Werkstuk: Ierland
Inleiding
Ierland is een groot eiland dat ten westen van Engeland ligt, het is ongeveer twee keer zo groot als Nederland. Het hoort bij de Britse eilandengroep. Ierland is natuurlijk omringd door zee?n, in het westen grenst het eiland aan de Atlantische Oceaan en in het oosten door de Ierse zee, the Celtic sea.
Geografie
Ierland bestaat uit twee delen, In Noord-Ierland en de Republiek van Ierland. In 1992 is het land in twee?n gedeeld. Noord-Ierland behoort dan ook bij het Verenigd Koningrijk.
Het centrale deel van Ierland heeft een golvend landschap en wordt omringd door een rand van bergen en heuvels. Dit deel van Ierland is bezaaid met meren en meertjes o.a. Lough Corrib en Lough Neagh, het grootste meer van Ierland en Groot-Brittanni? samen. Het is ook het meest vruchtbare gedeelte van het land. Ook vindt men hier uitgestrekte veengebieden.
Aan de oostkust liggen duinen en de leegste en schoonste zandstranden van Europa. De westkust is zeer grillig gevormd, met diepe inhammen, hoge ruwe rotsen en loodrechte kliffen. De hoogste ?berg? van Ierland is de Carrantuohill in het westelijk gelegen graafschap Kerry, en is ongeveer 1040 meter hoog. De langste rivier is de Shannon (370 km), die door het midden van Ierland loopt.
Klimaat
Ierland heeft door de warme golfstroom in de Atlantische oceaan een gematigd zeeklimaat: geen strenge winters en geen warme zomers. Wel is het weer er heel erg wisselend.
Vooral langs de westkust van Ierland kan het vaak zeer hard waaien. De gemiddelde jaarlijkse neerslag over Ierland is groot (ca. 1100 mm). De grootste hoeveelheden vallen langs de westkust (1500-2000 mm in het uiterste zuidwesten.
In de zomer valt er gemiddeld op zo?n twaalf dagen regen. Het kan dagen achter elkaar regenen, maar het kan ook weken lang zonnig weer zijn. De minste neerslag valt in het voorjaar; de droogste maanden zijn mei en juni. Er valt over het algemeen zelden sneeuw en ook vorstdagen zijn vrij zeldzaam. Regen en zon wisselen elkaar dus vaak af en daarom staat Ierland ook bekend om zijn Regenbogen.
Belfast
Belfast (B?al Feirsde) is zowel de hoofdstad van de provincie Ulster als van Noord-Ierland. De stad ligt aan de monding van de Lagan die in Belfast Lough uitmondt. Belfast is met ongeveer 280.000 inwoners de op ??n na grootste stad in Ierland en de grootste stad van Noord-Ierland. De agglomoratie heeft ruim 600.000 inwoners.
Leinster
De provincie Leinster (Laigin) ligt in het zuidoosten van Ierland. Leinster bestaat uit de graafschappen Dublin, Kildare, Carlow, Kilkenny, Loais, Offaly, Longford, Louth, Meath, West-Meath, Wicklow en Wexford. De provincie is een kleine 20.000 vierkante kilometer groot en er wonen 1,9 miljoen mensen. De hoofdstad is Dublin
Dublin
Dublin ( Baile ?tha Cliath) is de hoofdstad van de Republiek Ierland, de provincie Leinster en van het gelijknamige graafschap. De stad ligt aan de monding van de Liffey in de door de Ierse Zee gevormde Baai van Dublin. De stad heeft 503.000 inwoners. In de agglomeratie wonen bijna een miljoen mensen.
In en rond Dublin is de ICT-industrie, die in heel Ierland explosief groeit, sterk vertegenwoordigd. Dublin heeft een grote aantrekkingskracht op toeristen. De hoofdstad is de belangrijkste havenplaats.
De naam Leinster gaat terug op een voormalig, praktisch onafhankelijk koninkrijk uit de 15de en 16de eeuw.
