Jazz dans










Lotte van de Poel
Klas 10
2005-2006



Voorwoord.


Toen ik 5 jaar oud was, volgde ik 2 uurtje per week jazz dans in Brasschaat. Na 4 jaar ben ik gestopt met jazz dans en ben ik begonnen met tapdans. Het was een hele ervaring, en een zeer moeilijke techniek om onder de knie te krijgen. Ik ben met deze dans moeten stoppen omdat de dansschool geldproblemen had. Ik kon het toch niet laten om te stoppen met dansen en daarom ben terug naar mijn eerste dansschool gegaan om daar terug jazz dans te gaan volgen. Ik was op dat moment 12 jaar, en ik werd als maar beter en beter in het dansen. Toen ik 14 jaar was ben ik terug gestopt omdat mijn mama stierf. En nu twee jaar later, ben ik terug begonnen met dansen. Nu volg ik het zelf niet meer, maar geef zelf dansles aan kinderen van 11-12 jaar, zodat ik mijn eigen kennis kan doorgeven aan kinderen die er net zoals mij ook interesse in hebben.

Mijn jaarwerk bestaat uit een theoretisch en een praktisch deel. In het theoretisch deel vind je de definitie van de jazz dans, de historie en de doelstellingen van de jazzdans. In het praktisch deel vind je: de lesindeling, methodiek,didactiek, de dansterminologie, choreografie, mijn persoonlijk dagboek en de toegevoegde bijlagen. Via dit werk wil ik de mensen aansporen om meer vertouwt te geraken met jazz dans, zodat ze misschien zelf gaan dansen en ook hun eigen kennis kunnen doorgeven aan andere.
Ik heb dit jaar zeer veel bijgeleerd over de jazz dans. Ik danste maar wist bijna niets van de oorsprong en de bekende dansers. Ook de manier waarop iemand een dansje aanleerde en wat er allemaal bij komt kijken was voor mij nieuw. In het begin had ik het zeer moeilijk met het lesgeven. Ik had er totaal geen ervaring mee en soms had ik het gevoel dat ik nog te jong was om les te geven. Maar met een heel pak doorzettingsvermogen is het uiteindelijk toch gelukt . Voor het theoretisch deel was het even zoeken. Ik had nog nooit zo een groot werk gemaakt en daarom was het soms moeilijk om de essentie uit teksten te halen en daarover te schrijven.
Wat ik zeker onthoud voor mijn jaarwerk in de 12 klas, is dat ik ook een werk moet zoeken met een zeer grote praktische inbreng en zeker dat ik iets vroeger moet beginnen met mijn theoretisch deel.
Ik ben heel blij dat ik dit onderwerp heb gekozen. Via dit jaarwerk heb ik de kans gekregen om zelf dansles te geven. Ik ben daarom ook zeer blij met het uiteindelijke resultaat. Ik had nooit gedacht dat ik zo een werk met zoveel vreugde zou kunnen maken. Ik heb echt genoten van dit jaarwerk en al wat ik erbij heb geleerd.
Ik zou ook graag mijn jaarwerkbegeleidster Lut de Jaeger , mijn papa en tante , meneer Soete en meester Jan willen bedanken voor hun tijd en hulp.


Lotte Van de Poel
INHOUDSTAFEL

Voorwoord

1 Theorie 5
1.1 Definitie jazzdans 5
1.2 De geschiedenis van de jazz dans 6
1.3 Doelstellingen Jazzdans 11
2 Praktisch 13
2.1 Lesindeling 13
2.2 Methodiek 14
2.3 Didactiek 16
2.4 Danstechnieken 20
2.5 Choreografie 42
2.6 Foto’s 48
2.7 Dagboek 55
2.8 Bijlage 59
2.9 Bibliografie 65





























1 Theorie

1.1 Definitie jazzdans


1.1.1 Jazzdans t.o.v. andere dansvormen

Je hebt in de dans 4 grote groepen, waar alle dansen zijn ingedeeld: theaterdans, cultuurdans, straatdans en hedendaagse dans.
De theaterdansen bestaan uit: dansexpressie, klassiek ballet, jazz ballet, musical, tapdans.
De cultuurdansen bestaan uit: Afrikaanse dans, Flamenco, buikdansen, Latijnse dansen…
De straatdansen bestaan uit: hip hop, streetdance, breakdance
En de hedendaagse dansen bestaan uit: stijldans, hedendaagse dans en de jazz dans.

1.1.2 Definitie : wat is jazz dans ?

De jazz dans is een dans die gegroeid is uit de Afrikaanse dansen en de Europese volks- en gezelschapsdansen. Het heeft ook veel invloeden van het klassiek ballet, moderne dansen, theater en show.

De voornaamste kenmerken van jazzdans zijn:

- De ritmische bewegingen die zijn overgenomen uit de Afrikaanse dansen,tegenover de lyrische (zeer bewegelijke) bewegingen van de Westerse dansen.
- De improvisatie: In de jazz dans is er geen enkele beweging nauwkeurig vastgelegd, want het belangrijkste in deze dans is je eigen persoonlijke accent te kunnen leggen op de aangeleerde danspassen.







1.2 De geschiedenis van de jazz dans
1.2.1 Historiek
1.2.1.1 Afrikaanse Herkomst
In 1504 werden de eerste negers van Afrika naar Amerika gebracht om als slaaf te werken op de plantages in Amerika (slavernij). In 1863 werd de slavernij overal afgeschaft.
Het dansen werd onderdrukt door de blanken maar de Afro-Amerikanen begaven zich door te dansen in een buitenmenselijke wereld. Ze konden zo hun emoties meer uitdrukken. Door te dansen konden ze de geschiedenis, toekomst en heden beter voorstellen.
De Afrikanen dansten in Amerika met gebogen knieën zodat hun lichaam dicht tegen de aarde was. Ze gebruikten ook hun volledige voetzool. Zo konden ze snel veranderen van positie. Ze gebruikten soms ook maar één lichaamsdeel dat alleen bewoog, of ze gebruikte alleen hun handen en voeten ( negrodansen). Ze maakten gebruik van verschillende ritmes in de dansbewegingen. Maar het belangrijkste was dat ieder zijn eigen individuele inbreng had. Men improviseerde veel. De muziek waar ze op dansten was zeer ritmisch. Het waren vooral drums, omdat deze goed het ritme aangaven. Dit waren de eerste echte en belangrijkste danspasjes van de geschiedenis . Het dansen was een uitdrukking van vrijheid.
1.2.1.2 De 18 de eeuw
De Afrikanen werden in Amerika nog altijd neerbuigend bekeken. Er werkten nog altijd slaven op de plantages. Deze mensen kwamen regelmatig in opstand om de slavernij af te schaffen. Daarom had de regering in 1739 beslist dat slavenbijeenkomsten, en bepaalde muziek instrumenten zoals de drum verboden werden. Ze mochten er niet meer op spelen. Zo werd ook de dans verboden. Doordat dans verboden werd, kon men ook niet meer met andere culturen in contact komen. Zo kon men niets meer leren van andere culturen. Elke dans werd anders op alle verschillende plaatsten.
In de 17de eeuw kregen de Afrikanen terug hun vrijheid met behulp van de kerk. Men hield religieuze bijeenkomsten en zo herleefde de Afrikaanse muzikale tradities.
In de 18de eeuw vond men dansen iets bijbels. Daarom dansten men met gekruiste voeten. Zo was dansen niet stafbaar omdat het een religieuze dans was. Voor de verboden instrumenten kwamen er nieuwe instrumenten van het westen. Zo kwam ook de dans in contact met de Europese cultuur. In de 18de eeuw begon men met een nieuwe dansstijl,nl. tapdans.
1.2.1.3 De mistrel shows ( 1830-1900)
In 1812 werd het verbod op dansen opgezegd. Iedereen mocht terug dansen. De blanken schminkten zich zwart om met de slaven en de negers te spotten. In 1845 danste er voor de eerste keer een echte zwarte mee in een mistrelshow.
Op deze shows was altijd de cake walk het finale nummer. Als er wedstrijden onder elkaar gehouden werden, werd dit gedaan op de plantages. Wie het beste danste kreeg een cake, vandaar de naam. De cake walk bestond uit wilde sprongen en deftig proberen te lopen. Deze dans was het begin van de jazz dans
1.2.1.4 De afschaffing van de slavernij
Na de afschaffing van de slavernij ontwikkelde de dans zich verder als volkskunst in danshallen en in mistrelshows. Meer en meer echte zwarten dansten mee. De jazz dans werd meer en meer een podium kunst.

