Boekverslag: Oorlogswinter
Titel: Oorlogswinter
Schrijver: Jan Terlouw
Druk: 53e druk
Jaar van uitgave: Deze druk is uitgegeven in 1999
Uitgever: Lemniscaat
Samenvatting :
Het verhaal speelt zich af in de tweede wereldoorlog.
Michiel van Beusekom loopt op een avond naar huis. Het was al over achten, dus als de Duitsers hem zagen werd hij opgepakt (er gold een straatverbod, dat je na 8 uur niet meer op straat mocht zijn) Hij moest van zijn moeder melk halen voor de gasten die ze hadden, want er klopten elke avond mensen aan bij hun, die onderdak zochten. Het was heel donker en hij had de knijpkat niet bij zich (dat is een soort lampje met een dynamo, als je aan een slinger draait gaat het lampje branden). Op eens hoorde hij voor zich: ?es ist over achten, ich neme dich gevangen,? Michiel schrok zich rot, maar had al gauw door dat het Dirk, zijn 18-jarige buurjongen was, die hem voor de grap hield. Toen hij thuiskwam zaten zijn vader, moeder, zijn zus Erica en zijn jongere broertje Jochem. Verder zaten er een paar mensen die onderdak zochten en een goede kennis van de familie Beusekom, Ben. Hij kwam er zo vaak dat ze hem oom Ben noemde. De volgende ochtend was oom Ben vuur aan het stoken, het verbaasde Michiel dat hij het zo snel aan had, maar het bleek dat hij alle wanhoopshoutjes had gebruikt (dat waren kleine gedroogde stukjes hout, een soort aanmaakblokjes). Michiel zei dat hij snel nieuwe moest maken, voordat moeder er achter kwam. Dirk kwam langs. Hij vertelde dat hij die avond het distributiekantoor in Lagezande, dat is een dorpje 6 kilometer van Vlank( vlak bij Zwolle ), waar ze wonen, ging overvallen met nog 2 andere mensen die ook in de ondergrondse zaten. Als de overval zou mislukken, moest Michiel een brief geven aan Bertus Hardhorend (zijn echte naam was Bertus van Gelder). Die nacht liepen de 3 overvallers regelrecht in een val van de Duitsers. De volgende morgen wilde hij de brief naar Bertus brengen, maar door omstandigheden kwam er niks van. Toen hij opweg was, liep zijn massieve band van zijn velg en toen kwam hij ook nog Schafter tegen. Hij wordt ervan verdacht met de Duitsers samen te spelen en dus neemt hij geen risico en verzint hij een smoes dat hij naar het gemeentehuis moet om een wijziging door te geven van zijn vader, de burgemeester van Vlank is. Schafter moet toevallig ook naar het gemeentehuis en dus zei hij echt tegen wethouder van Kleiweg, dat de vergadering van het waterleidingsbedrijf volgende week dinsdag op de gewone tijd is, want zoiets had hij zijn vader horen zeggen. Toen ging hij snel naar huis om te vragen of het wel echt die tijd was, het bleek een dag later te zijn en dus moest hij dat eerst rechtzetten. Toen was het te laat om nog naar Bertus te gaan. De volgende morgen had hij meer geluk. Hij kwam zonder al te veel problemen aan bij Bertus, maar zijn vrouw zij dat de Duitsers hem gisteren hebben opgepakt. Toen opende Michiel de brief zelf maar, want misschien stond er wel belangrijke informatie in. En dat stond er ook. Er stond, dat Dirk 3 weken geleden een gewonde Engelse piloot, genaamd Jack had gevonden en hem had ondergebracht in een schuilplaats midden in het bos. Hij was gewond, maar de wonden waren al verzorgd. Er stond dat Bertus hem moest verzorgen, maar nou hij opgepakt was, moest hij het maar doen. Michiel zocht naar de schuilplaats en vond hem eindelijk, er richtte een man een pistool op hem, maar Michiel wist hem te kalmeren en zij op zijn beste engels dat Dirk opgepakt was en dat hij nu de nieuwe verzorger was. Hij sprak af dat hij om de dag langs kwam met drinken en eten. Het schotwond in zijn schouder genas niet en dus besloot hij zijn zus Erica te vragen of zij Jack wou verplegen, want zij had voor een oorlog een verpleegstersopleiding gedaan. Zij ging met Michiel mee en verzorgde de wond. Een week nadat Michiel de brief geopend had en dus in het verzet zat, kwam hij thuis van het bos en toen zaten zijn moeder, Erica en Jochem op de bank te huilen, hun vader was opgepakt. Ze hadden in het bos een vermoorde Duitser gevonden en ze hadden tien mensen in gijzeling genomen en als de dader zich niet binnen 24 uur meldde dat zouden ze opgehangen worden aan de bomen van de Brink. Michiel stuurde een brief naar de kazerne om te vragen voor uitstel. Er werden er 4 doodgeschoten na 24 uur, zijn vader zat daar niet bij. Een dag later, vroeg in de ochtend zag hij 5 mannen lopen, het waren de secretaris en nog een paar anderen. Hij rende naar ze toe in de hoop dat zijn vader er ook bij liep, maar ze kwamen met de spijtige mededeling dat zijn vader een uur geleden doodgeschoten was. Michiel wist dat ze verraden waren, hij hield het op Schafter, hoewel daar geen bewijs voor was.