Munster
Munster (An Mhumain) is ??n van de vier Ierse provincies. De oppervlakte bedraagt 24.127 vierkante kilometer. In de provincie wonen circa ??n miljoen mensen. De hoofdstad is Cork.
Munster bestaat uit de graafschappen Cork, Kerry, Limerick, Clare. Tipperary en Waterford.
De provincie is nogal bergachtig, met onregelmatige kusten en baaien, klippen en (schier)eilanden. De belangrijkste rivieren zijn Blackwater, Lee en Shannon.
De bronnen van inkosten zijn tradititioneel de landbouw en industrie (textiel, leer, papier, glas, brouwerijen, scheepsbouw). Tegenwoordig speelt ook het toerisme in Munster een belangrijke rol.
Munster is ??n van de traditionele vijf vroeg-historische 'koninkrijken' van Ierland. De oude hoofdstad is Cashel (County Tipperary). In de 10de eeuw vestigden de Vikingen zich in de kuststeden Limerick en Waterford. Cashel werd in het begin van de twaalfde eeuw zetel van een aartsbisdom dat oorspronkelijk de gehele zuidelijke helft van het eiland omvatte.
Connaught
Connaught is ??n van de vier Ierse provincies. Het ligt in het westen van het eiland. Connaught bestaat uit de graafschappen Galway, Leitrim, Mayo, Roscommon en Sligo.
Noord-Ierland
Noord-Ierland is de bestuurseenheid die tezamen met Groot-Britanni? het Verenigd Koninkrijk (UK) vormt. Het gehele gebied ligt in de provincie Ulster en bestaat uit de graafschappen Antrim, Armagh, Derry, Down, Fermanagh en Tyrone.
De hoofdstad is Belfast.
Politieke partijen
De belangrijkste politieke partijen zijn:
F.F. = Fianna F?il is de grootste politieke partij van Ierland.
F.G. = Fine Gael is de op ??n na grootste politieke partij van Ierland.
Garda S?ochana = Het politie-apparaat van de Ierse Republiek.
INLA = De Irish National Liberation Army is een verboden para-militaire organisatie.
IRA = De Irish Republican Army is een verboden para-militaire organisatie.
Vliegvelden:
Er zijn vliegvelden in Ierland namelijk:
Belfast City Airport
Belfast International Airport (Aldergrove)
Cork Airport
Derry Airport
Dublin Airport
Knock Airport (Connaught International Airport)
Shannon International Airport.
Planten en dieren
De golfstroom heeft niet alleen veel invloed op het weer maar ook op de soorten dieren en planten die daardoor ontstaan. Door deze warme golfstroom groeien er in het zuiden van Ierland subtropische planten. Op beschutte plaatsen groeien zelfs palmen, magnolia?s en aardbeibomen. Rododendron komt in Ierland zeer veel voor. Bijzonder is de flora van de Burren, een kalksteenplateau. Hier groeit alpenflora en Middellandse-Zeeflora. Verder vinden we in Ierland vlierstruiken, kamperfoelie, meidoorn, rozen en de opvallende gaspeldoorn. Orchidee?n zijn met name in de duinen te vinden. Het veenland is voornamelijk begroeid met veenbessen, veenmossen en dopheide.
Door deze warme stroom brengen veel trekvogels hier de winter door.
Ierland wordt ook wel het ?groene eiland? genoemd vanwege de vele tinten groen die het eiland overheersen. Ierland is een land met weinig bossen. Slechts 5% van Ierland is bedekt met bos, veelal aangeplant naaldhout. In een ver verleden was een groot deel van Ierland bedekt met bossen maar overbeweiding ( te veel vee op een stuk grond ) en houtkap tussen de 16e en 18e eeuw leidde tot grootschalige ontbossing.
Als gevolg van de langdurige ijsoverdekking gedurende het Pleistoceen zijn de meeste inheemse dieren uitgestorven.
De dierenwereld is daarom arm; zo ontbreken bijvoorbeeld alle slangen, de mol, bunzing en wezel, specht, de slaap- en woelmuizen en het wilde zwijn. Er is maar ??n spitsmuissoort. Er leven nog enkele kleine roofdieren, onder meer vos, das en otter, hermelijn en de zeldzame boommarter. In het zuidwesten komen edelherten voor, ree?n in het noordwesten.
