Samenvatting: Indicatif apres un verbe exprimant ...
Indicatif apr?s un verbe exprimant ...
Une certitude
? Je suis certain que ... Ik ben er zeker van dat ...
? Je suis convaincu que ... Ik ben ervan overtuigd dat ...
? Je suis persuad? que ... Ik ben ervan overtuigd dat ...
? Je suis s?r que ... Ik ben er zeker van dat ...
? Il est certain que ... Het staat vast dat ...
? Il est clair que ... Het is duidelijk dat ...
? Il est ?vident que ... Het is evident dat ...
? Il est ind?niable que ... Het is onloochenbaar dat ...
? Il est indiscutable que ... Het staat als een paal boven water dat ...
? Il est manifeste que ... Het is klaarblijkelijk dat ...
? Il est s?r que ... Het is zeker dat ...
? Il est vrai que ... Het is waar dat ...
? Bien s?r que ... Natuurlijk dat ...
Verbes de doute ? la forme n?gative
? Je ne doute pas que ... Ik twijfel er niet aan dat ...
? Il n' est pas douteux que ... Het lijdt geen twijfel dat ...
? Il ne faut pas de doute que ... Het lijdt geen twijfel dat ...
Verbes de doute ? la forme interrogative
? Doutes - tu que ... Twijfel je eraan dat ...
? Est - il douteux que ... Valt het te betwijfelen dat ...
Une opinion
? Je crois que ... Ik geloof dat ...
? Je me doute que ... Ik vermoed dat ...
? J' estime que ... Ik vind dat ...
? Je pense que ... Ik denk dat ...
? Je suppose que ... Ik veronderstel dat ...
? J' ai l' impression que ... Ik heb de indruk dat ...
? Je me semble que ... Het lijkt mij dat ...
? Je suis d' avis que ... Ik ben van mening dat ...
? J' imagine que ... Ik stel voor dat ...
Une d?claration
? J' affirme que ... Ik bevestig dat ...
? J' assure que ... Ik verzeker dat ...
? J' avoue que ... Ik beken dat ...
? Je d?clare que ... Ik verklaar dat ...
? Je dis que ... Ik zeg dat ...
? J' explique que ... Ik leg uit dat ...
? Je jure que ... Ik zweer dat ...
? Je parie que ... Ik wed dat ...
? Je pr?tends que ... Ik beweer dat ...
? Je promets que ... Ik beloof dat ...
? Je reconnais que ... Ik erken dat ...
? Je sais que ... Ik weet dat ...
Une probabilit?
? Il est probable que ... Het is waarschijnlijk dat ...
? Il est vraisemblable que ... Het is waarschijnlijk dat ...
? Il para?t que ... Het schijnt dat ...
? Il semble que ... Het lijkt dat ...
? Probablement que ... Waarschijnlijk dat ...
? Sans doute que ... Waarschijnlijk/wellicht dat ...
? Sans aucun doute que ... Ongetwijfeld dat ...
? Nul doute que ... Beslist dat ...
Une constation
? Je constate que ... Ik stel vast dat ...
? J' entends que ... Ik hoor dat ...
? Je sens que ... Ik voel dat ...
? Je vois que ... Ik zie dat ...
? Je me rends compte que ... Ik besef dat ...
? Je me rappelle que ... Ik herinner me dat ...
Une certitude
? Je suis certain que ... Ik ben er zeker van dat ...
? Je suis convaincu que ... Ik ben ervan overtuigd dat ...
? Je suis persuad? que ... Ik ben ervan overtuigd dat ...
? Je suis s?r que ... Ik ben er zeker van dat ...
? Il est certain que ... Het staat vast dat ...
? Il est clair que ... Het is duidelijk dat ...
? Il est ?vident que ... Het is evident dat ...
? Il est ind?niable que ... Het is onloochenbaar dat ...
? Il est indiscutable que ... Het staat als een paal boven water dat ...
? Il est manifeste que ... Het is klaarblijkelijk dat ...
? Il est s?r que ... Het is zeker dat ...
? Il est vrai que ... Het is waar dat ...
? Bien s?r que ... Natuurlijk dat ...
Verbes de doute ? la forme n?gative
? Je ne doute pas que ... Ik twijfel er niet aan dat ...
? Il n' est pas douteux que ... Het lijdt geen twijfel dat ...
? Il ne faut pas de doute que ... Het lijdt geen twijfel dat ...
Verbes de doute ? la forme interrogative
? Doutes - tu que ... Twijfel je eraan dat ...
? Est - il douteux que ... Valt het te betwijfelen dat ...
Une opinion
? Je crois que ... Ik geloof dat ...
? Je me doute que ... Ik vermoed dat ...
? J' estime que ... Ik vind dat ...
? Je pense que ... Ik denk dat ...
? Je suppose que ... Ik veronderstel dat ...
? J' ai l' impression que ... Ik heb de indruk dat ...
? Je me semble que ... Het lijkt mij dat ...
? Je suis d' avis que ... Ik ben van mening dat ...
? J' imagine que ... Ik stel voor dat ...
Une d?claration
? J' affirme que ... Ik bevestig dat ...
? J' assure que ... Ik verzeker dat ...
? J' avoue que ... Ik beken dat ...
? Je d?clare que ... Ik verklaar dat ...
? Je dis que ... Ik zeg dat ...
? J' explique que ... Ik leg uit dat ...
? Je jure que ... Ik zweer dat ...
? Je parie que ... Ik wed dat ...
? Je pr?tends que ... Ik beweer dat ...
? Je promets que ... Ik beloof dat ...
? Je reconnais que ... Ik erken dat ...
? Je sais que ... Ik weet dat ...
Une probabilit?
? Il est probable que ... Het is waarschijnlijk dat ...
? Il est vraisemblable que ... Het is waarschijnlijk dat ...
? Il para?t que ... Het schijnt dat ...
? Il semble que ... Het lijkt dat ...
? Probablement que ... Waarschijnlijk dat ...
? Sans doute que ... Waarschijnlijk/wellicht dat ...
? Sans aucun doute que ... Ongetwijfeld dat ...
? Nul doute que ... Beslist dat ...
Une constation
? Je constate que ... Ik stel vast dat ...
? J' entends que ... Ik hoor dat ...
? Je sens que ... Ik voel dat ...
? Je vois que ... Ik zie dat ...
? Je me rends compte que ... Ik besef dat ...
? Je me rappelle que ... Ik herinner me dat ...