Boekverslag: IJzige poppen
1. Hoe heet het boek?
IJzige poppen.
2. Wie is de schrijver?
Theo Hoogstraten.
3. Waarom heet het boek zo?
Het boek heet zo omdat het over een vrouw gaat die kinderen ontvoert en ze dan invriest(ijzig) en als poppen gebruikt.
4. Wie zijn de hoofdpersonen?
Anne: Anne is een rustig meisje. Ze verklikt haar broer, Louis, nooit en ze kan het ook heel goed met hem vinden. Haar ouders zijn niet zo wild over haar vriendin, Gea, alleen ze blijft met haar omgaan
Gea: Gea is ook een meisje maar zij is heel anders als Anne. Ze is een keer blijven zitten en ze is erg brutaal. Dit merk je ook heel erg goed als ze gaan beginnen met de speurtocht naar de dader van de ontvoeringen. Ze gaat zo tegen de politie in. Ze is ook veel volwassener dan Anne omdat ze al make-up draagt en ze heeft (volgens Anne) al grotere borsten. Ook is ze veel ge?nteresseerder in jongens.
Louis: Louis is de broer van Anne en in de loop van het verhaal het vriendje van Gea. Louis wil graag opvallen en stoer doen tegen zijn vrienden en Gea. Heel anders als Anne dus.
Mevrouw van Dijk: Mevrouw van Dijk is de dader van de ontvoeringen. Ze is een knappe vrouw van rond de veertig. Ze heeft blauwe ogen, hoge jukbeenderen en een rechte neus. Ze is slank en draagt chique kleren. Dit is vaak in het boek gezegd, vandaar dat ik het nog zo goed weet. Ze wou altijd heel graag kinderen hebben alleen kon dat niet. Ze was getrouwd met de slager maar die stierf (door een auto-ongeluk) en toen heeft ze van de slagerij een speelgoedwinkel gemaakt.
5. Speelt het verhaal zich vroeger, nu of in de toekomst af? Hoe weet je dat?
Het verhaal speelt zich in deze tijd af want ze hebben auto?s en er is een bioscoop. In de bioscoop wordt ook de film ?Witches? gespeelt en dat is een film die ongeveer vorig jaar in de Bioscoop was. Dit was er vroeger niet en als het in de toekomst gespeelt zou worden dan zou dat wel door een aantal dingen herkenbaar zijn zoals andere auto?s of een thuisbioscoop of iets ander dergelijks.
6. Waar speelt het verhaal zich af? In Nederland of ergens anders? Hoe weet je dat?
Het verhaal speelt zich in Nederland af. Dit kun je merken aan hetgeen dat de spelers zeggen. Ze lopen de V&D binnen en ze hebben het over Rotterdam en de ontvoeringen die zich daar hebben afgespeeld. Ook komen er straatnamen naar voren zoals Westeinde of de Zaanbocht.
Op een gegeven moment wordt er ook een route beschrijving gegeven en dit was ook met typisch Nederlandse straatnamen. Hierdoor word het verhaal ook echter.
7. Hoe lang duurt het verhaal?
Het verhaal duurt ongeveer ??n maand. Echt zeker weet ik dat niet maar in het begin van het boek hebben ze de over kerst en op een gegeven moment staat er: ?de laatste zaterdag van het jaar was koud en winderig.? Soms word er ook over ?zaterdag? gesproken dus helemaal zeker ben ik er niet van maar ik denk dat ik wel ongeveer in de goede richting zit.
8. Door wiens ogen zie je de gebeurtenissen? Hoe weet je dat?
Het wordt echt helemaal verteld door de ogen van de schrijver. Dit kun je merken doordat je wel de gedachten en gevoelens van de spelers weet maar er komt nooit in het boek een ?ik?persoon voor.
9. Vertel in 1 woord waar het boek over gaat.
Ontvoering.
10. Geef kort de inhoud van het boek weer. (max. 10 zinnen).
Er word een meisje vermist. En daarna weer een jongetje. De politie weet geen raad. Elk spoor loopt dood. Gea, Anne en Louis denken dat ze weten wie het gedaan heeft. Ze gaan eerst zelf op onderzoek uit maar dan vertellen ze het toch maar aan de politie. Die probeert het onderzoek verder voort te zetten. Ondertussen gaat het tussen Gea en Louis wel erg goed. Als Gea haar oude schoolvriendin tegenkomt komen ze nog meer te weten tot dat ze in de speelgoed winkel de oplossing vinden??..