De vogelwereld vertoont meer verscheidenheid. Er leven enkele honderden soorten in en rond Ierland. Op twee rotseilandjes aan de westkust, de Skelligs, nestelen duizenden jan-van-genten. Langs de kust en op de vele eilandjes komen grote kolonies alken, zeekoeten, aalscholvers, meeuwen en stormvogels voor. ?s-Winters overwinteren er vele vogels uit Europa, de Noordpool, Groenland, IJsland en Canada. Te zien zijn dan zwanen, ganzen, kieviten en grutto?s.
Het enige reptiel is de levendbarende hagedis; er zijn slechts twee soorten amfibie?n.
Vissen zijn talrijk, zowel in de zoete wateren van het binnenland als in de Ierland omringende zee. Ierland is een paradijs voor sportvissers. Zalm, forel en snoek in rivieren en binnenwateren en in de kustwateren onder meer kabeljauw, makreel haring, spiering, haaien en roggen. Verder zijn voor de kusten bruinvissen, dolfijnen en zeehonden waar te nemen. Ierland telt bijna veertig botanische en ornithologische natuurreservaten, maar ook reservaten voor zoetwatervissen.
Geschiedenis
Circa 7000 voor Christus: vanuit Noord-Engeland vestigen de eerste jagers en verzamelaars zich in Ierland. Vier eeuwen later, dus rond 3000 voor Christus trekken er nieuwe volken van onbekende afkomst naar het eiland. Zij brengen onder andere de akkerbouw met zich mee.
Omstreeks 2000 voor Christus kwamen nieuwe immigranten op de proppen. Deze lieden hadden kennis van de mijnbouw en van metaalbewerking. Het stenen tijdperk ging aldus in Ierland over in de bronstijd.
Vanaf de vijfde eeuw voor Christus hadden verschillende Keltische stammen voet aan land gezet in Ierland. De Kelten, die met hun ijzeren wapens de bronzen verdedigingsmiddelen makkelijk de baas waren, legden de oorspronkelijke bevolking hun taal en beschaving op door in de 'elite' te infiltreren.
Rond het begin van onze jaartelling was vrijwel geheel Ierland Keltisch. De verschillende stammen vormden niet ??n rijk, maar verschillende koninkrijkjes, de zogeheten tuatha (tuath = volk). Deze volken sloten zich in los-vaste verbanden aaneen in vijf provincies: Ulster, Munster, Leinster, Connaught en Meath (midhe). Iedere provincie stond onder leiding vann een koning. De Romeinen, die op het Europese continent en in een gedeelte van Engeland, de Kelten hadden verjaagd of onderworpen, lieten Ierland letterlijk links liggen. Daardoor kon de Keltische cultuur zich lang handhaven. Kenmerkend voor die cultuur is het gebrek aan een geschreven taal. Daardoor moesten alle kennis, literatuur en wetten door geleerden van generatie op generatie mondeling worden doorgegeven. Alleen voor korte inscripties op bepaalde gedenkstenen werd een soort runenschrift (Ogham) gebruikt. Mede hierdoor duurde tot in de vijfde eeuw voordat een eerste vaststaand jaartal in de Ierse geschiedenis opduikt.
In 431 werd te Rome ene Palladius tot "bisschop van alle gelovige Ieren' benoemd. Over deze figuur is niet veel bekend. Waarschijnlijk werkte hij voornamelijk in het zuiden. Zijn opvolger was de legendarische Saint Patrick. Over deze patroonheilige van Ierland doen allerhande wilde verhalen de ronde. Zo zou hij alle slangen en giftige dieren van het eiland hebben verjaagd. Het was ook Saint Patrick die de heilige drie-eenheid verklaarde door middel van een klavertje drie tot op de dag van vandaag ??n van bekendste nationale symbolen.
