Werkstuk: Paardebloem
Biologieverslag van de Paardebloem
Verrijkingsstof 6
Opdracht 1 Practicum
De paardebloem
WAT HEB JE NODIG?
- een paardebloem met een bloeiend en uitgebloeid deel
- een pincet (eventueel)
- een loep
- plakband (of zelfklevend doorzichtig plastic)
- tekenmateriaal
WAT MOET JE DOEN?
- Bekijk het bloeiende deel van de paardebloem. E?n geel gedeelte van een paardebloem bestaat uit een groot aantal kleine bloempjes. De groene bladeren aan de onderkant zijn geen kelkbladeren, maar omwindselbladeren.
- Breek een geel gedeelte doormidden en trek er voorzichtig ??n bloempje uit. Gebruik hierbij eventueel het pincet. Bekijk het bloempje met de loep. De bloemkelk bestaat uit een aantal haren. Deze haren vinden we terug al pluis aan de vrucht. De kroonbladeren zijn vergroeid. De bloemkroon is geel. Ook de helmknoppen van de meeldraden zijn samengegroeid. Ze zitten rondom de stijl van de stamper. De stamper bestaat uit een vruchtbeginsel, een stijl en een stempel die in tweeen is gesplitst.
Maak een natuurgetrouwe tekening van een bloempje. Zet erbij: ??n bloempje van een paardebloem. Geef de volgende delen aan: vergroeide kroonbladeren- bloemkelk- vergroeide helmknoppen- helmdraad- stempel- stijl- vruchtbeginsel. (zie tekening hieronder)
- Plak een bloempje op je blad (zie hieronder)
- Bekijk het uitgebloeide deel van de paardebloem. Als in een bloempje bestuiving en bevruchting hebben plaatsgevonden, vallen de kroonbladeren, de meeldraden, de stijl en de stempel af. Het vruchtbeginsel groeit uit tot vrucht. De bloemkelk vorm het pluis. In de vrucht bevindt zich het zaad. De vruchtjes zitten vast op een gemeenschappelijke bloembodem. Pluk een vruchtje met
pluis van de bloembodem. Bekijk dit met de loep. Maak hiervan een natuurgetrouwe tekening. Geef de volgende delen aan: vrucht- pluis. (zie tekening hieronder)
- Plak de vrucht op je blad. (zie hieronder)
- Pluk alle vruchten van een gemeenschappelijkebloembodem. Maak een natuurgetrouwe tekening van de bloembodem. Let op de ?deukjes? in de bloembodem. Geef de volgende delen aan: bloemsteel- gemeenschappelijke bloembodem- omwindselbladeren.
Opdracht 2
1 Wordt het stuifmeel bij de paardebloem overgebracht door insecten of door de wind? Leg je antwoordt uit. Door de insecten want die kruipen in de bloem en halen het stuifmeel eruit.
2 Op welke manier worden de vruchten en zaden van de paardebloem verspreid? Leg je antwoord uit. Door de wind, want een uitgebloeide paardebloem heeft pluisjes die heel los zitten en die worden door de wind dan weggeblazen naar andere grond.
Verrijkingsstof 6
Opdracht 1 Practicum
De paardebloem
WAT HEB JE NODIG?
- een paardebloem met een bloeiend en uitgebloeid deel
- een pincet (eventueel)
- een loep
- plakband (of zelfklevend doorzichtig plastic)
- tekenmateriaal
WAT MOET JE DOEN?
- Bekijk het bloeiende deel van de paardebloem. E?n geel gedeelte van een paardebloem bestaat uit een groot aantal kleine bloempjes. De groene bladeren aan de onderkant zijn geen kelkbladeren, maar omwindselbladeren.
- Breek een geel gedeelte doormidden en trek er voorzichtig ??n bloempje uit. Gebruik hierbij eventueel het pincet. Bekijk het bloempje met de loep. De bloemkelk bestaat uit een aantal haren. Deze haren vinden we terug al pluis aan de vrucht. De kroonbladeren zijn vergroeid. De bloemkroon is geel. Ook de helmknoppen van de meeldraden zijn samengegroeid. Ze zitten rondom de stijl van de stamper. De stamper bestaat uit een vruchtbeginsel, een stijl en een stempel die in tweeen is gesplitst.
Maak een natuurgetrouwe tekening van een bloempje. Zet erbij: ??n bloempje van een paardebloem. Geef de volgende delen aan: vergroeide kroonbladeren- bloemkelk- vergroeide helmknoppen- helmdraad- stempel- stijl- vruchtbeginsel. (zie tekening hieronder)
- Plak een bloempje op je blad (zie hieronder)
- Bekijk het uitgebloeide deel van de paardebloem. Als in een bloempje bestuiving en bevruchting hebben plaatsgevonden, vallen de kroonbladeren, de meeldraden, de stijl en de stempel af. Het vruchtbeginsel groeit uit tot vrucht. De bloemkelk vorm het pluis. In de vrucht bevindt zich het zaad. De vruchtjes zitten vast op een gemeenschappelijke bloembodem. Pluk een vruchtje met
pluis van de bloembodem. Bekijk dit met de loep. Maak hiervan een natuurgetrouwe tekening. Geef de volgende delen aan: vrucht- pluis. (zie tekening hieronder)
- Plak de vrucht op je blad. (zie hieronder)
- Pluk alle vruchten van een gemeenschappelijkebloembodem. Maak een natuurgetrouwe tekening van de bloembodem. Let op de ?deukjes? in de bloembodem. Geef de volgende delen aan: bloemsteel- gemeenschappelijke bloembodem- omwindselbladeren.
Opdracht 2
1 Wordt het stuifmeel bij de paardebloem overgebracht door insecten of door de wind? Leg je antwoordt uit. Door de insecten want die kruipen in de bloem en halen het stuifmeel eruit.
2 Op welke manier worden de vruchten en zaden van de paardebloem verspreid? Leg je antwoord uit. Door de wind, want een uitgebloeide paardebloem heeft pluisjes die heel los zitten en die worden door de wind dan weggeblazen naar andere grond.