1. welke persoon speelt geen leuke rol in het boek? Waarom?
Mevr. Van Dijk, omdat zij degene is die de kinderen ontvoert en dat is natuurlijk niet echt leuk omdat te ?zijn?.
2. Welke rol zou je zelf willen spelen? Waarom?
Ik zou zelf Gea wel willen spelen. Zij is echt brutaal tegen iedereen en durft tegen iedereen wat te zeggen. Dit durf ik niet maar het lijkt me wel handig om dat te durven! Alleen heeft ze soms wel dingen die ik niet zo goed aan haar vind. Ze wil bijvoorbeeld een cd stelen en gaan zwartrijden met de tram. Zij is wel degene die hun hele zoektocht naar de dader op gang zet en zij heeft altijd de beste idee?n.
3. Noteer twee uitspraken van de hoofdpersoon waar je het wel/niet mee eens bent. Leg uit waarom je die uitspraken gekozen hebt.
?Voor die paar haltes kopen we toch geen treinkaartje,?zegt Gea. ?Lekker spannend. We houden goed in de gaten waar de conducteur instapt en??
Ik heb deze uitspraak van Gea gekozen omdat het echt iets voor haar is. Ze is best wel brutaal en durft alles. Dit dus ook.
?Ik las net op de kabelkrant dat ze het fietsje van dat verdwenen jongetje hebben gevonden, samen met het lichaam van een man.?zegt Louis.
Louis zegt dit tegen zijn zusje, Anne. Ze is boos op Louis maar toch verteld Louis haar dit belangrijke nieuw. Ik vind dit best aardig van hem, vooral omdat het voor Gea, Anne en hem heel belangrijk nieuw is!
4. Wat zou de schrijver met het verhaal duidelijk willen maken?
Ik denk dat de schrijver niet echte bedoelingen met dit verhaal bedoelt heeft. Ik denk dat hij gewoon wil dat je lekker in het boek gaat lezen en dat je ervan geniet! Dit denk ik omdat het verhaal bijna niet echt gebeurd kan zijn.
5. Wat vind je een bijzonder moment uit het verhaal? Beschrijf dat moment en vertel waarom je dit moment gekozen hebt.
Gea pakte de beide handgrepen en trok de deur open. Het volgende moment stonden beide meisjes als aan de grond genageld naar binnen te staren. Gea voelde haar benen slap worden. Haar maag kwam in opstand en ze begon te kokhalzen. Ze wilde weglopen, maar ze kon niet. Naast haar begon Birgit te schreeuwen, onbeheerst, hysterisch. Ze rende naar de voordeur van de winkel en wilde erdoor naar buiten. Het lukte haar niet. Haar paniek was zo groot, dat ze vergeten was dat ze de deur nog van het slot moest halen. Ze trok eraan, sloeg erop, intussen krijsend en gillend. Ze griste een speelgoedauto van een stellage, vlak naast de deur en smeet die door de ruit naar buiten. Dat ze er niets mee opschoot, besefte ze niet.
Gea stond voorovergebogen bij het poppenhuis. Voor haar lag een geelbruine plas braaksel. Ze wankelde en moest haar best doen oom niet te vallen. Achter haar hoorde ze iemand hijgen, een vreemde, piepende ademhaling. Ze werd van achteren vastgegrepen. Ze begon luidkeels te gillen en probeerde zich los te rukken. ?Rustig maar? zei een mannenstem achter haar. ?Kalmeer een beetje.? Ze kende die stem. Bij Birgit stond ook iemand. Merkens, besefte ze, politie! Ze draaide zich om en keek in het gezicht van een jonge politieman die ze al vaker had ontmoet. ?Gaat het een beetje??vroeg Erik.
Dit is het moment dat Gea en haar oude schoolvriendin Birgit het poppenhuis met de bevroren kinderen ontdekken. Ik vond het een mooi moment uit het boek omdat het heel spannend is en nog spannender word gemaakt door dat de politie eraan komt, maar je niet meteen weet dat het de politie is. Omdat er eerst een vreemde, piepende, hijgstem is denk je meteen dat het iemand is die ook met de ontvoeringen van de kinderen te maken heeft!
