hele land. Vooral op het platteland werd gestaakt: de boeren leverden geen melk meer af. De bezetters traden hiertegen hard op. Er werden tachtig stakers meteen doodgeschoten en ter afschrikking werden hun namen op affiches bekendgemaakt. In mei gingen de meeste stakers weer gewoon aan het werk, maar deze staking was het keerpunt geweest waardoor de steun aan het verzet sterk toenam. In totaal vielen er tijdens de staking 175 doden en 400 zwaargewonden.
Meer mensen in het verzet
Steeds meer mensen gingen na de April/meistakingen in het verzet. Vooral de studenten speelden een grote rol. Zij moesten namelijk een verklaring tekenen als ze wilden studeren, waar in stond niets tegen de bezetter te ondernemen. 86% tekende niet en zij doken bijna allemaal voor veiligheid onder.
Doordat naast de Joden ook de studenten, voormalige militairen en jonge mannen die niet in Duitsland wilden werken moesten onderduiken, werd de onderduikhulp steeds groter. Maar het was niet gemakkelijk om onderduikers in huis te nemen: ze hadden distributiebonnen, valse identiteitspapieren en geld nodig.
De technieken van het vervalsen van papieren werden steeds beter. Bij Joden moest de ?J? van Jood uit de papieren verwijderd worden, en de mensen in het verzet moesten een hele nieuwe naam krijgen dus ook nieuwe papieren.
Ook werden er veel illegale kranten gedrukt, die de Duitse propaganda bestreden en mensen aanspoorden tot verzet. In totaal zijn er ongeveer 1300 verschillende illegale kranten gedrukt, doordat er veel plaatselijke edities waren en omdat iedere politieke partij en religie zijn eigen krant had.
Door de illegale radio bleef het contact met Engeland in stand. De Duitsers hadden verboden om nog een radio in je bezit te hebben, maar 20% werd bewaard door ze te verstoppen in kasten, onder de vloer of door alleen een hele kleine radio-ontvanger te maken. Ook werd het radionieuws in de kranten gezet waardoor ook de mensen zonder radio wisten wat er in Engeland gebeurden.
Het laatste verzet
In 1944 sloten steeds meer mensen zich aan bij het verzet. Maar er werd ook steeds strenger tegen het verzet opgetreden. Wie tijdens een arrestatie gewapend was kon zomaar worden dood geschoten, verzetsmensen werden in het openbaar opgehangen en ook onschuldige burgers werden het slachtoffer van de Duitse acties.
In oktober 1944 breekt de Spoorwegstaking uit, maar het resultaat viel tegen: alleen Zuid-Nederland werd bevrijd.
In de laatste oorlogswinter groeide het verzet nog meer. In maart 1945 werden er na een aanslag op een paar SS?ers 200 verzetsmensen opgehangen. In totaal zijn er bijna 20.000 Nederlanders vanwege verzetswerk opgepakt en ongeveer de helft hiervan heeft het niet overleefd.