Vertaling: Aeneïs
Aene?s
I. Aanhef
1. Ik bezing de wapenfeiten en de man, die als vanaf de kusten van Troje naar Itali? en naar de Lavinische kusten kwam, voortvluchtig door het lot,nadat hij dikwijls heen en weer geslingerd was zowel op het vasteland als in de diepe zee, door de macht van de goden omwille van de indachtige razernij van de woeste Juno, en nadat hij ook veel geleden had door de
5. oolog, totdat hij de stad (=Rome) zou stichten en totdat hij de goden in Latium zou binnenvoeren, van waaruit het Latijnse geslacht, de voorvaders van Alba en de wallen van het hoge Rome zijn ontstaan. Muze, breng voor mij de oorzaken in herinnering na welke krenking van de goddelijke wil of wat betreurende de koningin van de goden heeft aangespoord dat
10. een man, opvallend qua plichtsgetrouwheid, om zoveel
lotgevallen te wentelen, om zoveel werken aan te vatten. Zijn er
dan zo?n grote woedes onder de hemelse gemoederen?
II. De Wrok van Juno
Er was eens een oude stad (door de kolonisten uit Tyr in stand
gehouden) Carthago, vanuit de verte tegen Italia en tegen de
monding van de Tiber, rijk door haar machtsmiddelen, en zeer
ruw door de vele inspanningen voor de oorlog, een stad waarvan
15. Juno als enige wordt gezegd ze te hebben verzorgd, meer dan
alle andere op aarde, nadat Samos achteruitgesteld was, hier
waren haar wapens, hier was haar strijdwagen, reeds op dat
ogenblik spande ze zich in en begunstigde hen, en ze verlangde
dat dit het rijk zou zijn van de volkeren, indien de lotgevallen het
20. op ??n of andere manier zouden kunnen toelaten. Ze had
gehoord dat een nageslacht uit het Trojaans bloed zou ontstaan,
dat ooit de Tyrische burcht zou onderwerpen; dit volk wijd
heersend en trots door de krijgskunsten zou komen tot de
ondergang van Lybi?: zo wilden de schrikgoden het.
Dit vrezende, zoals de dochter van Saturnus, en de oude oorlog
indachtig die zij als eerste tegen de Trojanen gevoerd had voor
haar dierbare Grieken (ook de oorzaken van de woede en de
25. helse pijnen waren nog niet uit haar gemoed geweken: diep in
haar geest bleef het oordeel van Paris en de beledigingen over
haar miskende schoonheid en het hatelijk geslacht en de
eerbetuigingen van Ganymedes hangen); Ten zeerste
aangespoord door deze dingen, hield ze de Trojanen, over-
30. blijfselen van de Grieken, en de genadeloze Achilles, op een
afstand van Latium, heen en weer geslingerd op het hele zee-
oppervlak, en gedurende vele jaren dwaalden gedreven door
de lotgevallen over de hele zee. Het heeft een hele inspanning
gekost om het Romeinse volk te stichten.
3. De Storm
Wanneer dit gezegd was, sloeg Aeolus met een omgekeerde lans
de flank van een holle rots, en de winden stormden alsof een
kolonne gevormd was, langs waar een opening was gemaakt
naar buiten, en raasden als een wervelwind over de velden.
Ze stortten zich op de zee en ze woelden de ganse zee om vanaf
85. de bodem, nl. de zuidoosterwind en de zuidenwind, en ook de
zuidwesterwind rijk aan stormen, en ze wentelen de golven
woester en woester tot aan de kust. Daarop volgt dadelijk het
geschreeuw van de mannen en het gieren van het sleepgetouw.
De wolken rukken plotseling de hemel en de dag weg uit de ogen
90. van de Trojanen. De nacht legt zich neer op de zee als pikzwart.
De Polen donderen en de lucht flikkert met talrijke vuren en alles
kondigt de dood aan. Dadelijk worden de ledematen van
Aeneas losgemaakt door de koude; hij zucht en met beide hand-
palmen naar de sterren houdend, roept hij luidkeels deze dingen
met zijn stem: ?O driemaal, viermaal gelukkigen, voor wie het
95. gebeurd is voor het gelaat van de vaders te sterven onder de
hoge wallen van Troje! O zoon van Titeus, allerdapperste van
het geslacht der Dana? ! Dat ik niet heb kunnen sneuvelen op de
Trojaanse vlaktes en dat ik mijn ziel niet heb kunnen uitstorten
door uw rechterhand, waar de woeste Hector ligt, gevallen door
100. de sfeer van Achilles, waar ook de grote Sarpedon ligt, waar de
Simois zoveel schilden van de mannen, die meegesleurd zijn onder het water, wentelt, alsook de helden en de dappere lichamen.? Nadat dingen van die aard heen en weer
geslingerd waren, terwijl een vijandige en sissende noordenwind het zeil sloeg, heeft de golf naar de sterren opgeslagen.
De roeispanen werden gebroken; op dat ogenblik wendde de
105. voorsteven zich af en gaf zijn zijkant aan de golven. Een berg
van water volgt dadelijk bij wijze van een stapel.Deze hier hingen
in de hoogste golf; voor de andere opende de gapende
watermassa de aarde tussen de golven; de branding raast in het
zand.