6. Staat er iets in het verhaal dat je zelf wel eens meegemaakt hebt? Wat ging er anders of hetzelfde?
Eigenlijk staat er niet echt iets in het boek dat ik ook heb meegemaakt. Wel ??n klein dingetje maar dat lijkt er niet echt op. Op een gegeven moment achtervolgen Gea en Louis een vrouw waarvan ze denken dat zij de dader is van de ontvoeringen. Ze achtervolgen haar helemaal de winkels en de straten door. Dit heb ik (volgens mij als iedereen) wel is een keer gedaan, iemand achtervolgen. Natuurlijk niet iemand die de dader is van ontvoeringen maar gewoon voor de grap in de stad een persoon uitkiezen en die zo lang mogelijk volgen.
7. Kan dit verhaal echt gebeurt zijn? Waarom wel/niet?
Ik denk dat het verhaal in theorie wel zou kunnen maar het is nog nooit echt gebeurt en ik hoop dat het ook nooit gaat gebeuren! Een psychopathische vrouw die kleine kinderen ontvoert om de daarna te bevriezen en ze in een levensgroot poppenhuis zet omdat ze zo van kinderen houd en er zelf ook graag een paar zou willen hebben, alleen kan ze dat niet?
Dat is een best wel onlogisch verhaal lijkt me zo.
1. Wie is de hoofdpersoon en wat is zijn/haar probleem?
Er is niet ??n hoofdpersoon, er zijn er eigenlijk vier.
Gea en Anne zijn vriendinnen en Louis is de broer van Anne.
Mevr. Van Dijk is een vrouw van een jaar of 40 en zij houd heel erg van kinderen alleen kan ze zelf geen kinderen krijgen. Daarom ontvoert ze kinderen en gebruikt ze in een levensgroot poppenhuis. Gea, Anne en Louis proberen haar te ?ontmaskeren?.
2. Veranderen de hoofdpersoon in de loop van het verhaal? In welk opzicht?
Ik vind dat Mevr. Van Dijk wel veranderd in de loop van het verhaal. Vooral als de politie haar gaat verhoren word ze een stuk voorzichtiger en ze vlucht zelfs met haar zuster weg.
Gea en Louis veranderen iets omdat ze verliefd op elkaar worden en daarom gedragen ze zich anders tegenover elkaar. Anne veranderd niet echt, vind ik.
3. Wie zijn de bijfiguren en wat zijn hun karaktertrekken?
De vader en moeder van Anne en Louis: Zij zijn erg bezorgt om hun kinderen en vooral als ze in het midden van het boek veel de straat op gaan om mevr. Van Dijk te ?ontmaskeren?.
De rechercheurs Merkers en Erik de Groot: Merkers is een oude ervaren politieman hij is ook erg nors. Hij moppert altijd op Erik de Groot en pakte Gea,Anne en Louis streng aan. Erik de Groot is jonger en wat milder. Hij vind dat Merkers een beetje overdrijft. Hij heeft Astma en heeft het dus best moeilijk als ze een stukje moeten rennen of iets anders inspannends moeten doen.
4. Beschrijf de verhoudingen tussen de personen.
De verhoudingen van:
Gea en Anne: Gea en Anne zijn goede vriendinnen. Gea is een jaar ouder dan Anne en daarom is Anne soms best jaloers op Gea.
Gea en Louis: Louis en Gea zijn verliefd op elkaar dus die verhouding zit wel goed☺.
De ouders van Louis en Anne en Gea: de ouders van Louis en Anne vinden Gea een beetje te oud voor Anne. Ze draagt make-up en zou een slechte invloed op Anne hebben.
De politie en Louis, Gea en Anne: De politie vind dat Louis, Gea en Anne zich te veel met het onderzoek bemoeien!
5. Geef van elke persoon een karakteristiek en maak met voorbeelden uit het verhaal duidelijk waarop je die baseert.
Anne: Anne is verlegen en durft niet zo veel.
Aarzelend pakte Anne de cd uit het rek, bekeek de foto van Koen Wauters, de zanger van Clouseau, zonder hem echt te zien, draaide hem nog eens om en wilde hem het liefst weer terugzetten in het rek. Haar vingers trilden. Anne probeert hier een cd te stelen maar ze durft niet zo goed, zoals te merken is!
