Boekverslag: De Avonden
In de avonden worden de laatste 10 dagen van '46 beschreven
(elke dag een hoofdstuk). Behalve het zevende en het tiende,
eindigen alle hoofdstukken met een droom.
I. Het is zondag, een verloren dag. Joop komt even op bezoek,
maar Ina is niet mee omdat ze ziek is. 's Avonds gaat Frits
naar Jaap Elderer. Die blijkt niet thuis te zijn. Dan gaat hij
naar Louis, die in een huis met een schildersatelier woont. Om
kwart over negen gaat Louis naar bed en Frits moet weg. Thuis
aangekomen kruipt hij uit verveling ook maar in bed.
II. Vader en moeder gaan naar Haarlem. Frits gaat met Joop en
Ina naar het Berendsgymnasium, dat 20 jaar bestaat. Hij ver-
veelt zich; voert enige onbenullige gesprekken.
III. 's Avonds gaat Frits op bezoek bij Jaap en Joosje, omdat
hun zoontje 1 jaar wordt. Hij neemt een cadeautje mee. Jaap is
niet thuis en Frits zit zich bij Joosje en twee oudere dames
te vervelen. Als Jaap thuiskomt, begint Frits te zeuren over
haaruitval. Daana maken ze lol over invalide mensen en over
een halfdronken man, die om elf uur binnenkomt. Als Frits
thuiskomt, heeft zijn moeder juist een zenuwaanval.
IV. Eerste Kerstdag. Frits' ouders gaan weg. Eerst komt Lande
op bezoek; hij verdenkt Maurits Duivenis ervan 200 gulden van
hem te hebben gestolen. Als het bezoek vertrokken is watert
Frits uit verveling in de kachel. Louis Spanjaard komt op
bezoek; ze gaan samen naar Walter Graafse. Ze maken muziek,
terwijl een verdieping hoger iemand stervende is. 's nachts
heeft Frits angstdromen.
V. Tweede Kerstdag. Frits' ouders gaan weg. Frits luistert
naar muziek en is gelukkig. In de stad ontmoet hij Maurits
Duivenis die bekent de 200 gulden te hebben gestolen. Hij
heeft ook een jas gepikt. 's Avonds gaat Frits naar Viktor,
student klassieke talen. Gesprek over mensen met geestelijke
afwijkingen.
VI. Frits gaat met Jaap, Joosje en Viktor naar een dancing.
Frits zeurt de hele avond over allerlei zaken en komt dronken
thuis.
VII. Frits wordt met een kater wakker en gaat 's middags naar
Adelaar, de vader van Ina. 's Avonds gaat hij naar Bep Span-
jaard, aan wie hij gruwel verhalen vertelt. Hij krijgt van
haar een speelgoedkonijn, dat zijn troeteldier wordt.
IX. Frits gaat met Jaap, Joosje, Bep en Eduard Hoogkamp naar
de religieuze negerfilm "De Groene Weiden". Voordat ze naar de
nachtvoorstelling gaan, praten ze eerst nog een poos over
ziekten en begrafenissen. De film maakt veel indruk op Frits
en na afloop gaat hij alleen naar huis. Hij wil aan het effect
van de film geen afbreuk doen door zinloos gepraat erover met
zijn vrienden. Thuis zoekt hij weer troost bij zijn speelgoed
konijn en een wit marmeren konijntje.
X. Oudejaarsdag. Frits krijgt om twee uur vrij. Op weg naar
huis ontmoet hij Maurits, die uitvoerig vertelt welke dief-
stallen hij nu weer gepleegd heeft. Frits viert thuis oude-
jaarsavond met zijn vader en moeder. Zijn moeder heeft zich in
plaats van wijn, vruchtensap in de handen laten stoppen. Dit
veroorzaakt bij Frits een gevoel van ontreddering. Als het
twaalf uur geweest is, gaat hij naar z'n vrienden. Nergens
wordt opengedaan. Wanhopig bidt hij tot God:" Vestig uw blik
op mijn ouders. Zie hen in hun nood". Als hij in bed stapt, is
hij blij dat hij leeft.
3.tijd.
3.1. In de laatste tien dagen van het jaar 1946.
3.2. Tien dagen.
3.3. Nee. 1,2 en drie: Nvt.
4.Ruimte.
4.1. Thuis, op straat en in de huizen van zijn vrienden.
5.Romanfiguren.
5.1. Frits,zijn ouders en zijn vrienden.
5.2. Frits is bekend met iedereen uit het verhaal. Zijn ouders
kennen zijn vrienden, iedereen kent elkaar.