I. Aanhef
1. Ik bezing de wapenfeiten en de man, die als vanaf de kusten van Troje naar Itali? en naar de Lavinische kusten kwam, voortvluchtig door het lot,nadat hij dikwijls heen en weer geslingerd was zowel op het vasteland als in de diepe zee, door de macht van de goden omwille van de indachtige razernij van de woeste Juno, en nadat hij ook veel geleden had door de
5. oolog, totdat hij de stad (=Rome) zou stichten en totdat hij de goden in Latium zou binnenvoeren, van waaruit het Latijnse geslacht, de voorvaders van Alba en de wallen van het hoge Rome zijn ontstaan. Muze, breng voor mij de oorzaken in herinnering na welke krenking van de goddelijke wil of wat betreurende de koningin van de goden heeft aangespoord dat
10. een man, opvallend qua plichtsgetrouwheid, om zoveel
lotgevallen te wentelen, om zoveel werken aan te vatten. Zijn er
dan zo?n grote woedes onder de hemelse gemoederen?
II. De Wrok van Juno
Er was eens een oude stad (door de kolonisten uit Tyr in stand
gehouden) Carthago, vanuit de verte tegen Italia en tegen de
monding van de Tiber, rijk door haar machtsmiddelen, en zeer
ruw door de vele inspanningen voor de oorlog, een stad waarvan
15. Juno als enige wordt gezegd ze te hebben verzorgd, meer dan
alle andere op aarde, nadat Samos achteruitgesteld was, hier
waren haar wapens, hier was haar strijdwagen, reeds op dat
ogenblik spande ze zich in en begunstigde hen, en ze verlangde
dat dit het rijk zou zijn van de volkeren, indien de lotgevallen het
20. op ??n of andere manier zouden kunnen toelaten. Ze had
gehoord dat een nageslacht uit het Trojaans bloed zou ontstaan,
dat ooit de Tyrische burcht zou onderwerpen; dit volk wijd
heersend en trots door de krijgskunsten zou komen tot de
ondergang van Lybi?: zo wilden de schrikgoden het.
Dit vrezende, zoals de dochter van Saturnus, en de oude oorlog
indachtig die zij als eerste tegen de Trojanen gevoerd had voor
haar dierbare Grieken (ook de oorzaken van de woede en de
25. helse pijnen waren nog niet uit haar gemoed geweken: diep in
haar geest bleef het oordeel van Paris en de beledigingen over
haar miskende schoonheid en het hatelijk geslacht en de
eerbetuigingen van Ganymedes hangen); Ten zeerste
aangespoord door deze dingen, hield ze de Trojanen, over-
30. blijfselen van de Grieken, en de genadeloze Achilles, op een
afstand van Latium, heen en weer geslingerd op het hele zee-
oppervlak, en gedurende vele jaren dwaalden gedreven door
de lotgevallen over de hele zee. Het heeft een hele inspanning
gekost om het Romeinse volk te stichten.
3. De Storm
Wanneer dit gezegd was, sloeg Aeolus met een omgekeerde lans
de flank van een holle rots, en de winden stormden alsof een
kolonne gevormd was, langs waar een opening was gemaakt
naar buiten, en raasden als een wervelwind over de velden.
Ze stortten zich op de zee en ze woelden de ganse zee om vanaf
85. de bodem, nl. de zuidoosterwind en de zuidenwind, en ook de
zuidwesterwind rijk aan stormen, en ze wentelen de golven
woester en woester tot aan de kust. Daarop volgt dadelijk het
geschreeuw van de mannen en het gieren van het sleepgetouw.
De wolken rukken plotseling de hemel en de dag weg uit de ogen
90. van de Trojanen. De nacht legt zich neer op de zee als pikzwart.
De Polen donderen en de lucht flikkert met talrijke vuren en alles
kondigt de dood aan. Dadelijk worden de ledematen van
Aeneas losgemaakt door de koude; hij zucht en met beide hand-
palmen naar de sterren houdend, roept hij luidkeels deze dingen
met zijn stem: ?O driemaal, viermaal gelukkigen, voor wie het
95. gebeurd is voor het gelaat van de vaders te sterven onder de
hoge wallen van Troje! O zoon van Titeus, allerdapperste van
het geslacht der Dana? ! Dat ik niet heb kunnen sneuvelen op de
Trojaanse vlaktes en dat ik mijn ziel niet heb kunnen uitstorten
door uw rechterhand, waar de woeste Hector ligt, gevallen door
100. de sfeer van Achilles, waar ook de grote Sarpedon ligt, waar de
Simois zoveel schilden van de mannen, die meegesleurd zijn onder het water, wentelt, alsook de helden en de dappere lichamen.? Nadat dingen van die aard heen en weer
geslingerd waren, terwijl een vijandige en sissende noordenwind het zeil sloeg, heeft de golf naar de sterren opgeslagen.
De roeispanen werden gebroken; op dat ogenblik wendde de
105. voorsteven zich af en gaf zijn zijkant aan de golven. Een berg
van water volgt dadelijk bij wijze van een stapel.Deze hier hingen
in de hoogste golf; voor de andere opende de gapende
watermassa de aarde tussen de golven; de branding raast in het
zand.