Gea: Gea is erg brutaal en durft erg veel.
Ze griste hem uit Anne?s hand, keek snel om zich heen en liet hem resoluut onder haar jas verdwijnen. Omdat Anne de cd niet durfde te stelen, deed Gea het maar?. En hoe?.
Louis: Louis is niet heel erg brutaal maar omdat Gea hem zo opfokt doet hij maar gewoon mee
?Toe nou? drong Louis aan. Stop hem nou onder je jas, scheitert. Hij wil ook graag dat Anne de cd steelt.
Mevr. Van Dijk: Mevr. Van Dijk is een vrouw van een jaar of 40 en ze draagt chique kleding. Ze ontvoert kinderen. Ze zorgt eerst dat de kinderen haar vertrouwen en daarna neemt ze ze mee.
?Dankjewel. Wat is er met je, ben je gevallen?? De vrouw bukte, pakte de ontvelde hand van het kind en vroeg bezorgt: ?Heb je pijn?? ?Jaa,? snikte het jochie, ?en mijn knie doet zo zeer.? ?Daar moet een pleister op, en jodium. Ben je bang voor jodium??
Ze manipuleert het kind en daarna neemt ze hen mee.
Vader en moeder: Vader en moeder zijn nogal bezorgt om hun kinderen en ze laten eigenlijk nooit echt iets toe.
?Drinken jullie niet eerst een kopje koffie??Moeder kwam de gang in. ?Nee we gaan kleren kijken. We eten wel wat in de stad.? ?O, dus ik hoef w??r niet op jullie te rekenen?? ?Nee hoor, tot vanmiddag.? ?Nou eten ze al weer niet thuis. Dat kan toch niet.? Zegt moeder. ?Nou laat die kinderen nou toch. Ze zijn nog jong. Zo waren wij vroeger ook.? Zegt vader.
IJzige poppen.
2. Wie is de schrijver?
Theo Hoogstraten.
3. Waarom heet het boek zo?
Het boek heet zo omdat het over een vrouw gaat die kinderen ontvoert en ze dan invriest(ijzig) en als poppen gebruikt.
4. Wie zijn de hoofdpersonen?
Anne: Anne is een rustig meisje. Ze verklikt haar broer, Louis, nooit en ze kan het ook heel goed met hem vinden. Haar ouders zijn niet zo wild over haar vriendin, Gea, alleen ze blijft met haar omgaan
Gea: Gea is ook een meisje maar zij is heel anders als Anne. Ze is een keer blijven zitten en ze is erg brutaal. Dit merk je ook heel erg goed als ze gaan beginnen met de speurtocht naar de dader van de ontvoeringen. Ze gaat zo tegen de politie in. Ze is ook veel volwassener dan Anne omdat ze al make-up draagt en ze heeft (volgens Anne) al grotere borsten. Ook is ze veel ge?nteresseerder in jongens.
Louis: Louis is de broer van Anne en in de loop van het verhaal het vriendje van Gea. Louis wil graag opvallen en stoer doen tegen zijn vrienden en Gea. Heel anders als Anne dus.
Mevrouw van Dijk: Mevrouw van Dijk is de dader van de ontvoeringen. Ze is een knappe vrouw van rond de veertig. Ze heeft blauwe ogen, hoge jukbeenderen en een rechte neus. Ze is slank en draagt chique kleren. Dit is vaak in het boek gezegd, vandaar dat ik het nog zo goed weet. Ze wou altijd heel graag kinderen hebben alleen kon dat niet. Ze was getrouwd met de slager maar die stierf (door een auto-ongeluk) en toen heeft ze van de slagerij een speelgoedwinkel gemaakt.
5. Speelt het verhaal zich vroeger, nu of in de toekomst af? Hoe weet je dat?
Het verhaal speelt zich in deze tijd af want ze hebben auto?s en er is een bioscoop. In de bioscoop wordt ook de film ?Witches? gespeelt en dat is een film die ongeveer vorig jaar in de Bioscoop was. Dit was er vroeger niet en als het in de toekomst gespeelt zou worden dan zou dat wel door een aantal dingen herkenbaar zijn zoals andere auto?s of een thuisbioscoop of iets ander dergelijks.