5.3. De hoofdpersoon is de 23-jarige Frits van Egters, die bij
zijn ouders woont. Hij is op het gymnasium geweest, maar heeft
zijn studie niet voltooid; hij heeft nu een kantoorbaantje.
Zijn broer Joop is getrouwd met Ina. De vader van Frits is een
nogal zwijgzame figuur, die ook enigszins doof is, overigens
is hij overgevoelig voor elk geluid dat uit de radio komt. De
moeder van Frits is spraakzamer, maar echt contact heeft hij
met haar ook niet. Frits heeft een bijna neurotische belang-
stelling voor het lichamelijk verval -speciaal voor haaruit-
val- en laat dit vaak ook tot vervelens toe in gesprekken
merken. Graag vertelt hij sadistische verhalen.
6.Perspectief.
6.1. Een hij-figuur.
6.2. Het is een soort van toeschouwer die alles weet, maar
geen rol heeft in het verhaal zelf.
7.Structuur.
7.1. Hoofdstukken, elke dag is een hoofdstuk.
7.2. Nee.
7.3. Nee.
7.4. Nee.
8.Thema en motief.
8.1. 1 het pulken met zijn rechter pink in zijn navel.
2. Het niet gebruiken van het suikerlepeltje.
3. Het tot vervelens toe doorgaan over haaruitval.
8.2. De hoofdpersoon is een neurotisch type die eigenlijk in
een gesticht hoort.
8.3. Het verhaal gaat met name over de laaste 10 avonden van
'46.
9.Persoonlijk oordeel.
9.1. Ik haat de hoofdpersoon en vooral zijn vader, het boek
zelf is vrij moeilijk geschreven, maar ik ben er doorheen
gekomen.
9.2. 1. Nee, niet echt deze personen zijn zo anders dan alle
anderen.
2. Frits, aan de ene kant haat ik hem, aan de andere kant heb
ik medelijden met hem en ik vind hem ook nog eens zielig.
3. Het fragment dat hij het suikerpotje bij zijn vader in de
pap gooide.
9.3. Ja, het is zo'n irritant en neurotisch boek, dat moet je
een keer gelezen hebben.
(elke dag een hoofdstuk). Behalve het zevende en het tiende,
eindigen alle hoofdstukken met een droom.
I. Het is zondag, een verloren dag. Joop komt even op bezoek,
maar Ina is niet mee omdat ze ziek is. 's Avonds gaat Frits
naar Jaap Elderer. Die blijkt niet thuis te zijn. Dan gaat hij
naar Louis, die in een huis met een schildersatelier woont. Om
kwart over negen gaat Louis naar bed en Frits moet weg. Thuis
aangekomen kruipt hij uit verveling ook maar in bed.
II. Vader en moeder gaan naar Haarlem. Frits gaat met Joop en
Ina naar het Berendsgymnasium, dat 20 jaar bestaat. Hij ver-
veelt zich; voert enige onbenullige gesprekken.
III. 's Avonds gaat Frits op bezoek bij Jaap en Joosje, omdat
hun zoontje 1 jaar wordt. Hij neemt een cadeautje mee. Jaap is
niet thuis en Frits zit zich bij Joosje en twee oudere dames
te vervelen. Als Jaap thuiskomt, begint Frits te zeuren over
haaruitval. Daana maken ze lol over invalide mensen en over
een halfdronken man, die om elf uur binnenkomt. Als Frits
thuiskomt, heeft zijn moeder juist een zenuwaanval.
IV. Eerste Kerstdag. Frits' ouders gaan weg. Eerst komt Lande
op bezoek; hij verdenkt Maurits Duivenis ervan 200 gulden van
hem te hebben gestolen. Als het bezoek vertrokken is watert
Frits uit verveling in de kachel. Louis Spanjaard komt op
bezoek; ze gaan samen naar Walter Graafse. Ze maken muziek,
terwijl een verdieping hoger iemand stervende is. 's nachts
heeft Frits angstdromen.
V. Tweede Kerstdag. Frits' ouders gaan weg. Frits luistert
naar muziek en is gelukkig. In de stad ontmoet hij Maurits
Duivenis die bekent de 200 gulden te hebben gestolen. Hij
heeft ook een jas gepikt. 's Avonds gaat Frits naar Viktor,
student klassieke talen. Gesprek over mensen met geestelijke
afwijkingen.
VI. Frits gaat met Jaap, Joosje en Viktor naar een dancing.
Frits zeurt de hele avond over allerlei zaken en komt dronken
thuis.