1.2.2 De grote doorbraak
1.2.2.1 Harlem
Harlem had op dat moment heel veel kunst en cultuur. Er werden negro-shows getoond voor een kleine groep blanken en de rijke mensen. Ook de danshallen hadden veel succes.
1.2.2.2 Ragtime
Deze muziek en dansstijl kwam echt tot vorm in de 19de eeuw. Het woord rag komt van ragged ( gescheurd, ongelijk). Het dansen op deze muziek veranderde voor zowel de blanken als de zwarte in alle generaties de dansgewoontes.
1.2.2.3 Ontwikkeling van de dansstijlen in de danshallen
In Harlem werd er in balrooms en jazzclubs gedanst op de allernieuwste muziek. Er werd een soort competitie gehouden waar ze op zoek moesten gaan naar nieuwe dansvormen. Zo ontstonden de Charleston, de Black Bottom, de Shimmy, de Lyndi Hop, de Jitterbug,… (het waren dansen met veel sprongen en veel heup bewegingen). In het begin leerde de blanken dansen van de zwarte. Deze dansen en bewegingen werden zeer acrobatisch uitgevoerd.

1.2.2.4 De eerste jazz dans
In de 20ste eeuw was het de grootste doorbraak voor de jazz dans. De aandacht voor de mistrelshows verminderde. Er begonnen verschillende dansgroepen rond te trekken. Zo ontstonden de musicals. In de musicals werd er veel tapdans gebruikt.

Er kwamen in Amerika veel grote dansscholen voor jazz dans. Alles ging goed totdat er in Amerika een economische crisis kwam. Dit leidde tot veel dansscholen die moesten sluiten. Om de moed erin te houden voor de toekomst traden de zwarte meer en meer op voor de blanken mensen. Men kreeg er meer respect voor. Het neerbuigende gedrag en het gespot om de zwarte zoals in de misterlshows vroeger gedaan werd verdween langzaam.
Er kwamen nieuwe uitvindingen zoals de radio en de grammofoon. De muziek en de dans werden commercieel interessant. Zo kon zwarte muziek en dans zich over heel de wereld verspreiden. De jazz dans bleef maar evolueren.
1.2.2.5 De moderne jazz dans
De jazz dans wordt in 1940 “moderne jazzdans genoemd”. De naam is gegeven omdat de jazz dans verschillende technieken van verschillende dansstijlen overnam. Het was vooral bestemd voor jonge mensen.
Een zeer bekende danseres die heel veel in de dans heeft gedaan was Katerine Dunham. Deze vrouw voegde aan de jazz dans veel spanning en ontspanning toe. Ze baseerde zich op het klassieke ballet.(zie biografie). Nog belangrijke mensen in de dansgeschiedenis zijn Matt Mattox. Hij gaf veel aandacht aan de coördinatie, Gus Giordano hij legde het accent op de expressie van de dansers.
Jazz dans was een nieuwe dans, die men als vrijetijdsbesteding kon gebruiken. Het gaf plaats voor nieuwe bewegingen die in een moderne cultuur passen.

1.2.3 Grondleggers van de jazz dans
1.2.3.1 Katerina Dunham (°1912)
Zij probeerde duidelijk te maken dat de zwarte mensen een zeer speciale manier hadden om te dansten. Ze probeerde duidelijk te maken dat de zwarte isolatietechnieken en veel ritme gebruikte. Zij gebruikte deze technieken om haar eigen choreografieën te maken. Ze voegde aan deze dansstijl dansvormen van het klassieke ballet toe.
Biografie
Katerina is geboren in 1909 Illinois in Chicago. Als kind keek Katernina heel hard op naar de dansers Cole and Johnson, ze droomde ervan om ook zo beroemd te worden, en ging naar een dansschool. In 1928 ging ze antropologie studeren aan de universiteit van Chicago. Ze was één van de eerste vrouwen die dit deed. Daar haalde ze verschillende diploma’s en een doctoraat. Ze richtte ook een nieuwe academische richting op in de antropologie namelijk de antropologie van de Caribische en de Braziliaanse dans. Ze verbleef hiervoor vaak in Haïti wat ze haar tweede vaderland noemde.
Tijdens haar universiteitstudies nam ze verder danslessen en trad ze op in verschillende producties.Haar eerste hoofdrol was in het stuk La Guiablesse. Op dat moment was haar danslerares Ludmila Speranzeva.
In 1931 richtte zij in Chicago haar eerste dansschool op. Ze begon drie jaar later in één van de meest succesvolle danscarrières van Amerika en Europa. Dit leidde tot grote rollen in musicals, opera’s en cabarets in heel de wereld.
Ze verhuisde naar New York en in de late jaren ’30 richtte zij hier nog een dansschool op. Daar heeft ze veel bewondering gekregen voor haar pedagogie van het lesgeven in de dans.
In New York richtte ze een rondreizende groep op. Deze groep reisde heel de wereld rond om te dansen. The Katerine Dunham groep kreeg veel waardering in de jaren’40 doordat ze meer dan 100 originele werken dansten die gechoreografeerd waren door Miss Dunham. Doordat er veel zwarte mensen meedanste in de dansgroep en het resultaat zeer goed was, kregen de zwarte stilaan meer waardering.
Katerina was één van de meeste gerespecteerde danseres, choreografe en lesgeefster van heel de wereld.
In 1930 trouwt ze met John Pratt. Het was één van de meest belangrijke theaterontwerpers. Ze vormde een heel sterk en creatief team met hem. Zij zorgde voor de dans en hij voor het decor.
Miss Dunham gebruikte haar talenten om de mensen rond haar duidelijk te maken dat er in de wereld heel wat sociale problemen waren. Om het nog extra te benadrukken deed ze een 47daagse- hongerstaking in 1993. Op dat moment was ze 84 jaar oud. Ze vroeg door deze staking aan Amerika om hun opinie en de relatie met Haïti te verandering. Het gevolg is dat de eerste echte president terug verkozen werd.