6. Waar speelt het verhaal zich af? In Nederland of ergens anders? Hoe weet je dat?
Het verhaal speelt zich in Nederland af. Dit kun je merken aan hetgeen dat de spelers zeggen. Ze lopen de V&D binnen en ze hebben het over Rotterdam en de ontvoeringen die zich daar hebben afgespeeld. Ook komen er straatnamen naar voren zoals Westeinde of de Zaanbocht.
Op een gegeven moment wordt er ook een route beschrijving gegeven en dit was ook met typisch Nederlandse straatnamen. Hierdoor word het verhaal ook echter.
7. Hoe lang duurt het verhaal?
Het verhaal duurt ongeveer ??n maand. Echt zeker weet ik dat niet maar in het begin van het boek hebben ze de over kerst en op een gegeven moment staat er: ?de laatste zaterdag van het jaar was koud en winderig.? Soms word er ook over ?zaterdag? gesproken dus helemaal zeker ben ik er niet van maar ik denk dat ik wel ongeveer in de goede richting zit.
8. Door wiens ogen zie je de gebeurtenissen? Hoe weet je dat?
Het wordt echt helemaal verteld door de ogen van de schrijver. Dit kun je merken doordat je wel de gedachten en gevoelens van de spelers weet maar er komt nooit in het boek een ?ik?persoon voor.
9. Vertel in 1 woord waar het boek over gaat.
Ontvoering.
10. Geef kort de inhoud van het boek weer. (max. 10 zinnen).
Er word een meisje vermist. En daarna weer een jongetje. De politie weet geen raad. Elk spoor loopt dood. Gea, Anne en Louis denken dat ze weten wie het gedaan heeft. Ze gaan eerst zelf op onderzoek uit maar dan vertellen ze het toch maar aan de politie. Die probeert het onderzoek verder voort te zetten. Ondertussen gaat het tussen Gea en Louis wel erg goed. Als Gea haar oude schoolvriendin tegenkomt komen ze nog meer te weten tot dat ze in de speelgoed winkel de oplossing vinden??..
1. welke persoon speelt geen leuke rol in het boek? Waarom?
Mevr. Van Dijk, omdat zij degene is die de kinderen ontvoert en dat is natuurlijk niet echt leuk omdat te ?zijn?.
2. Welke rol zou je zelf willen spelen? Waarom?
Ik zou zelf Gea wel willen spelen. Zij is echt brutaal tegen iedereen en durft tegen iedereen wat te zeggen. Dit durf ik niet maar het lijkt me wel handig om dat te durven! Alleen heeft ze soms wel dingen die ik niet zo goed aan haar vind. Ze wil bijvoorbeeld een cd stelen en gaan zwartrijden met de tram. Zij is wel degene die hun hele zoektocht naar de dader op gang zet en zij heeft altijd de beste idee?n.
3. Noteer twee uitspraken van de hoofdpersoon waar je het wel/niet mee eens bent. Leg uit waarom je die uitspraken gekozen hebt.
?Voor die paar haltes kopen we toch geen treinkaartje,?zegt Gea. ?Lekker spannend. We houden goed in de gaten waar de conducteur instapt en??
Ik heb deze uitspraak van Gea gekozen omdat het echt iets voor haar is. Ze is best wel brutaal en durft alles. Dit dus ook.
?Ik las net op de kabelkrant dat ze het fietsje van dat verdwenen jongetje hebben gevonden, samen met het lichaam van een man.?zegt Louis.
Louis zegt dit tegen zijn zusje, Anne. Ze is boos op Louis maar toch verteld Louis haar dit belangrijke nieuw. Ik vind dit best aardig van hem, vooral omdat het voor Gea, Anne en hem heel belangrijk nieuw is!
4. Wat zou de schrijver met het verhaal duidelijk willen maken?
Ik denk dat de schrijver niet echte bedoelingen met dit verhaal bedoelt heeft. Ik denk dat hij gewoon wil dat je lekker in het boek gaat lezen en dat je ervan geniet! Dit denk ik omdat het verhaal bijna niet echt gebeurd kan zijn.