Sinds die dag zou hij er alles aan doen om het de Duitsers zo moeilijk mogelijk te maken. Toen hij op een dag weer met eten naar Jack ging, zat zijn zus daar al met Jack te zoenen, ze waren verliefd. Daar was hij het niet mee eens, maar dan moest Erica maar 5 keer in de week naar Jack gaan en Michiel de andere twee dagen.
Na een tijdje kwam er ineens een grote stoet mensen aan lopen met kapotte schoenen en versleten kleren. De Duitsers hadden ze meegenomen uit Rotterdam. De bewoners hielpen de mensen zoveel als ze konden, door zoveel eten te geven als ze hadden. Sommigen pakte zelfs een jongen uit de stoet en pakte zijn koffer af en als dan een Duitser kwam, zei hij dat hun ook wel koffers hadden. De Duitsers hadden geen tijd omdat allemaal uit te zoeken en liepen dan snel weer verder. Die nacht hoorde Michiel geritsel beneden, hij sloop naar beneden, want hij realiseerde zich dat hij nu de man in huis was. Daar zat moeder met 2 mannen, een vader en zijn zoon. Ze zeiden dat ze ?De Groot? heten en dat ze uit het gevangenkamp ontsnapt waren. Maar moeder en Michiel hoorde wel aan het accent, dat ze joods waren en dat klopte ook. Ze heten de familie Kleerloper. Ze hadden wel kennissen die de Groot heten en daar wilden ze ook heengaan, maar dat was in Overijssel en dan moesten ze de ijssel over met het Koppelse veer. Naast dat veer stond het huis van de Barones, waar Duitsers ingekwartierd zaten. Maar Duitsers hadden veel respect voor adelijke mensen, dus hielden ze zich aan de regels die de Barones voorstelde. Ze moesten bijvoorbeeld elke dag van drie tot half vier thee drinken, dus in die tijd was er geen bewaking over het veer. Hij was van plan Kleerlopers over de ijssel te krijgen, door ze als boerinnen te verkleden. Hij was van te voren met de Barones wezen praten en hij mocht de koets van haar lenen met twee paarden erbij. Hij kwam zonder problemen de ijssel over met de twee ?boerinnen?, behalve dan dat hij Schafter tegen kwam. Maar op de terugweg kwamen de Duitsers achter hem aan omdat ze beslag wouden nemen op de paarden. Hij vluchtte een bos in en hij had het geluk dat twee boeren de Duitsers het verkeerde pad op stuurde. Toen hij de paarden en de koets weer terug bij de Barones had gebracht ging hij naar huis. Hij had zijn plan alleen aan oom Ben verteld, omdat hij daar steeds closer mee werd sinds de dood van zijn vader. Paar dagen later hoorde Michiel dat de Barones ervan verdacht werd, dat ze vluchtelingen de ijssel overbracht. Toen de Barones officieel verdacht werd van het helpen van vluchtelingen, kwam er een Duitse groep soldaten onder leiding van een hoge Duitse militair om haar op te halen voor verhoor, maar ze kwam niet uit haar villa. De Duitse groep smeekte de Barones om naar buiten te komen, want de Duitsers hadden een groot respect voor de adel, vooral in tijden van oorlog.) toen dat niet hielp probeerde de Duitsers de deur te forceren, maar toen pakte de Barones haar shotgun en begon op hun te schieten. Toen kwam een hoge militair nog een keer met haar praten, toen dat ook niet hielp stond op een dag diezelfde militair met een tank voor haar deur. De Barones vroeg om uitstel van het schieten. In die tijd liet ze haar personeel naar buiten. Daarna schoten ze een mortier op de villa met de Barones erin, die een oranje sjaal om haar nek had gedaan.