VII. Frits wordt met een kater wakker en gaat 's middags naar
Adelaar, de vader van Ina. 's Avonds gaat hij naar Bep Span-
jaard, aan wie hij gruwel verhalen vertelt. Hij krijgt van
haar een speelgoedkonijn, dat zijn troeteldier wordt.
IX. Frits gaat met Jaap, Joosje, Bep en Eduard Hoogkamp naar
de religieuze negerfilm "De Groene Weiden". Voordat ze naar de
nachtvoorstelling gaan, praten ze eerst nog een poos over
ziekten en begrafenissen. De film maakt veel indruk op Frits
en na afloop gaat hij alleen naar huis. Hij wil aan het effect
van de film geen afbreuk doen door zinloos gepraat erover met
zijn vrienden. Thuis zoekt hij weer troost bij zijn speelgoed
konijn en een wit marmeren konijntje.
X. Oudejaarsdag. Frits krijgt om twee uur vrij. Op weg naar
huis ontmoet hij Maurits, die uitvoerig vertelt welke dief-
stallen hij nu weer gepleegd heeft. Frits viert thuis oude-
jaarsavond met zijn vader en moeder. Zijn moeder heeft zich in
plaats van wijn, vruchtensap in de handen laten stoppen. Dit
veroorzaakt bij Frits een gevoel van ontreddering. Als het
twaalf uur geweest is, gaat hij naar z'n vrienden. Nergens
wordt opengedaan. Wanhopig bidt hij tot God:" Vestig uw blik
op mijn ouders. Zie hen in hun nood". Als hij in bed stapt, is
hij blij dat hij leeft.
3.tijd.
3.1. In de laatste tien dagen van het jaar 1946.
3.2. Tien dagen.
3.3. Nee. 1,2 en drie: Nvt.
4.Ruimte.
4.1. Thuis, op straat en in de huizen van zijn vrienden.
5.Romanfiguren.
5.1. Frits,zijn ouders en zijn vrienden.
5.2. Frits is bekend met iedereen uit het verhaal. Zijn ouders
kennen zijn vrienden, iedereen kent elkaar.
5.3. De hoofdpersoon is de 23-jarige Frits van Egters, die bij
zijn ouders woont. Hij is op het gymnasium geweest, maar heeft
zijn studie niet voltooid; hij heeft nu een kantoorbaantje.
Zijn broer Joop is getrouwd met Ina. De vader van Frits is een
nogal zwijgzame figuur, die ook enigszins doof is, overigens
is hij overgevoelig voor elk geluid dat uit de radio komt. De
moeder van Frits is spraakzamer, maar echt contact heeft hij
met haar ook niet. Frits heeft een bijna neurotische belang-
stelling voor het lichamelijk verval -speciaal voor haaruit-
val- en laat dit vaak ook tot vervelens toe in gesprekken
merken. Graag vertelt hij sadistische verhalen.
6.Perspectief.
6.1. Een hij-figuur.
6.2. Het is een soort van toeschouwer die alles weet, maar
geen rol heeft in het verhaal zelf.
7.Structuur.
7.1. Hoofdstukken, elke dag is een hoofdstuk.
7.2. Nee.
7.3. Nee.
7.4. Nee.
8.Thema en motief.
8.1. 1 het pulken met zijn rechter pink in zijn navel.
2. Het niet gebruiken van het suikerlepeltje.
3. Het tot vervelens toe doorgaan over haaruitval.
8.2. De hoofdpersoon is een neurotisch type die eigenlijk in
een gesticht hoort.
8.3. Het verhaal gaat met name over de laaste 10 avonden van
'46.
9.Persoonlijk oordeel.
9.1. Ik haat de hoofdpersoon en vooral zijn vader, het boek
zelf is vrij moeilijk geschreven, maar ik ben er doorheen
gekomen.
9.2. 1. Nee, niet echt deze personen zijn zo anders dan alle
anderen.
2. Frits, aan de ene kant haat ik hem, aan de andere kant heb
ik medelijden met hem en ik vind hem ook nog eens zielig.
3. Het fragment dat hij het suikerpotje bij zijn vader in de
pap gooide.
9.3. Ja, het is zo'n irritant en neurotisch boek, dat moet je
een keer gelezen hebben.
Hij was een Nederlandse schrijver en dichter. Met Harry Mulisch en Willem Frederik Hermans wordt hij tot de Grote Drie van de naoorlogse Nederlandse schrijvers gerekend.
Boek informatie
- De Avonden
- Gerard Kornelis van het Reve
- Nederlands
Handige opties
- Meer boeken van:Gerard Reve