1.2.3.2 Jack Cole ( 1913-1974)
Hij was de eerste blanke choreograaf die de isolatie technieken echt zag als de basis van de jazz dans. Hij combineerde de klassieke, moderne en jazzvormen er ook bij.
1.2.3.3 Matt Mattox (°1921)
Het was een leerling van Jack Cole. Hij werkte de isolatie technieken nog meer uit. Hij legde nog eens het extra accent op stretching en ook de training voor een betere coördinatie te krijgen.
1.2.3.4 Eugène Luigi Louis ( °1925)
Hij begon met tapdans en acrobatische dans en richtte zich later meer op het klassieke ballet. Tijdens WO II moest hij al zijn trainingen stoppen. Hij kreeg een zwaar auto ongeluk en was voor de helft van zijn lichaam verlamd. Doordat hij zeer veel doorzettingsvermogen had, is hij terug beginnen dansen. Doordat hij niet zo vrij meer kon bewegen is dit zijn eigen manier geworden om te dansen. Hij had ook veel inspiratie uit het Spaanse, Afro-Cubaanse en moderne dans en tapdans.

1.2.4 Jazzdans in Vlaanderen

In de jaren ’60 was de jeugd zeer sterk bezig met muziek met een sterke beat. In 1975 kwam er voor het eerst een echte dans film uit ( West Side story). Het was een film waar een nieuwe dans soort aan te pas kwam, de jazz dans. Deze film was zeer bekend in Amerika, Londen en later in heel de wereld. Verschillende musicals werden als maar bekender. Ook in de film kwam meer belangstelling voor jazz dans. Het werd zeer populair bij jongeren als vrijetijdsbesteding.


Hier bij ons in Vlaanderen waren het Juliette Lams-Broeders en Jac Delsing, die jazz dans bekend maakten in Vlaanderen. De dans ontwikkelde zich verder in verschillende kunstrichtingen. De Federatie Vrije Tijd dans en sport ( Fedes) richtte verschillende danscursussen en internationale dansstages in te Brugge. Verschillende plaatselijke dansers richtten in Vlaanderen hun dansgroep op.



1.3 Doelstellingen Jazzdans

1.3.1 Fysieke doelstelling

Als je danst is het belangrijk dat je veel kracht, lenigheid en een goede coördinatie hebt. Als je een gevorderde danser bent, zijn dit de belangrijkste basissen om op hoger niveau te kunnen dansen.


1.3.2 Psychomotorische doelstellingen

1.3.2.1 Ruimtelijke perceptie

Dit is de manier waarop je je in een ruimte voortbeweegt. Je moet de ruimte in verschillende vlakken verdelen, zodat je in die vlakkenvloeiend kan bewegen.

1.3.2.2 Lichaamsperceptie

Iedereen beweegt verschillend met zijn lichaam. Iemand die zich gelukkig voelt, gaat anders bewegen dan iemand die ziek is. Het gevoel waar je op dat moment in bent, bepaald de lichaamstaal. Als je een bepaalde emotie wilt hebben, moet je een zeer goede lichaamsbeheersing hebben. Ook zijn vormspanning, je houding, en evenwicht zeer belangrijk.

1.3.2.3 Tijdsperceptie

Wat hier zeer belangrijk is, is dat je het ritme voelt in een lied, zodat je altijd op de maat van de dans danst. Als je een ervaren danser bent hoor je ook accenten op de muziek. Op dit moment kan je ook een accent leggen in je beweging.



1.3.3 Dynamische en affectieve doelstellingen

Het zijn doelstellingen die te maken hebben met je gevoel.Je kunt
op dit deel veel bereiken in de jazz dans



1.3.3.1 Individueel

Je krijgt respect voor je lichaam. Het doorzettingsvermogen neemt toe. Je beleeft vreugde door te bewegen. Je concentratievermogen vergroot. Je wordt leergieriger en streeft naar nauwkeurigheid. Bovendien leer je je aan afspraken te houden.


1.3.3.2 In groep

Door te dansen in een groep leer je te communiceren en krijg je respect voor de andere. Je leert samen te werken met de andere en jezelf te zijn in de groep.



2 Praktisch

2.1 Lesindeling


Er bestaat op dit moment niet echt een vaste regel voor juist les te geven. Er zijn verschillende variaties en verschillende lesmethodes die je kan gebruiken.
Het is niet gemakkelijk om aan kinderen vaste danspasjes aan te leren waarbij ze vrij in kunnen bewegen en waar ze zelf hun persoonlijke accenten in kunnen leggen. Een les is als volgt ingedeeld.

2.1.1 De inleiding

Hier geven we geen aandacht aan de bewegingstechniek. De bewegingsvreugde en het opbouwen van zelfvertrouwen krijgt zeer veel aandacht . Daarom verkiezen we hier voor eenvoudige oefeningen, die heel gemakkelijk over te nemen zijn. Dit kan een soort aerobic zijn. Het kunnen ook bewegingen zijn waar de leerkracht iets voortoont en waar de leerlingen de bewegingen direct nadoen. In dit gedeelte wordt er niet veel uitgelegd.


2.1.2 Technisch gedeelte

Hier is het belangrijk dat je oefeningen gebruikt die in de uiteindelijke dans zitten. B.v. een draaibeweging. Dit gedeelte is zeer belangrijk omdat je geen vorderingen kan maken als je de basistechnieken niet kent. Het lichaam moet opgewarmd, gerekt en gestrekt worden.

In het technische gedeelte vinden we meestal: lenigheidoefeningen, spierversterkende oefeningen, coördinatieoefeningen en isolatieoefeningen. Het is normaal dat niet al deze oefeningen aan bod komen in één les. Het is leuk voor de leerlingen dat ze de oefeningen herkennen in het dansgedeelte.

2.1.3 Het dansgedeelte

De oefeningen die ingeoefend werden in het technische gedeelte, worden nu toegepast in een dans. Doordat ze de bewegingen beter onder de knie hebben, kunnen ze meer hun aandacht richten op de afwerking, accenten en expressie. De keuze die je als leerkracht maakt voor de bewegingsstijlen is anders bij jongens dan bij meisjes. Bij de jongens worden de bewegingen meer gezocht in de gevechtsporten. Het zijn zeer krachtige bewegingen. Bij de meisjes wordt het meer gezocht bij de nieuwere trends, b.v. hip hop…. Het is niet nodig om hier een verschil in te maken. Het is afhankelijk wat uiteindelijk je doel is. Ook is het leuk voor de leerlingen om verder te werken aan één bepaalde dansreeks zodat ze na enkele lessen een resultaat hebben dat ze dan kunnen uitvoeren op gepaste muziek.




2.1.4 Het slot

Hier wordt meestal alles wat we die les hebben gedaan nog eens herhaald. Je gebruikt snellere muziek of de ene groep kijkt naar de andere . Je kan ook ontspanningsoefeningen geven, waarbij iedereen op de grond gaat liggen en waarbij er gelet wordt op de ademhaling.