Op een middag toen Michiel weer met eten en drinken onder de bosjes sloop stond Jack ineens voor zich. Hij vertelde dat ze bezoek hadden en dat hij niet moest schrikken. Dirk was gevlucht uit het kamp en hij zat onder de blauwe plekken en schrammen. Hij vertelde dat hij daar helemaal in elkaar geslagen was, omdat hij de naam van de derde persoon van de overval bij het distributiekantoor niet zei. Toen hij op de trein met nog een paar andere werd gezet naar een werkkamp, zag hij de kans om uit de trein te springen en te ontsnappen naar de schuilplaats. Michiel moest tegen de moeder van Dirk zeggen dat alles goed met hem ging en dat zij elke vrijdag een voedselpakket moest geven aan Michiel. Hij ging een keer samen met Erica naar de schuilplaats, omdat het voedselpakket groot was. Toen werd de dood van hun vader het gespreksonderwerp en vertelde ze het verhaal van de dood gevonden Duitser in het bos. Jack en Dirk barsten allebei in tranen uit en vertelde hun verhaal. Toen Jack uit het vliegtuig sprong omdat het kapot was, kwam hij met z?n parachute terecht in de bomen. Daar in de buurt was Dirk hout aan het hakken, maar daar zat ook een Duitse soldaat te vrijen met een meisje. Toen de Duitser het gekreun hoorde van Jack, ging hij erheen en schoot in zijn schouder. Door de knal ging Dirk erheen en vlak voor de Duitser Jack dood wou schieten, sloeg Dirk de bijl in de rug van de soldaat. Als teken dat het een gevechtsstrijd tussen soldaat en soldaat was had Jack het lijk in zijn parachute gewikkeld en begraven. Maar toen ze het lijk vonden was er geen parachute om het lijk gewikkeld. Van schrik liepen Erica en Michiel boos weg, maar kwamen al snel terug met het excuus dat ze zo reageerden, want hun konden het toch niet weten dat daardoor hun vader werd vermoord.
Michiel had een gesprek met oom Ben van hoe je wist of iemand een verrader was, want hij wilde weten of Schafter een verrader was. Oom Ben zei dat je dan een briefje door de brievenbus moest doen met daarop informatie over waar wapens liggen. Zo gezegd zo gedaan, hij schreef een briefje dat er in het groene huisje van het Rode Kruis wapens verborgen waren, want dat huis stond toch leeg. Na een paar weken deed een groep Duitse soldaten een overval op het huisje. Michiel wist nu zeker dat Schafter een verrader was. Maar die avond stond Schafter bij hem voor de deur, om te zeggen waarom hij het briefje bij hem in de brievenbus had gedaan en om te zeggen dat hij geen verrader was. Een paar dagen later was Jochem op het dak geklommen en kon er niet meer af. Er stond een hele groep mensen te kijken maar niemand durfden hem te redden. Moeder was helemaal in paniek, maar toen stapten er ineens een Duitse soldaat naar hij toe en vroeg hoe hij boven moest komen. Hij redde Jochem en voordat moeder hem kon bedanken was hij alweer verdwenen
Een paar weken later vond Jack het tijd worden dat hij weer terug ging naar Engeland, omdat zijn wond genezen was en omdat de regels van de Engelse luchtmacht zeiden dat je na een ongeluk zo snel mogelijk contact op moest nemen met de luchtmacht. Michiel zei tegen Jack dat hij wel iemand kon regelen, hij had oom Ben in gedachten. Hij had het plan aan oom Ben verteld en Michiel moest een foto van Jack maken voor een vervalst persoonsbewijs. Maar hij mocht er niet op staan met zijn uniform, dus had hij een jasje van zijn vader meegenomen en hij maakte de foto. Michiel had de plaats van de schuilplaats verteld aan oom Ben op de dag dat het ging gebeuren. Op die dag zat Michiel uit te rusten op het houtblok, want hij had lang houtgehakt en toen hoorde ze Jochem met zijn moeder praten door een spleet in de schuur. Hij pakte zijn fiets en fietsten zo hard als hij kan naar Jack toe. Oom Ben en Jack