Aan het einde van de achtste eeuw werd het bloeiende culturele leven in Ierland ruw opgeschrikt door de invallen van de Noormannen. Deze Vikingen stichtten in de negende en tiende eeuw vele nederzettingen op de Britse eilanden. In Ierland, dat nog geen steden kende, groeiden deze nederzettingen als zodanig uit.
In 841 werd Dublin gesticht. Het was in eerste instantie een versterkte haven voor de Vikingen. In 870 maakte Olaf de Witte, een Noorse legerleider van Dublin de hoofdstad van zijn kolonie. In de mellee van wisselende coalities tussen inheemse koningen en Noormannen zag uiteindelijk in 1002 koning Brian Boru zijn kans schoon om als 'opperkoning' over bijna het hele (ei)land te heersen. Dat leidde tot een grote krachtmeting tussen de Vikingen en hun bondgenoten en Brian Boru en de zijnen. Hoewel de koning het leven liet was het na de slag van Clontarf in 1014 gedaan met de invloed van de Noormannen.
In 1152 kreeg de Ierse kerk tijdens de synode in het Schotse Kells haar eerste constitutie. Het eiland werd verdeeld in vier bisdommen De aartsbisschop van Armagh werd de primaat. Deze situatie duurt voort tot op de dag van vandaag.
Inmiddels ging de slag om het 'opperkoningschap' onverdroten verder. E?n van die koningen, Dermot MacMurough van Leinster, werd verslagen en ging steun zoeken bij de Engelse koning Hendrik II. In Engeland heersten de Normandi?rs die in 1066 onder leiding van Willem de Veroveraar een invasie uitvoerden.
In 1169 zette een eerste invasieleger van de Normandi?rs voet aan wal in de buurt van Waterford.
Een bul die door paus Adrianus IV aan de Engelse koning Hendrik II was verleend (1155, Laudabiliter), gaf hem een motief om zich van Ierland meester te maken. Als pauselijk leen bleef Ierland tot in 1541 aan de Engelse koningen gebonden. De eerste tientallen jaren schikten de Ieren zich vrij gemakkelijk naar de nieuwe maatschappelijke orde (de Engelse wetgeving werd ook in Ierland van kracht; zo was er een koninklijk rechter en een parlement). In de 13de eeuw rees er verzet van de autochtone heersersfamilies die hun kans schoon zagen omdat de koninklijke macht sterk was uitgehold na de Magna Charta in Engeland. In de 14de eeuw echter werd het ook onrustig onder de oude Engelse immigranten die zich keerden tegen de nieuwe heren die bezit hadden maar zich nooit in Ierland lieten zien. De Ieren grepen deze kans aan zich weer meester te maken van grote delen van Ulster, Connaught en Leinster. Lionel, de hertog van Clarence, die was benoemd als onderkoning, trachtte het tij te doen keren: de Statuten van Kilkenny (1341) bevatten een verbod tot vermenging van de Ierse en Engelse bevolking. Ook het westen van het eiland werd feitelijk opgegeven, als zijnde 'bezet door Ierse bezetters of gedegenereerde Engelsen' (met andere woorden: de oude immigranten). Het rechtstreeks gezag werd dus nog slechts uitgeoefend op de smalle kuststrook in het oosten, genaamd de 'English Pale'. De koninklijke macht was ook beperkt vanwege de dynastieke oorlog die in Engeland zelf aan de gang was. Onder de regering van Eduard III had de graaf van Kildare zich haast een koninklijke positie aangemeten. Desalniettemin werden de Acts of the Irish estates (1460), waarbij Ierland een autonome wetgeving kreeg, herroepen.
In 1536-1537 werd ook door het Ierse parlement Hendrik VIII erkend als hoofd van de Kerk van Ierland en de afschaffing van de kloosters goedgekeurd. De Ierse leiders werden benaderd om, in ruil voor de erkenning van Hendrik als hoofd van Kerk en Staat, hun gronden 'rechtsgeldig' in ontvangst te nemen. Dit leidde in 1541 tot de erkenning door het parlement van Hendrik als koning van Ierland en dus niet langer als plaatsvervanger van de paus.
