Werkstuk: TIJGERS
TIJGERS
De tijger is een zeldzaam dier.
Er zijn nog maar 5 soorten tijgers over de hele wereld.
Zoals de Indochinese tijger, de Chinese tijger, de Siberische tijger, de Sumatraanse tijger en de Bengaalse tijger.
Niet alleen in warme gebieden voelen ze zich thuis, maar ook in hele koude streken.
Ze komen voor in naald- en loofbossen, tropische regenwouden, grasvlakten en riet velden.
Er moeten wel voldoende prooidieren, schuilmogelijkheden en water zijn.
WAT EET DE TIJGER
De tijger jaagt meestal alleen.
Dit doet hij in de schemering of s?nachts.
Tijdens zo?n jacht legt hij soms vele kilometers af.
Hij moet heel wat moeite doen om een prooi te vangen.
Slechts 1 van de 20 pogingen lukt het hem een prooi te pakken te krijgen.
Zijn ogen en oren zijn de belangrijkste hulpmiddelen bij de jacht.
Hij sluipt over de grond naar zijn prooi toe, zodat deze hem niet ziet en hoort.
Hij valt meestal van achteren of van opzij aan.
Als de tijger dicht genoeg bij zijn prooi is, bespringt hij deze.
Hij grijpt het dier bij de keel zodat het stikt.
De tijger sleept zijn buit meestal naar een plek met water, omdat hij veel drinkt tijdens het eten.
Een hongerige tijger eet in een keer wel 25 kilo vlees.
Daar heeft hij een paar dagen genoeg aan.
De tijger jaagt op zwijnen, muntjak (aziatische hert), antilopen, wilde runderen en soms koeien en geiten.
Een hongerige tijger valt ook wel eens mensen aan, alleen als hij oud of gewond is en geen andere dieren meer kan vangen.
WELKE VIJANDEN HEEFT DE TIJGER?
De tijger heeft maar weinig vijanden.
Bijna elk dier is bang voor hem.
Zijn grootste vijand is de mens.
Wij vernielen zijn leefgebied door bomen en struiken weg te halen voor brand- of bouwhout.
De chinezen maken van alle lichaamsdelen medicijnen.
Deze medicijnen werken niet, maar vooral de Chinezen geloven er wel in.
Er worden ook sieraden gemaakt van tijgernagels.
In alle landen waar de tijger voorkomt is hij nu beschermd.
Er zijn niet veel tijgers meer over.
Vanaf 1940 zijn er al drie van de acht uitgestorven: de Balinese, de Kaspische en de Javaanse.
De tijgers die nu nog over zijn worden beschermd tegen uitsterven.
Voor de Bengaalse tijger zijn natuurparken opgericht waar ze veilig zijn.
De alle grootste tijger is de Siberische tijger.
Een volwassen mannetje kan 2,60 meterlang worden en 270 kilogram wegen.
En in de winter word de Siberische tijger wit en in de zomer ziet hij er uit als een gewone
tijger.
STREPEN
Door zijn streeppatroon ziet zijn prooi hem niet tussen het riet en struikgewas.
Aan de tekening rond de kop kunnen onderzoekers elke tijger persoonlijk herkennen.
VACHT
Tijgers die in koude streken leven, zoals de Siberische tijger, krijgen in de winter een dikkere vacht.
Tijgers uit Tropische streken hebben een veel kortere en dunnere beharing.
Ook zoeken zij vaak het water op om verkoeling te vinden.
RUG
De tijger heeft een zeer soepele rug.
Door hem te buigen kan hij zijn achterpoten tot ver voor zijn voorpoten brengen.
Daardoor kan hij supersnel sprinten en atletische sprongen maken, tot wel zes meter ver
SNORHAREN
Een tijger heeft opvallend lange, witte snorharen die helpen om de weg door het donker te vinden door het struikgewas.
Ook gebruiken ze hun gevoelige haren bij het liefdesspel.
STAART
De staart van een tijger is bijna 1 meter lang.
Die helpt hem om in evenwicht te blijven bij een sprong.
Ook geeft een tijger signalen met zijn staart.
Als hij kwaad is slaat hij ermee heen en weer, wat zoiets betekend als: wegwezen, anders krijg je een mep!".
TANDEN
Een tijger heeft een echt roofdiergebit.
De tijger heeft sterke kaken en lange hoektanden.
Deze zijn handig bij het grijpen en verscheuren van de prooi.
Met zijn knipkiezen kan hij vlees in stukken knippen, net als een schaar.
Hij heeft kleine voortanden waarmee hij het vlees van de botten af kan schrapen.
OGEN
Een tijger heeft ronde pupillen net als de mensen.
Dus geen kattenogen.
Om de afstand tot prooi in te schatten draaien tijgers beide ogen naar voren.
Maar om beweging aan de zijkanten op te merken, schuiven ze beide ogen naar achteren .
Doe dat maar eens na!
SPIER
Een tijger is heel erg gespiert..
Daardoor kan hij een prooi die zwaarder is dan hijzelf tegen de vlakte werken.