kwamen toen net de schuilplaats uit en Michiel vroeg Jacks pistool en richtte het op oom Ben. Ze namen hem mee terug naar de schuilplaats. Daar vertelde Michiel dat oom Ben de verrader was en niet Schafter zoals iedereen dacht. Hij was erachter gekomen hoe het zat: op de ochtend toen Dirk met Michiel aan het praten was over de overval zat oom Ben nieuwe wanhoopshoutjes te hakken, omdat hij die had opgemaakt. Door de spleet in de schuur kon hij alles horen en daarom wisten de Duitsers dat het distributiekantoor overvallen werd en dat Bertus Hardhorend de brief zou krijgen. Dat was dus toch het geluk dat Michiel de brief niet gelijk had kunnen brengen, anders had Jack hier ook niet meer gezeten. Ook wist oom Ben het plan van de oversteek van de Kleerlopers en was door hem de Barones opgepakt. Ze wisten niet wat ze met hem moesten doen, dus bonden ze hem vast en verzonnen ze een plan. Ze waren van plan hem over te leveren aan het hoofd van de ondergrondse, meneer Postma. Michiel kreeg een briefje mee dat hij te vertrouwen was. Het briefje ging zo: M. v. B is volkomen te vertrouwen volgens de witte leghorn. Dat betekende natuurlijk Michiel van Beusekom is volkomen te vertrouwen volgens de witte leghorn (dat was de schuilnaam voor Dirk). Michiel had het briefje aan meneer Postma gegeven. Het plan was dat meneer Postma aan de rand van het bos zou staan en dat Michiel met Ben van Hierden (dat is zijn echte naam). Onderweg van de schuilplaats probeerde oom Ben nog te vluchten, omdat hij toen nog alleen met hem was. Hij vertelde een verhaal zo dat Michiel medelijden met hem zou krijgen. Het leek hem te zijn gelukt, maar net toen hij weg wilden lopen schoot hij een waarschuwingsschot af in de lucht, want hij had het pistool van Jack gekregen om hem in de gaten te houden. Toen Michiel met oom Ben bij meneer Postma waren, kon hij vrijwel niet meer ontsnappen, want Michiel hield hem onder schot en meneer Postma ook. Je kon het gelukkig niet zo goed zien, omdat het al een beetje donker was. Maar toen ze op de Stationsweg aankwamen, zagen ze al dat er iets verdachts was. Er stonden 5 gecamoufleerde munitiewagens van het Duitse leger. Een sigaret was er maar voor nodig om de boel te kunnen doen ontploffen, dus laat staan dat ze hun pistool konden gebruiken. Even later hoorde ze een Rinus de Raat (zo noemde ze in de Vlank altijd de Engelse gevechtsvliegtuigen. In het echt heten ze Spitfires). Meneer Postma beval Michiel en oom Ben om in een eenmansgat te springen, meneer Postma ging ook in een eenmansgat, maar hij hield Ben van Hierden wel onder schot (eenmansgaten zijn gaten aan de kant van de weg, waar je in kan springen als er een vuurgevecht is of zo) Even later daverde het vliegtuig over hun hoofd. Michiel wou weer uit zijn eenmansgat klimmen, maar meneer Postma zei dat ze nog wel terug konden komen en dus ging hij maar weer zitten. Het vliegtuig kwam inderdaad terug en toen Michiel en meneer Postma zich voorbereiden op een explosie, ontsnapte oom Ben. Meneer Postma wou nog op hem schieten, maar hij was te bang dat hij een munitiewagen zou raken. Achteraf had hij best kunnen schieten want de Spitfire schoot een munitiewagen overhoop. Daardoor was er nog zo?n wagen ontploft op de plek waar Ben aan het rennen was. Hij werd door de explosie van de aardbodem weggevaagd met de 2 munitiewagens en drie huizen mee. Michiel wilden slachtoffers gaan zoeken in de verwoeste huizen, maar meneer Postma hield hem tegen, omdat als de Duitsers hun wapens vonden, waren ze erbij. Ze waren beiden opgelucht dat Ben dood was en ze gingen ieder hun eigen weg. Meneer Postma ging naar huis en Michiel ging eerst naar de schuilplaats om Jacks pistool terug te brengen en om verslag te doen wat er gebeurd was.