2.2 Methodiek

2.2.1 Vrije opstelling

De leerlingen stellen zich op met hun gezicht naar de spiegels, of als deze er niet zijn, naar de langste muur. De leerlingen staan gewisseld zodat je je aandacht kan verdelen over iedereen. Zo staat niemand voor iemand en krijgt iedereen de kans om zichzelf in een spiegel te zien.


























2.2.2 Vraag- en antwoordvorm

In deze opstelling kan je gemakkelijk bewegingszinnen inoefenen. Groep A danst de eerste reeks bewegingen. Onmiddellijk erna danst groep B. Ze dansen dezelfde reeks of een andere, terwijl groep A zich klaar houdt voor een andere reeks bewegingen, …
Zo kan je als leerkracht gemakkelijker observeren waar de zwakheden liggen, doordat de groepen kleiner zijn.






















2.2.3 Golfsysteem/ diagonaal/ manège

Deze opstellingen zijn goed voor het inoefenen van verplaatsingen. Ook hier kunnen de leerlingen aandachtig observeren om de dansende groep nodige richtlijnen te geven.
























2.2.4 Concentrische opstelling,verschillende cirkels, slingers

Als de leerlingen zelf de oefeningen mogen kiezen, zijn deze opstellingen het beste. Zo is er meer contact tussen de leerlingen.






















2.2.5 Werken met het publiek

Werken met het publiek is een zeer goede methode om het observatievermogen en het analysevermogen van de leerlingen te verbeteren. De ene groep kijkt naar de andere groep die de dans uitvoert. Achteraf kunnen de leerlingen tips geven aan elkaar.


2.3 Didactiek

2.3.1 Oefenstofkeuze

Je moet met verschillende zaken rekeningen houden:

- Wat vinden de leerlingen leuk?
- Wat zijn mijn eigen doelstelling?
- Wat kunnen de leerlingen aan?
- Is er voldoende afwisseling in de beweging?





2.3.1.1 Het begeleiden van bewegingsvormen

Je kan de dans begeleiden met de stem, met klappen in de handen, met een bepaald instrument, met een eigen voorbeeld. Je gebruikt dit om een begin of een einde aan te geven, of om een accent duidelijk te maken,…Meestal telt men met: 5,6,7,8


2.3.1.2 Demonstraties

Een juiste demonstratie werkt zeer stimulerend. Het is leuk voor de leerlingen als de demonstratie kan gezien worden met behulp van spiegels of de leerkracht die danst in spiegelbeeld. Het is belangrijk dat de demonstratie duidelijk is voor iedereen. Je kan op voorhand erbij zeggen waarop ze moeten letten.


2.3.1.3 Muziek

Vroeger werd er op jazz muziek gedanst. Om het nu meer in smaak te laten vallen bij de jeugd gebruikt men meestal hedendaagse pop muziek. Ook wordt nog de traditionele jazz muziek gebruikt, met de saxofoon, maar meestal gebruikt men deze voor opwarming.

We onderscheiden in de muziek 8 vormen. In elk lied is dit verschillend en dat maakt elk liedje zo uniek:
1. Melodie
Een melodie is een opeenvolging van noten, toonhoogten die een bepaald muzikaal geheel vormen. Het is een soort gedachte met een specifiek karakter en met een duidelijk begin en einde. Je kan het gemakkelijk herkennen omdat elke melodie verschillend is.
2. Harmonie
Een harmonie is een samenklank van verschillende klanken en tonen. In de Europese klassieke muziek is de harmonie ontstaan. Er is spraken van harmonie als meerdere noten samenklinken. Het is een opeenvolging van akkoorden of het samenklinken van noten in een bepaalde stijl of muziek stuk. zodat ze één geheel vormen
3. Toonhoogte:
Het verschil in hoogte en laagte van noten.

4. Maat
De maat is een indeling van tijd. Er kan in een dans bepaalde maat structuur zitten, waar het gemakkelijk is om op te dansen. De maat van 4 is een veel voorkomende maat. Het is gemakkelijkste om aan iemand hierop een dans aan te leren. B.v. Stap(1), draai(2), stap(3), klap(4)

5. Ritme
Ritme is een verandering in tijd. Het is een opeenvolging van klanken. Je kan pas spreken van ritme als je een structuur in de muziek hoort. Zo ontstaan er tellen waarop je dan kan dansen. Je hebt ook muziek waar je niet zo goed op kan dansen, dit heet men dan luistermuziek het is veel abstracter dan dansmuziek.
Afhankelijk van de snelheid van een tel kan je spreken van snelle of langzame muziek. De snelheid van de tellen zal in het algemeen veel weg hebben van de snelheid van je hartslag. Zo kan je lichaam beter werken op een bepaald ritme. In het ritme heb je ook noten en tonen die extra uitkomen. Dit heet men een accent op de muziek.Op een bepaalde tel komt je uitgevoerde beweging beter uit. Je kan een nieuwe beweging starten, of ook een accent leggen in je dans.
Als je een choreografie maakt en je hebt veel accenten op de muziek, of een snel ritme zal je snellere bewegingen kunnen maken met veel opvallende en geaccentueerde bewegingen . Als je een traag nummer hebt met weinig accenten, zal je dans veel rustiger zijn met minder bewegingen die eruit springen.
6. Tempo
De meeste dansmuziek heeft gemeen dat het tempo constant is. Het metrum ( het verdelen van een accent op een tijd)en het tempo bepaald meestal het type dans. In de 19de eeuw wordt steeds meer de nadruk gelegd op ritme
7. Toonhoogte
Het verschil in hoogte en laagte
8. Klankkleur
Elke muziek maakt gebruik van klankkleuren, meestal door middel van het gebruik van specifieke muziekinstrumenten. De instrumenten geven dan een bepaalde stijl aan. Als je klassieke instrumenten hebt, die traag spelen, zal de kans groot zijn dat er klassiek ballet wordt op gedanst. Als je een elektronische piano hebt met gerap op de achtergrond wordt er meestal hip hop op gedanst.
2.3.1.4 Spiegels
Het is voor de leerlingen zeer belangrijk om hun eigen fouten te kunnen zien. Met behulp van spiegels is dit zeer gemakkelijk. Zo kunnen ze de leerkracht ook langs een andere zijde bekijken.

2.3.2 Mijn muziekkeuze
2.3.2.1 I believe van Yolanda Adame
Ik heb dit liedje gekozen omdat het een lied is waar veel afwisseling in zit, met een zekere herhaling. Het begint met een traag stuk, het bouwt zich op tot aan het refrein. Dan volgt de strofe en dan weer het refrein. Om de structuur een beetje te verbreken zit er een hip hop stukje in.
Het moeilijke van dit nummer is dat het soms niet bestaat uit 4 tellen. Regelamtig komt er een vijfde tel bij. Dit kan in het begin wel zeer verwarrend zijn om iets aan te leren, omdat dan het basis patroon wegvalt.
2.3.2.2 Siamsa van Lord of the dance
Het is een instrumentaal liedje dat zeer ritmisch is en gebruikt wordt om te tapdansen. Ik had het in de eerste plaats gekozen omdat ik graag één les tapdans wou geven. Maar bij nader inzien was dit te hoog gegrepen. Ik heb wel het liedje behouden en er jazz dans opgegeven.
2.3.2.3 Pirates of the Caraïben van Jack Sparrow
Dit liedje hadden we gebruikt op het carnaval feest op school. Het is een zeer populair liedje en een leuk liedje om je vrij op te bewegen.
2.3.2.4 Bekende liedjes

Macarena, WMCA, Ketchupsong,… Het zijn dansjes en liedjes die iedereen kent. Ik gebruikte deze om voor de opwarming, om aan te leren hoe dat je een beweging een mooi accent geeft,… Je moest zo niet veel tijd steken in het aan te leren van de
2.3.2.5 Banger hart van Rob de Nijs
Het is een zeer sfeer vol nummer, ook een zeer duidelijke structuur met een duidelijke tel van 4 erin.