Vervolgens kan de tijger zijn prooi over honderden meters afstand verslepen als dat moet.
HOE VERLOOPT HET LEVEN VAN DE TIJGER
De tijgermoeder draagt haar baby?s bijna vier maanden in haar buik.
Ze krijgt twee tot drie jongen per keer.
Ze maakt haar nest in een holle boom, grot of een beschut plekje in het dichte struikgewas.
De jongen van een tijger worden blind geboren, maar hebben al wel een vacht.
Ze wegen anderhalve kilo.
Na 14 dagen gaan hun oogjes open.
Het eerste half jaar van hun leven drinken ze bij hun moeder.
Daarna krijgen ze ook stukjes van de prooi die hunmoeder voor ze meebrengt.
Vader speelt geen enkele rol bij de opvoeding.
Als de jongen 2 en half jaar zijn gaan ze hun eigen gang.
Ze jagen dan alleen.
Dit doen ze in een heel groot gebied,
Zo?n gebied heet een territorium.
Een tijger verspreidt met urine een geurstof langs de grenzen van zijn territorium.
Ieder tijger heeft zijn eigen geurtje.
Daardoor weten andere tijgers waar ze mogen jagen.
Een tijger is volwassen als hij drie jaar is.
WIST JE DAT:
leeuwen familie van de tijger zijn?
De tijgermoeder haar jongen leert jagen door een prooi te verwonden waarna de jongen hem vervolgens mogen aanvallen?
Katachtigen overdag net zo goed kunnen zien als de mens, maar in de schemering wel zes keer beter?
Tijgers de grootste katachtige roofdieren zijn en de Siberische tijger de allergrootste?
Veel katachtigen een hekel aan water hebben, maar de tijger juist een goede zwemmer is en zich in het water thuis voelt?
Tijgers goed kunnen horen en ze zelfs op twee kilometer afstand nog duidelijk horen brullen?
Een tijger in het wild 15 jaar kan worden en in een dierentuin zelfs 18 jaar?
Jonge tijgers ook wel een welp worden genoemd.
Tijgers zijn de grootste van de familie katachtigen.
Ze kunnen tot 3 meter lang worden en wegen zo?n 250 kilo of meer.
Mannetjes wegen meestal tussen de 180 en 250 kilo.
Vrouwtjes wegen meestal tussen de 100 en 160 kilo.
Tijgers leven alleen, behalve als ze welpen grootbrengen.
Waarom hebben tijgers strepen?
Door zijn strepen kan hij zich beter verbergen in het gras en tussen de bladeren, zodat hij zijn prooi kan verrassen.
Ze moeten hun prooi zo dicht mogelijk naderen voordat ze kunnen toeslaan.
Door zijn veerkracht en springvermogen is hij in staat zich met een sprong van 5 tot 6 meter op zijn prooi te storten.
Mannetjes houden niet van andere mannetjes in hun gebied.
Hun gebied schermen ze af door hun plas.
Tijgers slapen graag in de schaduw. Heel soms klimmen ze op een tak in een boom.
Als het erg heet is zoekt hij koelte in het water of tussen de struiken in de schaduw.
Jagen.
Tijgers zijn roofdieren. Als een tijger een prooi heeft ontdekt, gaat hij in dekking waarbij hij zich nauwelijks beweegt.
Als hij de prooi besluipt doet hij dat stap voor stap. Maar liever wacht hij tot de prooi binnen een afstand van een meter of tien is gekomen.
Dan gaat hij over op een bliksemsnelle aanval.
Als de aanval mislukt stopt hij liever de achtervolging om een nieuw slachtoffer te zoeken.
Prooi.
De tijger kiest voor het doden de beste manier.
Kleine prooien bijt hij in de nek en breekt zo hun botten in de nek.
Grote prooien omklemt hij met zijn voorpoten, waarbij hij zijn klauwen in het lichaam slaat. Dan bijt hij zijn keel door.
Als de tijger niet is uitgehongerd zal hij zijn prooi niet onmiddellijk opeten.
Hij sleept zijn prooi eerst over een afstand van 200 tot 500 meter naar een rustig plekje. Daar begint de tijger zijn feestmaal.
Eten.
Dagelijks eet een tijger 6 tot 20 kilo vlees en soms wel 50 kilo!
Vaak stopt hij met eten om te drinken en een middagdutje te doen.
Het opeten van een hele buffel gebeurd soms in een aantal maaltijden verspreid over 4 of 5 dagen.
Ze kunnen meer eten dan nodig is en daarna 3 tot 4 dagen vasten.
Het aantal grotere dieren dat door een tijger wordt gedood is 2 per week of 1 in de tien dagen.
Hij gaat pas weer op jacht als hij niets meer heeft en honger krijgt.
Als hij genoeg gegeten heeft, verbergt hij z?n prooi onder takken of in de struiken, om later verder te eten.
Soms verbergt hij z?n prooi onder water, zodat andere dieren het niet kunnen ruiken.
Paartijd.
Als mannetjes en vrouwtjes elkaar ontmoeten, gebeurt dat alleen als ze kindjes willen.