Vijf tanks kwamen het dorp binnen. Het waren geen Duitse tanks, maar Engelse. Het waren de bevrijders. Iedereen stroomden uit hun huizen, ook de meensen uit de ondergrondse en de joden. Alle mensen die verdacht werden van verraad werden voor op een motor gezet en gevangen gezet in de school. Ook Schafter moest voor op de motor. Dat was onterecht, want in zijn huis werden drie joden gevonden. Toen hij weer uit de school gehaald werd ging Michiel naar hem toen om zijn excuses aan te bieden. Hij vertelde dat hij ze al vanaf 1942 in huis had. Ook vertelde hij dat de Duitsers hem gingen verdenken en dat hij toen zich als een vriend van de Duitsers voordeed. Maar hij heeft nooit iemand verraden. Ook vroeg Michiel hoe hij wist dat hij het briefje bij hem door de brievenbus had gestopt. Dat waren dus de drie joden die het door een gaatje bij de door keken en die zeiden toen hoe hij er ongeveer uitzag. Michiel kreeg bericht dat de twee Kleerlopers het niet gehaald hadden. Zij waren twee van de honderdtienduizend uit Nederland vermoorden joden. Dirk ging weer terug naar huis en Jack ook. Hij stuurde heel vaak brieven naar Erica vol met spelfouten.
Op een avond maken Michiel en Dirk een wandelingetje. Ze lopen langzaam, want Dirk zijn rechterbeen zit in het gips. Ze moesten zijn tenen opnieuw breken, want door de Duitsers, waren ze verkeerd aan elkaar gegroeid. In de verte zagen ze Gert Verkoren aanlopen. Hij was de derde man bij de overval op het distributiekantoor in Lagezande. Het was de man die Dirk niet had verraden. Hij had een bloes aan van parachute stof. Hij zei dat hij die had gevonden met een dooie mof erin. Dirk en Michiel lopen door zonder iets daarover te zeggen.
3. Wat heeft de titel met het boek te maken?
De titel ?oorlogswinter? is gekozen omdat het in de winter van 1994/1995 afspeelde, toen was er nog oorlog.
Van opdracht 4 heb ik a,b en c gekozen.
a) Michiel van Beusekom: Michiel is 15 jaar, maar hij verzet zich in de oorlog als een volwassenen. Hij is de zoon van de burgemeester en als hij vermoord wordt door de Duitsers, gaat hij zich helemaal verzetten tegen de oorlog. Hij verzorgd een gewonde Engelse piloot in het bos. Verder hielp hij altijd voorbijtrekkende mensen, die een kapotte kar, fiets, trekker hadden.
Dirk Knopper: Dirk is de buurjongen van Michiel, die een Engelse piloot in het bos verzorgd. Toen hij opgepakt werd, had Michiel het voor hem over genomen. Dirk is 21 jaar.
Jack: Hij is een Engelse piloot in de oorlog. Hij was neergestort in het bos en daar was hij gewond mee geraakt. Gelukkig had Dirk hem gevonden en hem verzorgd in een schuilplaats in het bos. Omdat zijn wonden niet snel helen, komt Erica af en toe naar de schuilplaats om het te helpen. Jack en Erica krijgen ook een relatie met elkaar.
Erica van Beusekom: zij is de zus van Michiel. Zij heeft een opleiding verpleging gedaan en dat komt in de oorlog goed van pas. Zij helpt allerlei mensen, waaronder Jack. Erica krijgt daardoor een relatie met Jack.
Oom Ben: Ben doet zich eerst voor als een man die in het verzet zit. Daardoor vertrouwt Michiel hem wel en vertelt hem allerlei dingen. Later merkt hij dat Ben een verrader is en kan hij nog net op tijd Jack redden.
Meneer Postma: toen er nog geen oorlog was, was het de meester van Michiel. Nu is hij hoofd van het verzet.