2.4 Danstechnieken

Het zijn basisbewegingen die aan de basis liggen van de dans. Ze worden in een choreografie verwekt. Deze oefeningen en posities worden meestal gebruikt als opwarming.

2.4.1 Posities


2.4.1.1 Voetposities

- 1ste positie open
De voeten staan met de tenen naar buiten gedraaid, met de hielen tegen elkaar



















- 2de positie parallel
De voeten staan parallel tegen over elkaar, ongeveer op heupbreedte


























- 2de positie open
Het zelfde als bij de tweede positie parallel maar dan met de tenen naar buiten gedraaid.



















- 3de positie
De voeten zijn naar buiten gedraaid, met de hiel tegen het midden van de andere voet.



















- 4de positie parallel
Een voorwaartse spreidstand, waarbij je knieën ligt gebogen zijn, en de hielen van de grond komen
















- 6 de positie of de 1ste positie parallel
De voeten staan naast elkaar, waarbij de tenen en hielen naast elkaar staan.



















2.4.1.2 Armpositie


- 1ste positie
De armen heffen voor je buik
































- 2de positie
De armen op schouderhoogte brengen, horizontaal



















- 5de positie
De armen verticaal naar boven


















2.4.2 Pliés en relevés

2.4.2.1 Demi pliés
Een demi-plie is een halve buiging van de knieën, waarbij de hielen plat op de grond staan en waarbij de romp wordt verlengd.


















2.4.2.2 Grand pliés
Het is een volledige buiging van de knieën. De knieën worden gebogen,waarbij je voeten moeten zo lang mogelijk plat op de grond blijven staan. Wanneer je je knieën niet meer verder kan buigen, hef je de hielen van de grond.















2.4.2.3 Relevé
Het is je verheffen om de tenen. Het is hier zeer belangrijk dat je je hielen goed naar voor houdt.



















2.4.2.4 Veel voorkomende fouten
a) De romp wordt te weinig opwaarts verlengd bij een plié.
b)Wanner je bij een grand-plié door je knieën gaat, gaat de leerling op zijn hielen zitten.
c)De knieën worden bij een plié niet naar buiten gedraaid.






2.4.3 Battement
Het is een been gestrekt opgooien op verschillende hoogtes en naar verschillende kanten.


























2.4.3.1 Battement tendu
Het been wordt gestrekt naar voor gebracht, waarbij de voet gestrekt is en waar juist de tenen de grond raken. Het gewicht blijft op het staande been. Het wordt na de battement tendu terug geplaatst naast het staande been.
























2.4.3.2 Battement tendu jeté
In de battement tendu breng je één been naar voor. Het been wordt hoger opgegeven, zodat het in een hoek van 45° komt te staan. Het gaat het beste als je een krachtige opgooi hebt.





















2.4.3.3 Grand battement
In de grand battement breng je één been naar voor. Je zwaait het op tot dat het in een hoek van 90°staat. Het lichaam blijft rechtop staan.



















2.4.3.4 Veel voorkomende fouten
a) De voet van het bewegende been mag niet in flex staan.
b) Het bekken moet meebewegen.







2.4.4 Isolaties

Het zijn bewegingen die door één bepaald lichaam worden uitgevoerd


2.4.4.1 Het hoofd

a) Draaien ( rechts en links)
Het hoofd staat recht op de romp en draait alleen zijwaarts. Je kijkt rechts of links naar een punt dat ter hoogte van je oog is.

















b) Kantelen
- Voor en rugwaarts:
Het hoofd en de schouders zijn ontspannen, de romp is recht. Bij het kantelen naar voor zijn de ogen gericht op de grond voor je. Bij het rugwaarts kantelen zijn je ogen naar het plafond gericht.




























- Zijwaarts
Je vertrekt met je hoofd naar voor gericht. Je brengt je oor naar je schouder. Je kijkt naar links of rechts.



















c) Schuiven
- Voor- en rugwaarts
Je duwt je kin vooruit, zonder dat je hoofd naar achter kantelt. Dit wordt ook wel chiken genoemd.



















- Zijwaarts
Het hoofd blijft recht op je lichaam. Je blijft bij deze beweging altijd naar voor kijken. Je duwt je hoofd naar links of rechts.

















d) Rotaties
- Cirkelbeweging
Het is een combinatie van de verschillende kantelbewegingen( zijwaarts, rugwaarts, zijwaarts). Je hoofd rolt over je nek en schouders.

















- Horizontale rotatie
Het is een combinatie van de verschillende schuifbewegingen ( zijwaarts, rugwaarts, zijwaarts). Je hoofd wordt recht opgehouden. Zodat je altijd voor je blijft kijken.



















e) Veel voorkomende fouten
- Het hoofd hangt te ver naar achteren bij het rugwaarts kantelen
- Je kin beweegt mee in de richting van de schouders bij het zijwaarts kantelen.
- Je schouders hef je lichtjes naar boven terwijl je zijwaarts draait










2.4.4.2 Schouderisolatie

a) Heffen
De schouders worden zo hoog mogelijk opgetrokken en zo laag mogelijk naar beneden gedrukt. De rest van het lichaam beweegt niet.



















b) Duwen ( voor-rugwaarts)
Het schouderblad naar voor en achteren duwen.


















c) Halve rotatie:
Het naar of naar achter rollen in het schouderblad.



















d) Hele rotatie:
Het is het volledig rollen van de schouders.





















e) Veel voorkomende fouten
De armen bewegen mee in de voor of rugwaarts bewegingen




2.4.4.3 Bekkenisolatie

a) Kantelen
- Voor en rugwaarts:
Je bekken kantel je naar achteren of naar voor:



























- Zijwaarts
Je bekken kantel je naar links of rechts:



















b) Rotatie
Het voorwaarts en het zijwaarts kantelen wordt nu samengedaan in één vloeiende beweging.



















2.4.4.4 Toepassingsvormen

- De arch:
Je hoofd breng je naar achteren en je maakt een holle rug.



















- Contractie
Het is het achteruit drukken van de ribben



















- Flat back:
De romp wordt naar voor gestrekt in een hoek van 90°.


















2.4.5 Draaitechnieken
2.4.5.1 Draai-stap-draai
Het is een dans om je eigen as waarbij je drie stappen zet.


















2.4.5.2 Détourné

- En dedans
Je kruist je linkerbeen achter het rechter. Het rechter been is nu voor.



















- En dehors
Je kruist het linkerbeen over het rechterbeen. Het rechter been is nu achter.



