5. Wat vind je een bijzonder moment uit het verhaal? Beschrijf dat moment en vertel waarom je dit moment gekozen hebt.
Gea pakte de beide handgrepen en trok de deur open. Het volgende moment stonden beide meisjes als aan de grond genageld naar binnen te staren. Gea voelde haar benen slap worden. Haar maag kwam in opstand en ze begon te kokhalzen. Ze wilde weglopen, maar ze kon niet. Naast haar begon Birgit te schreeuwen, onbeheerst, hysterisch. Ze rende naar de voordeur van de winkel en wilde erdoor naar buiten. Het lukte haar niet. Haar paniek was zo groot, dat ze vergeten was dat ze de deur nog van het slot moest halen. Ze trok eraan, sloeg erop, intussen krijsend en gillend. Ze griste een speelgoedauto van een stellage, vlak naast de deur en smeet die door de ruit naar buiten. Dat ze er niets mee opschoot, besefte ze niet.
Gea stond voorovergebogen bij het poppenhuis. Voor haar lag een geelbruine plas braaksel. Ze wankelde en moest haar best doen oom niet te vallen. Achter haar hoorde ze iemand hijgen, een vreemde, piepende ademhaling. Ze werd van achteren vastgegrepen. Ze begon luidkeels te gillen en probeerde zich los te rukken. ?Rustig maar? zei een mannenstem achter haar. ?Kalmeer een beetje.? Ze kende die stem. Bij Birgit stond ook iemand. Merkens, besefte ze, politie! Ze draaide zich om en keek in het gezicht van een jonge politieman die ze al vaker had ontmoet. ?Gaat het een beetje??vroeg Erik.
Dit is het moment dat Gea en haar oude schoolvriendin Birgit het poppenhuis met de bevroren kinderen ontdekken. Ik vond het een mooi moment uit het boek omdat het heel spannend is en nog spannender word gemaakt door dat de politie eraan komt, maar je niet meteen weet dat het de politie is. Omdat er eerst een vreemde, piepende, hijgstem is denk je meteen dat het iemand is die ook met de ontvoeringen van de kinderen te maken heeft!
6. Staat er iets in het verhaal dat je zelf wel eens meegemaakt hebt? Wat ging er anders of hetzelfde?
Eigenlijk staat er niet echt iets in het boek dat ik ook heb meegemaakt. Wel ??n klein dingetje maar dat lijkt er niet echt op. Op een gegeven moment achtervolgen Gea en Louis een vrouw waarvan ze denken dat zij de dader is van de ontvoeringen. Ze achtervolgen haar helemaal de winkels en de straten door. Dit heb ik (volgens mij als iedereen) wel is een keer gedaan, iemand achtervolgen. Natuurlijk niet iemand die de dader is van ontvoeringen maar gewoon voor de grap in de stad een persoon uitkiezen en die zo lang mogelijk volgen.
7. Kan dit verhaal echt gebeurt zijn? Waarom wel/niet?
Ik denk dat het verhaal in theorie wel zou kunnen maar het is nog nooit echt gebeurt en ik hoop dat het ook nooit gaat gebeuren! Een psychopathische vrouw die kleine kinderen ontvoert om de daarna te bevriezen en ze in een levensgroot poppenhuis zet omdat ze zo van kinderen houd en er zelf ook graag een paar zou willen hebben, alleen kan ze dat niet?
Dat is een best wel onlogisch verhaal lijkt me zo.
1. Wie is de hoofdpersoon en wat is zijn/haar probleem?
Er is niet ??n hoofdpersoon, er zijn er eigenlijk vier.
Gea en Anne zijn vriendinnen en Louis is de broer van Anne.
Mevr. Van Dijk is een vrouw van een jaar of 40 en zij houd heel erg van kinderen alleen kan ze zelf geen kinderen krijgen. Daarom ontvoert ze kinderen en gebruikt ze in een levensgroot poppenhuis. Gea, Anne en Louis proberen haar te ?ontmaskeren?.
2. Veranderen de hoofdpersoon in de loop van het verhaal? In welk opzicht?
Ik vind dat Mevr. Van Dijk wel veranderd in de loop van het verhaal. Vooral als de politie haar gaat verhoren word ze een stuk voorzichtiger en ze vlucht zelfs met haar zuster weg.
Gea en Louis veranderen iets omdat ze verliefd op elkaar worden en daarom gedragen ze zich anders tegenover elkaar. Anne veranderd niet echt, vind ik.