De poging om het protestantisme in te voeren had weinig succes en slechts onder Elizabeth I kon de onderkoning Thomas Radcliffe de kerk aan zijn gezag onderwerpen (1559-1566). Toch braken er in de tweede helft van de 16de eeuw opstanden uit. In 1607, na de Spaans-Engelse vrede (Spanje had de opstandelingen hulp verleend), moest de leider van de opstand, de graaf van Tyrone, tezamen met een honderdtal andere Ierse leiders vluchten. Deze zogeheten flight of the earls werd de oorzaak van een sterke verzwakking van de Ierse macht, zowel op politiek als op cultureel gebied. Zes graafschappen werden verbeurd verklaard en er werden voornamelijk Schotse protestantse immigranten gevestigd. Ook in andere delen van Ierland werden zij toegelaten, maar daar werden minder onrechtvaardigheden jegens de oorspronkelijke bevolking begaan. Juist in deze jaren begon de Contrareformatie op grote schaal door te dringen op het eiland en men kwam tot het gedeeltelijke herstel van de rooms-katholieke hi?rarchie. De volgende etappe was die van de lord deputy Thomas Wentworth, die Ierland wilde inschakelen in de strijd tegen de puriteinen. Hij stierf op het schavot, de puriteinen bezetten belangrijke functies en na een opstand in Ulster, geleid door leiders van de oude geslachten (zoals de O'Neills), die met de vanouds gevestigde Engelsen een coalitie aangingen (1641), werden duizenden kolonisten vermoord of verdreven. De volgende jaren werd de strijd gekoppeld aan de strijd die Karel I zelf in Engeland moest aanbinden tegen Cromwell. Onder Cromwell zou de lijdensweg van de Ieren nog verergeren: een groot plan om hun alle gronden te ontnemen en hen die hem trouw waren geweest, samen in Connaught te brengen, terwijl de rest van het eiland onder protestantse immigranten zou worden verdeeld, kon echter slechts gedeeltelijk worden uitgevoerd. Na het herstel van het vorstenhuis stonden Karel II en Jacobus II voor de taak, zowel de oude inwoners van Ierland als de immigranten gunstig te stemmen.
In de eerste helft van de 18de eeuw bleven de protestanten de eerste viool spelen. Bovendien eiste het Engelse parlement de macht op voor Ierland wetten uit te vaardigen, ook al was het Ierse parlement zelf uitsluitend uit niet-katholieken samengesteld. Vanaf 1753 groeide in het Ierse parlement hiertegen verzet, die nog werd versterkt door de opstand van de Engelse koloni?n in Noord-Amerika. Hervormingen in 1782 maakten van Ierland in theorie een onafhankelijk koninkrijk, in een personele unie verbonden met Groot-Brittanni?. Semi-geheime en paramilitaire genootschappen zoals de United Irishman, voerden een zwakke opstand in de jaren 1796-1798, waaraan ook door Fransen werd deelgenomen. Om aan deze permanente staat van onrust een einde te maken besloot de Londense regering Ierland met Groot-Brittanni? te verenigen en de Ierse vertegenwoordigers in het Britse parlement op te nemen. Deze Unie werd goedgekeurd op 1 augustus 1800.
De Ierse katholieken werden spoedig in hun verwachtingen beschaamd, omdat de regeringsleider Pitt zijn beloften niet kon verwezenlijken. Daarnaast verslechterde de economische situatie fors als gevolg van de unie. E?n van de leiders van de katholieke middenklasse, Daniel O?Connell, bevocht de goedkeuring van de Emancipation act (1829), waarbij katholieken in het parlement werden toegelaten en voor hen het grootste deel van de openbare functies werd opengesteld.
Hongersnood
De politieke problemen raakten tussen 1845 en 1847 op de achtergrond door een nationale ramp: de aardappelziekte. Deze ziekte, die ogenschijnlijk gezonde aardappelen in korte tijd veranderde in een hoopje stinkend zwarte drab, vernielde bijna de totale oogst. Aardappelen vormden h?t voedsel voor de gewone, arme Ieren en dus brak er een geweldige hongersnood (the Great Famine) uit. Meer dan een miljoen mensen stierven de hongerdood in Ierland.