2.4.5.3 Sprongdraai
Je springt, en stoot af met twee voeten. Op het moment dat je zweeft, draai je.

















2.4.5.4 Pirouette
Het is een draai op één voet, waarbij het been waarop je staat gestrekt of gebogen is. De voet staat in relevé (op de tenen of een stuk op de bal van je voet). Het andere been staat in de passé(het ene been langs het andere been passeren). Je draait rond je eigen as op één been.



















2.4.5.5 Kniedraai
Het is een draai waarbij één knie op de grond is, en het andere gebogen staat.















2.4.5.6 Veel voorkomende fouten
- Het evenwicht wordt niet behouden











2.4.6 Sprongtechnieken

2.4.6.1 Jeté
Je stoot je af op één voet en je komt op de andere voet neer.



















2.4.6.2 Temps levé
Je stoot je af op één voet en je komt op die zelfde voet neer.






























2.4.6.3 Stand sprong
Je stoot je af op twee voeten en je komt op twee voeten neer.



















2.4.6.4 Assemble
Je springt op één voet en je komt op twee voeten neer.



































2.4.7 Basispassen jazzdans

2.4.7.1 Chassé
Het is een bijtrekpas, het kan voor-,zij en achterwaarts uitgevoerd worden.



















2.4.7.2 Pas de bouré
Het is een pas dat uit drie passen bestaat: kick, rechts, links.


















2.4.7.3 Touch step
Tik de grond met de tenen, en plaats dan je voet neer.


















2.4.7.4 Kick
Je heft je knie naar boven, en strekt krachtig je voet.



















2.4.7.5 Ball change
Een voet plaats je zij of achterwaarts. De andere voet hef je even op, en plaats je dan terug op dezelfde plaats.





























2.4.7.6 Mambo
Plaats je rechtervoet voor, en hef je linker voet op.Plaats dan je linker voet weer terug.



















2.4.7.7 Step turn
Plaats één voet voor, waarbij je steunt op het andere been en zo een halve draai maakt.

































2.4.7.8 Step touch
Je zet een stap op zij en je plaatst je andere voet er bij.




















2.4.7.9 Walk around the world
Kruis rechtervoet voor, plaats je linkervoet achter. Rechter voet opzij. Je moet denken dat je een vierkant hebt, waar je op elke hoek stapt.



















2.5 Choreografie

Het is het maken van een soort draaiboek, waar de dansen en de positie instaan die de dansers moeten kennen. De dansers zijn het middel en de choreografie is het doel waar dat men naar streeft.
Hieronder vind je mijn choreografieën, die ik heb gemaakt voor mijn leerlingen.











































2.5.1 I believe van Yolanda Adame

















































2.5.2 Siamsa van Lord of the dance















































2.5.3 Pirates of the Caraïben van Jack Sparrow
















































2.5.4 Bekende liedjes
















































2.5.5 Banger hart van Rob de Nijs










__________________________________























2.6 Foto’s

heel de dans groep






Eindpositie Arne en Giovanni


groep 1



groep 2



groep 3
groep 4


begin Lord of the dance


Stap draai


stap klap
bekken isolatie

choreografie armen,


Chassé zijwaarts


duo dans

observeren

duo dans

walsen























2.7 Dagboek


Ik heb als praktisch deel voor mijn jaarwerk een heel jaar danslessen gegeven.. Ik wou altijd al danslessen geven en via mijn jaarwerk is mijn droom in vervulling gegaan. Het is in de school waar mijn stiefbroer en stiefzus zitten. Via hen had ik dan ook veel kinderen die kwamen dansen. Mijn danslessen gingen door in de turnzaal van de school. Ik heb van al mijn danslessen een verslag bijgehouden, met leuke en minder leuke momenten in.

Vrijdag 22 oktober: Ik zit vandaag met heel veel vragen over het praktisch deel van mijn jaarwerk. Hoe het zal zijn met die kinderen, op welk niveau moet ik lesgeven, wat verwachten ze van mij. Vragen die ik op dit moment echt niet kan beantwoorden. Ik kan er alleen maar over dromen, hoe het zou zijn. Ik zie het voor me. Ik besef dat ik uit deze droomwereld moest stappen en echt zelf met beide voeten op de grond, moet gaan beslissen hoe ik het ga aanpakken. Mijn plan is een boekje aan te schaffen waar ik al mijn problemen en opmerkingen in noteer en het gewoon rustig op mij laten afkomen. Ik ga er gewoon rustig over slapen.


Zaterdag 23 oktober: Ik had vannacht een droom en heb hem onthouden. Ik heb gedroomd dat ik voor een dansgroep sta en een dansles moest geven. Ik had een prachtige choreografie en de afwerking was gewoonweg prachtig. Toen ik dan uiteindelijk opstond, probeerde ik mij de pasjes van mijn droom te herinneren en uit te dansen. Het was gewoon geweldig. Met mijn ogen toe op de maat van de muziek. Met de droom in mijn achterhoofd danste ik heel mijn kamer rond. Op dat moment wist ik dat het geweldig zou zijn als ik dit aan andere zou kunnen leren . Ik besloot om de tellen, maten en passen op te schrijven, zodat ik ze niet meer zou vergeten. Dit moment vergeet ik echt nooit van mijn leven meer.


Zondag 24 oktober: Morgen moet ik naar de directeur van de school waar ik les ga geven. In de vakantie komt een vriendin om mij te helpen met de voorbereidingen van het les geven. Ik heb haar gekozen omdat zij altijd met mij heeft gedanst in de dansschool. Zij denkt hetzelfde.
We zien wel hoe het samenwerken deze keer gaat.Ik zit nu echt met grote ideeën maar misschien zijn ze niet echt realistisch.


Donderdag 17 november: Vandaag was mijn eerste les. Ik kon niet meer van de zenuwen. Ik kwam een half uur te vroeg aan. Zo kon ik de zaal een beetje verkennen en een beetje mijzelf tot rust zetten.
Nog geen 10 minuten later kwamen de eerste kinderen binnen. Ik wees aan waar dat iedereen zijn spullen kon leggen. Ik gaf ze een plakkertje waar ze hun naam op konden schrijven. 23 van de 26 leerlingen kwamen opdagen. Meester Jan besloot alle afspraken te overlopen. Ik stelde mij voor en we begonnen direct met de dansles. Als je met een lichaam bezig bent moet je je natuurlijk opwarmen. Ik begon met een concentratie oefening. Iedereen moest in een kring staan en de klap doorgeven. Het vraagt veel concentratie en toch beweging. Nadat we dat een paar keer gedaan hadden had ik een dans opwarming voorbereid.( zie apart blad). Het was zeer simpel. Iedereen kon goed mee werken en dat maakte de sfeer op en top. Meester Jan ging weg nadat hij zag dat ik het goed deed. De laatste drie kwamen ook binnen. Na de opwarming, vroeg ik dat iedereen wou gaan zitten. Ik toonde het dansje dat ik samen met hen zou willen bereiken. Ik danste het voor. Ik k kreeg echt een staande ovatie. Ze vonden het echt geweldig. Vervolgens leerde ik gemakkelijkste deel .Dat ging vrij vlot. Ik vond het wel moeilijk vond om tussen het gepraat in mijn uitleg te doen.
Wat mij opviel en wat ik ook zeer leuk vond, was dat als de kinderen iets niet snapte het echt gewoon spontaan kwamen vragen. Het uur vloog voorbij en meester Jan kwam om te zeggen dat het gedaan was. De kinderen wilden alles tonen wat ze geleerd hadden. Ik zag dat ze een geweldig uur hadden beleefd. Dat maakte mijn dag echt goed.