Het mannetje wordt aangetrokken door de geur van de plas van het vrouwtje.
Hij blijft ongeveer een week bij het vrouwtje om kinderen te maken.
Als er meer mannetjes met één vrouwtje willen vrijen, dan wordt er vaak ruzie gemaakt tussen de mannetjes.
Deze ruzies eindigen meestal met een paar halen van hun klauwen.
Daarna loopt vaak het mannetje dat verloren heeft weg.
Als het vrouwtje in verwachting is blijft het mannetje maar kort bij haar en gaat daarna weer op zoek naar andere vrouwtjes.
Een tijger is ongeveer 98 tot 210 dagen in verwachting (een mens ongeveer 270 dagen).
Als het mannetje wèl blijft tot de jongen geboren zijn, dan houd ze hem streng in de gaten voor het geval dat hij ze opeet.
Ze doet er alles aan om hem te laten vertrekken.
Een tijger kan om de twee jaar 2 jongen krijgen.
Deze jongen worden welpen genoemd. Zij worden blind geboren.
De ogen gaan pas open na 6 tot 14 dagen.
Een pas geboren welp is ongeveer 45 cm. lang (dit is mèt staart).
Na 2 weken krijgt een welp zijn eerste melktanden.
Het blijvende gebit is na een jaar kompleet.
Na 2 maanden moedermelk krijgen de jongen brokjes vlees.
Al heel snel na de geboorte gaat de moeder weer op jacht.
Dan laat ze de jongen alleen in hun schuilplaats.
Als de jongen 2 maanden oud zijn, neemt de moeder ze mee naar de prooi, die ze gevangen heeft, waar ze blijven tot alles is opgegeten.
Als de welpen 6 maanden oud zijn, jagen ze op kleine vogels en jonge hertjes, maar ze gaan nooit verder dan 50 meter van de moeder weg.
Twee maanden later (als ze dus 8 maanden oude zijn),neemt ze de jongen echt mee op jacht.
Als de prooi dood is, mogen de welpen beginnen met eten voor dat de moeder zelf eet.
Op een bepaald moment als de jongen groot zijn, valt de groep uit elkaar en ten slotte jaagt ieder zelfstandig.
Als de moeder dood gaat en welpen achter laat die ouder zijn dan 6 maanden, redden deze zich in de meeste gevallen wel, maar als ze nog te jong zijn, verhongeren ze.
Gemiddeld brengt een tijger elke 2 jaar twee welpen ter wereld.
Gemiddeld wordt een tijger 16 tot 18 jaar oud (hoogstens 26 jaar).
De tijger kan beter springen dan rennen.
Zonder moeite springt hij over een kloof van 4 meter breed en kan hij 1meter 80 hoog springen.
Hij kan ook uitstekend zwemmen. Hij zwemt moeiteloos over 6 tot 8 kilometer brede rivieren
Brullen
De tijger kan heel hard brullen!
Je kan dat soms 3 kilometer ver horen.
Tijgers brullen nadat ze een prooi hebben gedood of tijdens een gevecht.
Tijgers hebben de langste klauwen van de katachtige.
De nagels zijn intrekbaar, net als die van katten.
Het oog van de tijger
De uitpuilende ogen met ronde pupillen zorgen er voor dat de tijger goed en veel kan zien.
Tanden
De tijger heeft zéér scherpe tanden. Hij heeft 4 scherpe hoektanden van 7 12 cm. lang.
Daarmee bijt hij vaak zijn slachtoffer in zijn keel voor een snelle dood.
Verleden
In de vorige eeuw waren er 8 soorten tijgers.
Nu nog maar 5 soorten!!
Zij wonen alleen nog maar in enkele zéér kleine gebieden.
Deze gebieden komen voor in: China, India, Nepal, Sumatra, Korea en zuidoost Azië.
De grootste tijger ter wereld is de Siberische tijger.
De tijger die het meeste voorkomt is de Bengaalse tijger.
Er zijn er meer dan 5.000 van op de wereld, waarvan er alleen al 4.000 in India voorkomen.
De tijgers die op de eilanden wonen zijn kleiner dan die op het vaste land wonen.
Tijgers die in bergachtige gebieden leven, hebben een dikkere vacht dan andere tijgers.
In de vorige eeuw is er zo veel op tijgers gejaagd, dat ze bijna uitgestorven waren!
In 1920 waren er nog 100.000 en 40 jaar later, in 1960 waren dat er nog maar 2.500.
Vanaf 1969 is de tijger een beschermde diersoort
. Grote katachtigen
Tijgers zijn katachtige roofdieren uit Azië.
Zij zijn de grootste van alle katachtigen.
Hun vacht is geelbruin met zwarte strepen.
Sommige tijgers leven in warme streken, anderen hoog in de bergen of op koude vlakten.
Veel katachtige hebben een hekel aan water.
Maar de tijger niet, die zwemt graag.
Daarom hebben ze in de dierentuin vaak een grote vijver maar wel met een hoog hek er omheen.
Alle tijgers horen bij één soort, maar toch zijn er verschillen tussen de tijgers uit de verschillende gebieden.