Vanaf 1869 werd door de Britse premier Gladstone een reeks liberaliserende maatregelen getroffen. De bekendste daarvan is de Irish land act. In 1870 werd de Home Rule-partij gesticht, die ijverde voor zelfbestuur binnen het Britse Rijk; ??n van de grote mannen ervan was Charles Stuart Parnell. De eerste Home Rule bill werd afgewimpeld in 1886, een tweede werd door het Hogerhuis verworpen in 1893. Dit tot woede van de Ieren, van wie een deel zich voortaan Iers-nationalist zou noemen. Zij groepeerden zich in Sinn F?in, in 1899 gesticht door Arthur Griffith. Door enkele hervormingen wilde de Britse regering het tij keren, o.a. door de Land Purchase act, die faciliteiten verleende voor de boeren die eigenaar van de door hen bewerkte grond wilden worden (1903), of door de stichting van de Nationale Universiteit (1908). Ondertussen werkte men aan een derde Home Rule bill, die in 1912 werd ingevoerd, doch nooit werd toegepast. Ondanks ruime Home Rule-aanhang rees hiertegen verzet in Ulster, waar de meerderheid van de bevolking uit anglicanen en presbyterianen bestond. Beide kampen bewapenden zich. Besprekingen op Buckingham Palace in juli 1914 tussen de twee rivaliserende partijen hadden geen resultaat. Vlak daarna brak de Eerste Wereldoorlog uit. Talloze Ieren namen als vrijwilligers dienst in het leger, maar de Britse minister van Oorlog, Lord Kitchener, haalde zich spoedig hun vijandschap op de hals.
Paasopstand
In 1916 brak in Dublin de Paasopstand uit, die slechts na zware gevechten door de Britten neergeslagen kon worden. Een aantal leiders van de Paasopstand, zoals James Connoly en Patrick Pearse werd ge?xecuteerd. De Britse premier Lloyd George werd belast met een verzoeningsopdracht, doch struikelde over de kwestie Ulster. Als gevolg daarvan behaalde de Sinn F?in bij alle verkiezingen in die jaren de meerderheid. Zij ijverde voor zelfbeschikking op grond van de principes van de Amerikaanse president Wilson. De Ierse vrijwilligers, gegroepeerd in de Irish Republican Army (IRA), begonnen een guerrillaoorlog, waarop de Britten zeer heftig reageerden. Lloyd George ontwierp een nieuwe Government of Ireland Act. In afwachting van meer zelfbestuur zouden twee parlementen zetelen (een voor het zuiden, een voor Noord-Ierland), overkoepeld door een centrale raad. Het zuidelijke kwam nooit bijeen, het andere werd geopend op 22 juni 1921. De Britse regeringsleider ging toen onderhandelen met afgevaardigden van Sinn F?in, met als resultaat de oprichting van de Ierse Vrijstaat op 6 december 1921. Noord-Ierland bleef een deel van het Verenigd Koninkrijk.
Het geloof
De overgrote meerderheid van de Ierse bevolking is rooms-katholiek. Een zeer kleine minderheid is protestants. Protestanten en rooms-katholieken leven hier, in tegenstelling tot in Noord-Ierland, vreedzaam naast elkaar. Ierland is niet alleen in theorie, maar ook in de praktijk nog zeer katholiek. Veel Ieren gaan nog minstens een keer per week naar de kerk. In de Ierse Republiek is ongeveer 95% van bevolking rooms-katholiek.
Formeel zijn kerk en staat sinds 1973 gescheiden, maar de invloed van de kerk op het openbare leven is nog steeds groot. Zo is het voor echtparen pas sinds 1995 mogelijk om officieel te scheiden. De kerk speelt ook nog steeds een grote rol in het onderwijs. Vele scholen worden door de kerk gefinancierd. Toch is de invloed op jongeren de laatste jaren steeds minder aan het worden.