Donderdag 24 november: Ik had alles heel goed voorbereid omdat ik net zoals vorige week er een toples van wou maken. Ik voelde mij niet zo goed. Het enige wat ik nu wel kon missen is dat de kinderen te veel lawaai maakten. Ik ging de turnzaal binnen en warmde mijzelf een beetje op. Niet veel later kwamen de eerste binnenvallen. Ik riep de kinderen bij elkaar.
Ik zei dat ik echt niet zoals vorige week wilde roepen tegen iedereen. Door het roepen had ik vorige week echt heel veel hoofdpijn gehad. De kinderen knikte wel ja maar achteraf gezien stond ik nog meer te roepen dan de vorige week. Als opwarming wou ik eens iets nieuws aan hen leren. Ik had voor een nieuwe soort dans gekozen, nl. de giek. Ik toonde het aan de kinderen samen met iemand die het ook al kon. Maar tot mijn grote verbazing konden de kinderen niet vier stappen naar voor stappen zich omdraaien en vierstappen naar achter stappen. Ik heb hier zeker een half uur aan gezeten. Ik had nog andere oefeningen maar die zijn dan weg gevallen. Het laatste half uur werkte ik aan het dansje van honney. Ze kende al een stuk van het refrein. Ik leerde hen dan het laatste deel aan. Samen deden we een stuk improvisatie. Ik vond deze les minder dan vorige week. Ik moest mij ook veel kwader maken omdat ze stiller zouden zijn. Ik had ook een paar leerlingen uit elkaar gezet. Volgende week probeer ik eens iets nieuws uit. Ik ga er niet meer tegen in gaan. We zullen wel zien hoe het uitdraait. Hoe dat het deze les is geweest kan het voor mijn stem echt niet meer langer.
We zullen wel zien, ik ga er volgende week echt een bijzondere week van te maken.


Donderdag 1 december: Ik lig al een hele week wakker over de dansles van vandaag. Ik vraag me echt af wat er verkeerd was gegaan de vorige les. Ik wil terug een nieuwe start nemen.Ik wil een paar nieuwe technieken toepassen om ze stiller te krijgen. Wanneer iedereen binnen was, riep ik iedereen bij elkaar. We warmden ons heel kort op omdat ik mij vooral wou concentreren op de volledige dans. Ik leerde het nieuwe stukje aan en liet ze meteen meedoen. Het was anders dan de vorige keer. Vandaag deed ik het eerst voor en zij moesten dan kijken. Maar deze keer, deden ze op mijn vraag meteen mee. Ik herhaalde de pasjes een voor een. Ik bleef ze herhalen tot dat iedereen ze kon. Ik had het gevoel, dat iedereen was met alles nu begon te genieten van het dansen. Nadat ik dat nieuwe deel helemaal aangeleerd had, herhaalde ik ook de oude delen. Ik bleef alles opnieuw en opnieuw doen tot dat iedereen het kon. Ik kreeg veel meer appreciatie en wanneer ik sprak waren ze ook stiller. Wanneer meester Jan kwam afsluiten wou iedereen het dansje tonen .Het gaf me een goed gevoel nu ik zag dat iedereen alles doorhad en ook mee kon dansen. Iedereen ging naar huis en ik ook. Als ik thuis in mijn bed lag, zag ik in dat ik het al die keren verkeerd had aangepakt. Ik heb vandaag weer iets nieuws bijgeleerd. Ik hoop dat het ook zo blijft. Nu begint het leuk te worden omdat iedereen het begint te kunnen.


Donderdag 8 december: Ik kwam echt met een goed gevoel de les binnen omdat het vorige keer zo goed was verlopen. Het was de laatste les voor de kerstvakantie en ik wou alles wat we dit trimester hadden geleerd herhalen. Ik begon met het dansje dat we de eerste les hadden geleerd en tot mijn grote verbazing kon iedereen het. Dan speelden we nog eens het klap spelletje en dan wou ik eens iets nieuws proberen. Ik zei dat ze het einddansje eens volledig moesten dansen op een ander liedje. In het begin was het wat zoeken. Na een tijdje begon iedereen zich er goed in te voelen. Nadat we dat hadden gedaan, schakelde ik terug over naar het grote dansje op honney. Iedereen kon de pasjes zeer goed. Ze hadden goed geoefend. Ik lette deze keer per leerling op accenten en uitstraling en mooie afwerking. Ik liet ze erna in kleine groepjes dansen, zodat ze op elkaar commentaar konden geven. In het begin werd er gelachen, maar iedereen zag ook wel dat, dat volledig misplaatst was. Iedereen heeft in die les veel nieuwe dingen geleerd op het gebied van kijken naar elkaar, accenten en zo. Ik kreeg op het einde van heel de groep een kerstkaartje en dat was zalig.
Ik heb echt van deze les genoten en ik denk zij ook. Ik wenste iedereen goede feestdagen. Dit was de laatste dansles voor dit jaar.


Donderdag 12 januari: Een nieuw jaar en een nieuwe start. Voor deze les had ik iets totaal nieuws. Ik heb vroeger nog tapdans gedaan en wou een stukje van deze “nieuwe “ dans erin steken. Maar ik kwam snel terug op deze beslissing. Het was gewoon niet haalbaar was met zo een grote groep. Ik was op zoek naar een liedje waar veel ritme en tempo in zat. Dit heb ik ook gevonden. Het is een liedje van Lord of the dance geworden. In het begin was het voor mij zelf ook aanpassen om op deze muziek te dansen. Toen ik de dans in elkaar stak vond ik het echt super fijn. Ik leerde het aan en iedereen was direct mee. Het was ook niet zo moeilijk. De dans is opgesplitst in drie delen. Je kan ze herkennen in de muziek. Deze delen heb ik ook gebruikt om in mijn dans te steken. Ik liet ze in drie verschillende groepen dansen. De leerlingen moesten de stukken opnemen van de vorige groep. Het was echt heel mooi om te zien. De sfeer was goed, ik moest weer wat harder roepen dan de vorige keer. Iedereen was echt heel enthousiast.
Het werd een hele fijne les vandaag.


Donderdag 26 januari: Het was geen les omdat ik ziek was


Donderdag 09 februari: Ik was super zenuwachtig vandaag. Ik wist dat juffie Lut ging komen. Meester Jan had al iets gezegd tegen de kinderen, maar niemand wist wat er juist ging gebeuren. Ik was net zoals altijd een half uurtje te vroeg in de turnzaal.Tot mijn grote verbazing kwam iedereen binnen. Ze waren een kwartier te vroeg. Ik vertelde hen dat er vandaag iemand ging komen kijken. Na het voorwoordje begon ik aan de les. Voor vandaag had ik eigenlijk wat herhaling gepland en het voorlaatste deel van optreden dansje. Het was in het begin wat rumoerig tot het moment dat de deur open ging. In een fractie van een seconde was iedereen muisstil. Je kon zelfs een speld horen vallen. De directeur was ook nog eens langs gekomen om juffie goedendag te komen zeggen. Ik leerde hen het stukje hip hop aan. Ik was zo zenuwachtig dat ik dingen vergat. Ik zag een meisje naar mij gebaren taal doen dat ik goed bezig was. Het hip hop stukje had ik vrij snel aangeleerd. Het gebeurde sneller dan dat ik had verwacht. Ik toonde nog de dansjes die ik aan hen had geleerd. De les van vandaag zat erop. Juffie Lut was in mijn gevoel wel redelijk tevreden. Voor mij was het echt een geslaagde les. Ik vind het echt superfijn om les te geven.Ik hoop dat het na deze laatste lessen niet stopt.