3. Wie zijn de bijfiguren en wat zijn hun karaktertrekken?
De vader en moeder van Anne en Louis: Zij zijn erg bezorgt om hun kinderen en vooral als ze in het midden van het boek veel de straat op gaan om mevr. Van Dijk te ?ontmaskeren?.
De rechercheurs Merkers en Erik de Groot: Merkers is een oude ervaren politieman hij is ook erg nors. Hij moppert altijd op Erik de Groot en pakte Gea,Anne en Louis streng aan. Erik de Groot is jonger en wat milder. Hij vind dat Merkers een beetje overdrijft. Hij heeft Astma en heeft het dus best moeilijk als ze een stukje moeten rennen of iets anders inspannends moeten doen.
4. Beschrijf de verhoudingen tussen de personen.
De verhoudingen van:
Gea en Anne: Gea en Anne zijn goede vriendinnen. Gea is een jaar ouder dan Anne en daarom is Anne soms best jaloers op Gea.
Gea en Louis: Louis en Gea zijn verliefd op elkaar dus die verhouding zit wel goed☺.
De ouders van Louis en Anne en Gea: de ouders van Louis en Anne vinden Gea een beetje te oud voor Anne. Ze draagt make-up en zou een slechte invloed op Anne hebben.
De politie en Louis, Gea en Anne: De politie vind dat Louis, Gea en Anne zich te veel met het onderzoek bemoeien!
5. Geef van elke persoon een karakteristiek en maak met voorbeelden uit het verhaal duidelijk waarop je die baseert.
Anne: Anne is verlegen en durft niet zo veel.
Aarzelend pakte Anne de cd uit het rek, bekeek de foto van Koen Wauters, de zanger van Clouseau, zonder hem echt te zien, draaide hem nog eens om en wilde hem het liefst weer terugzetten in het rek. Haar vingers trilden. Anne probeert hier een cd te stelen maar ze durft niet zo goed, zoals te merken is!
Gea: Gea is erg brutaal en durft erg veel.
Ze griste hem uit Anne?s hand, keek snel om zich heen en liet hem resoluut onder haar jas verdwijnen. Omdat Anne de cd niet durfde te stelen, deed Gea het maar?. En hoe?.
Louis: Louis is niet heel erg brutaal maar omdat Gea hem zo opfokt doet hij maar gewoon mee
?Toe nou? drong Louis aan. Stop hem nou onder je jas, scheitert. Hij wil ook graag dat Anne de cd steelt.
Mevr. Van Dijk: Mevr. Van Dijk is een vrouw van een jaar of 40 en ze draagt chique kleding. Ze ontvoert kinderen. Ze zorgt eerst dat de kinderen haar vertrouwen en daarna neemt ze ze mee.
?Dankjewel. Wat is er met je, ben je gevallen?? De vrouw bukte, pakte de ontvelde hand van het kind en vroeg bezorgt: ?Heb je pijn?? ?Jaa,? snikte het jochie, ?en mijn knie doet zo zeer.? ?Daar moet een pleister op, en jodium. Ben je bang voor jodium??
Ze manipuleert het kind en daarna neemt ze hen mee.
Vader en moeder: Vader en moeder zijn nogal bezorgt om hun kinderen en ze laten eigenlijk nooit echt iets toe.
?Drinken jullie niet eerst een kopje koffie??Moeder kwam de gang in. ?Nee we gaan kleren kijken. We eten wel wat in de stad.? ?O, dus ik hoef w??r niet op jullie te rekenen?? ?Nee hoor, tot vanmiddag.? ?Nou eten ze al weer niet thuis. Dat kan toch niet.? Zegt moeder. ?Nou laat die kinderen nou toch. Ze zijn nog jong. Zo waren wij vroeger ook.? Zegt vader.
Theo Hoogstraaten werd op 9 juli 1948 in Mijdrecht geboren. Na de middelbare school ging hij naar de Pedagogische Academie. Hij was een tijdje onderwijzer aan een basisschool en studeerde daarna Nederlands en geschiedenis. Tot 2004 werkte hij als leraar en decaan aan een middelbare school.
Boek informatie
- IJzige poppen
- Theo Hoogstraaten
- Nederlands
Handige opties
- Meer boeken van:Theo Hoogstraaten