Taal
Engels is de voertaal in Ierland. Het sterk afwijkende Iers (Gaelic), de oude Keltische taal, is nog steeds een verplicht vak op de lagere school. Het Iers is verwant aan het Schotse Gaelic, het Welsh en het Bretons. In sommige streken en gemeenschappen is het Iers nog steeds de voertaal. Zulke streken heten ?The Gaeltacht?. Ongeveer 70.000 mensen in zeven Gaeltachts beheersen nog het Iers.
Tot en met de zestiende eeuw sprak men nog vrij algemeen Iers, daarna verboden de Engelsen om Iers te spreken. De grote hongersnood en de massale emigratie ontwrichtte het landelijke Ierse leven en daarmee ook de Ierse taal. Bovendien, wilde men iets bereiken in het door Engeland overheerste Ierland, dan moest men Engels leren spreken en schrijven. Engels en Iers verschillen vreselijk van elkaar om dat even te laten zien is hier een voorbeeldje van een Engelse tekst en een Ierse tekst, van het volks lied (zie verderop ook);
Engels: Soldiers are we, whose lives are pledged to Ireland.
Iers (Gaelic): Sinne Fianna F?il, at? faoi gheall ag Eirinn.
Economie
Door een gebrek aan eigen industrie?n, delfstoffen en door de ge?soleerde ligging lag Ierland economisch lange tijd achter bij de meeste andere landen van de Europese Unie. De laatste jaren echter kent Ierland een geweldige economische groei en daalt de werkloosheid aanzienlijk. Het leidt ook tot een sterke groei van de export. Buitenlandse bedrijven werden naar Ierland gelokt door de lage lonen, gunstige belastingtarieven en vestigingspremies. In 1995 waren ongeveer 1000 buitenlandse ondernemingen in Ierland gevestigd. Een andere belangrijke factor voor de ontwikkeling van de Ierse economie is de grootschalige financi?le hulp van de Europese Unie, met name voor de landbouw. Ook het toerisme wordt een steeds belangrijkere bron van inkomsten.
Landbouw is op dit moment een van de belangrijkste steunpilaren van de Ierse economie. Met name melkproductie en exportvlees leveren veel geld op. Daarnaast verbouwt men aardappelen, suikerbieten, gerst en tarwe. Schapen worden over het algemeen in het hoogland gehouden. Tweederde van de landbouwbedrijven is klein of zeer klein, en daardoor gericht op zelfvoorziening. De grote bedrijven zijn met name gespecialiseerd in slachtvee. De visserij concentreerde zich lange tijd op de zalmexport. De laatste jaren is ook de zeevisserij weer een, weliswaar bescheiden, bron van inkomsten geworden. Gevangen worden onder andere makreel, kabeljauw, haring, schol en schelvis. Op dit moment zijn er ? 10.000 mensen werkzaam in de visserij.
De belangrijkste industrie?n in Ierland zijn de dranken- en voedselindustrie, de staalindustrie en de machinebouw.
~Ierland is het land van Ierse bier en Whisky. Er zijn veel soorten bier, de meeste bier die daar gedronken word is natuurlijk de Ierse bier, dit is diepbruine bier zonder schuimlaag, deze bier heet Guinness. Verder drinken de Ieren er graag een glaasje Whisky bij.
~Ieren houden veel van muziek, zo is er de echte Ierse muziek. De Ieren houden ook van veel dansen zo zijn er ook heel veel volksdansen. Ierland is rijk aan oude volksmuziek. De oudste liederen worden nog in de Ierse taal gezongen, maar de meeste zijn Engels.
Wat pop muziek betreft is het vooral Westlife die het goed doet in Ierland omdat ze natuurlijk Iers zijn en ook Ierse pop muziek maken. Voor de rest luisteren ze natuurlijk ook naar de muziek die hier ook bekend is.