Donderdag 16 februari: Ik heb al gehoord van mijn stiefbroer dat er heel veel zieken waren.Ik heb mijn danslessen erop aangepast. Vandaag had ik voor allemaal bekende dansjes gezorgd. Macarena, vogeltjesdans, indianen dans, ketshup song. We waren met een hele kleine groep.Het was echt super fijn. Daarna, leerde ze ik een gemakkelijk nieuw dansje. Het was het dansje wat wij voor carnaval gaan dansen. Het was deze keer geen vermoeide les voor mijn stem maar wel een leuke. Volgende week is er weer geen les. En dan resten er nog maar twee. Ik begin echt te beseffen dat ik na die lessen alles zal missen.


Donderdag 23 februari: Vandaag is er geen les. De school heeft een rommelmarkt geplaatst in de turnzaal.


Donderdag 09 maart: Vandaag wou ik echt het dansje afwerken van de piraten. Ik had er weer heel veel zin in. Als opwarming leerde ik de indianendans aan. Nadat iedereen was opgewarmd dansten we allemaal samen voor de laatste keer het dansje van Honney. Iedereen begon het wel een beetje beu te worden omdat we het zo vaak al hadden gedanst. Daarna leerde ik nog een stukje van de piraten dans aan. Ik had het gevoel dat het toch heel moeilijk was voor hen. Ik bleef alles maar herhalen en na een tijdje kon iedereen het wel.
Deze les vloog voorbij, ik moest niet hard roepen en de sfeer zat er goed in. Zo mag elke les wel verlopen.

Donderdag 16 maart: Het was vandaag geen les omdat de kinderen op sneeuwklassen waren.


Donderdag 30 maart : Het is vandaag normaal mijn laatste les. Ik wou heel graag nog dansles blijven geven tot het einde van het jaar en misschien ook nog volgend jaar. Ik ging naar de directeur en die zei me dat het echt geen enkel probleem was. Ik moest het goede nieuws alleen nog zeggen aan mijn leerlingen. Ze sprongen echt een gat in de lucht. We hadden dan samen een ook toonmoment afgesproken wanneer de ouders mochten komen kijken. Het was normaal mijn laatste les vandaag, maar na de paasvakantie sta ik hier terug. Ik ben zo blij dat ik nog verder les mag geven. Ik heb voor dit jaarwerk iets heel mooi terug gek


2.8 Bijlage
2.8.1 Woordverklaring

A

Adagio Het vertragen en trage delen in de dans
Afterbeat Het verschuiven van accenten in de tweede tel
Arabesque Een stand dat je been neemt,waarbij het andere been gestrekt naar achteren gaat.
Arch Versterkte release ( zie later)
Assemble Men zet zich af op 1 voet en men landt op 2 voeten.
Attitude Een stand op één been, waarbij het andere been gebogen is zodat de hiel en de voet op dezelfde hoogte zijn

B

Balans Het verdelen van je gewicht zodat je in evenwicht staat
Ball-change Het verplaatsen van je gewicht van de bal van je ene voet naar de platte andere voet.
Bounce Verende beweging
Body-lift Het lichaam uitrekken en het doordoor lang maken
Battement Één been gestrekt opgooien


C

Chasse Bijtrekpas
Center Op beide benen staan, je benen staan even breed als je schouders
Contraction Samentrekken van borstspier
Cooling down Tot rust komen, afkoelen
Collaps Heel de romp ontspanning. Meestal lage houdingen
Coordinatie Wanneer men meer dan één lichaamsdeel tegelijk gebruikt
Coupe Een snijbeweging

D

Developpe Het uitplooien van het been

E

En dedans Langs binnen draaien
En dehors Langs buiten draaien





F

Flat-back Je rug recht en plat maken door naar voor te buigen
Flex Je voet naar je lichaam toeplooien
Focus Het punt waar je je op concentreert
Frontale vlak Denkbeeldig vlak aan de voorzijde van het lichaam

H

Hinge Een scharnierbeweging dat je maakt vlak aan de voorzijde van het lichaam
Hinge-slide Via hinge (zie boven) naar de vloer gaan en dan doorglijden totdat je zit
Hiplift De heup van het been waar je niet op staat omhoog heffen.
Horizontale vlak Denkbeeldig vlak dat evenwijdig is met de vloer

I

Isolations Een beweging die uitgevoerd word door een bepaald lichaamsdeel

J
Jazz-hand Een gestrekte hand en geopende en gestrekte vingers
Jete
Een sprong van de ene voet naar de andere voet



K

Kick Een snelle, kleine shot beweging

L

Lay-out Een beweging verlengen
Levels Verschillende niveaus
Lunge Een positie waar je één been strekt en het andere buigt

O

Oppositie Tegengesteld





P

Passe De ene voet langs het staande been passeren
Parallel Als je voeten evenwijdig van elkaar staan

Pas de chat Een wisselsprong met opgetrokken knieën
Pas de bourre Een wisselpas dat je maakt met je voeten ( achter, achter, voor)
Pirouette Draaien om je eigen as
Push Duwbeweging met je handen
Pique Stap op
Plié Buiging van je benen
Point Strekken van de voet
Pivot Een richtingsverandering door een draai één voet blijft op de grond
R
Release Het ontspannen van de spieren
Releve Op de tenen en een deel van de bal van de voet staan
Reverse Een beweging maken in tegengestelde richting
Rond de jambe Cirkel van het been of onderbeen






S
Scoop Een schepbeweging van de torso
Snake Zijwaartse slangbeweging van de romp maken
Side-stretch Zijwaarts buigen van je romp
Step-touch Stap-tik beweging die je maakt met je voeten
Spelbeen Het werkende been
Standbeen Het been waarop je staat
Sikkelvoet Een voet die naar de grote teen is gekromd
Swing Zwaaibeweging met je been
Stretchen De spieren uitrekken
Slide Glij beweging
Split Grand ecart (jazzsplit = hordezit)

T
Tabletop Flat back 90°, waarbij je lichaamsgewicht steunt op de voorvoeten
Tendu Uitschuiven van een gestrekt been over de vloer
Tilt De hoek tussen het werkbeen en de torso blijft dezelfde, de beweging kantelt
Turn Draaien
Turn in Indraaien
Turn out Opendraaien
Two step turn Een loopdraai in drie stappen
W
Walk Stappen


2.9 Bibliografie

Methodiek ritme ,Lieve Verraes,

Dansen? Ja graag! , Annelies Dumerie, eindwerk 2003-2004

Jazz dans, Lichamelijke opvoeding en sport