Schafter: iedereen dacht dat hij de verrader was, maar dat deed hij om schijn te wekken bij de Duitsers, want zelf had hij drie joden in huis.
b) De plaats waar het verhaal zich afspeelt is Vlank. Dat ligt in de buurt van Zwolle. Ik denk dat ze die streek genomen hebben, omdat daar veel boeren wonen. En omdat daar een groot deel van het verhaal op rust.. Dat veel mensen uit het westen helemaal daarheen lopen om wat eten te halen. Dat geeft denk ik ook goed weer, hoe erg de oorlog was en vooral de honger, omdat ze toch heel ver lopen voor iets te eten.
c) Het verhaal speelt zich af in de 2e wereldoorlog rond 1994. De vertelde tijd is ongeveer 3 jaar. Het verhaal wordt chronologisch verteld. Het is een lang verhaal. Er zitten volgens mij geen tijdvertragingen, maar wel kleine tijdversnellingen.
Van opdracht 5 heb ik a,b,e en g gekozen.
a) Het thema van het boek is dat oorlog een zware tijd is en dat je dan niemand kan vertrouwen. Mijn mening over het onderwerp is niet veranderd, maar wel aangesterkt, want nu weet ik meer hoe erg de oorlog was en daarvoor niet, want ik heb nog nooit een oorlog meegemaakt.
b) Het belangrijkste probleem in het verhaal is dat Michiel Jack moet verzorgen en hoe hij er voor zorgt dat zo weinig mogelijk mensen ervan te weten komen. Zelf zou ik het niet zo goed kunnen doen als Michiel doet in het verhaal.
e) Ik kon me het meest inleven in Dirk. Hij vertelde Michiel hoe hij ontsnapt was uit de trein en toen gevlucht was naar de schuilplaats. Toen leefde ik erg met hem mee, maar nog het meest toen hij vertelde wat ze allemaal met hem hadden gedaan, heel onmenselijk.
g) Ik vond het boek heel spannend, omdat het erg realistisch geschreven is en ook omdat een oorlog best spannend is. Het was ook spannend hoe je las, hoe Michiel voor allerlei dingen zorgde, die toch als hij onvoorzichtig deed, zijn dood kon worden.
Terlouw is op 15 november 1931 geboren te Kamperveen. Hij was de oudste zoon thuis en had nog twee broers en twee zussen. Hij groeide op in de Veluwse dorpen Garderen en Wezep waar zijn vader predikant wasJan Terlouw is gaan schrijven door zijn vrouw, hij vertelde eerder altijd zelfverzonnen verhalen aan zijn kinderen, zijn vrouw Alexandra van Hulst kwam op het idee om ze te gaan publiceren. Zijn eerste boek was Pjotr in 1970. Terlouw heeft een aantal boeken geschreven; voornamelijk jeugdliteratuur. Zijn politieke achtergrond schijnt door omdat zijn boeken vaak eigentijdse problemen aan de orde stellen, zoals het milieu, de politiek of de geschiedenis. Ook dringt in de boeken vaak de boodschap van de democratie, het vrije woord, het liberalisme en anti-extremisme door. Hij laat zien dat aan deze onderwerpen meer kanten zitten, dat je problemen van alle kanten moet bekijken voor je een beslissing neemt. Zijn hoofdpersonen zijn inventieve jongeren, die op een originele manier met die problemen omgaan. De jongeren leren veelal de zaken niet simpelweg te accepteren, maar kritisch te bekijken. Vaak is er een jongere aanwezig die het verkeerde pad op is gegaan en aan het eind van het boek besluit dat kritisch blijven denken toch het belangrijkste is. De boeken van Jan Terlouw zijn talloze malen herdrukt, bekroond, en vertaald in vele talen, tot in het Welsh en het IJslands aan toe.De laatste jaren schrijft Terlouw samen met zijn dochter Sanne Terlouw. Dit zijn detective-achtige boeken rond een vader en een dochter die samen moorden oplossen. Het derde boek is eerst als feuilleton verschenen in de Wegener kranten.
Boek informatie
- Oorlogswinter
- Jan Cornelis Terlouw
- Nederlands
Handige opties
- Meer boeken van:Jan Cornelis Terlouw