Volkslied
De tekst van het Ierse volkslied Amhr?n na bhF?ann (The Soldier's Song), bestaat uit drie coupletten en een refrein. Het volkslied werd in 1907 geschreven door Peadar Kearney, die tezamen met Patrick Heeney ook de muziek componeerde. Het werd voor het eerst gepubliceerd in de krant Irish Freedom in 1912. Het refrein werd het offici?le volkslied in 1926. Het verving het oude God Save Ireland.
Amhr?n na bhF?ann
Seo dhibh a ch?irde duan ?glaigh,
Cathr?imeach briomhar ceolmhar,
?r dtinte cn?mh go buacach t?id,
'S an sp?ir go min r?altogach
Is fonnmhar faobhrach sinn chun gleo
'S go ti?nmhar gl? roimh th?ocht do'n l?
F? chi?nas chaomh na hoiche ar seol:
Seo libh cana?dh Amhr?n na bhFiann
Curf?:
Sinne Firnna F?il
A t? f? gheall ag ?irinn,
buion d?r slua
Thar toinn do r?inig chugainn,
F? mh?id bheith saor.
Sean t?r ?r sinsir feasta
N? fhagfar f?'n tior?n n? f?'n tr?il
Anocht a th?am sa bhearna bhaoil,
Le gean ar Ghaeil chun b?is n? saoil
Le guna screach f? l?mhach na bpil?ar
Seo libh cana?dh Amhr?n na bhFiann.
Cois b?nta r?idhe, ar ?rdaibh sl?ibhe,
Ba bhuachach ?r sinsir romhainn,
Ag l?mhach go tr?an f?'n s?r-bhrat s?in
T? thuas sa ghaoith go seolta
Ba dh?chas riamh d'?r gcine ch?idh
Gan iomp?il siar ? imirt ?ir,
'S ag si?l mar iad i gcoinne n?mhad
Seo libh, cana?dh Amhr?n na bhFiann
Curf?
A bhu?on n?ch fann d'fhuil Ghaeil is Gall,
Sin breacadh lae na saoirse,
Ta sc?imhle 's scanradh i gcro?the namhad,
Roimh ranna laochra ?r dtire.
?r dtinte is tr?ith gan spr?ach anois,
Sin luisne ghl? san sp?ir anoir,
'S an b?obha i raon na bpil?ar agaibh:
Seo libh, cana?dh Amhr?n na bh Fiann.
Curf?
The Soldier's Song
With cheering rousing chorus,
As round our blazing fires we throng,
The starry heavens o'er us;
Impatient for the coming fight,
And as we wait the morning's light,
Here in the silence of the night,
We'll chant a soldier's song.
Chorus:
Soldiers are we
whose lives are pledged to Ireland;
Some have come
from a land beyond the wave.
Sworn to be free,
No more our ancient sire land
Shall shelter the despot or the slave.
Tonight we man the gap of danger
In Erin's cause, come woe or weal
'Mid cannons' roar and rifles peal,
We'll chant a soldier's song
In valley green, on towering crag,
Our fathers fought before us,
And conquered 'neath the same old flag
That's proudly floating o'er us.
We're children of a fighting race,
That never yet has known disgrace,
And as we march, the foe to face,
We'll chant a soldier's song
Chorus
Sons of the Gael! Men of the Pale!
The long watched day is breaking;
The serried ranks of Inisfail
Shall set the Tyrant quaking.
Our camp fires now are burning low;
See in the east a silv'ry glow,
Out yonder waits the Saxon foe,
So chant a soldier's song.
Chorus
Ierland is een groot eiland dat ten westen van Engeland ligt, het is ongeveer twee keer zo groot als Nederland. Het hoort bij de Britse eilandengroep. Ierland is natuurlijk omringd door zee?n, in het westen grenst het eiland aan de Atlantische Oceaan en in het oosten door de Ierse zee, the Celtic sea.
Geografie
Ierland bestaat uit twee delen, In Noord-Ierland en de Republiek van Ierland. In 1992 is het land in twee?n gedeeld. Noord-Ierland behoort dan ook bij het Verenigd Koningrijk.
Het centrale deel van Ierland heeft een golvend landschap en wordt omringd door een rand van bergen en heuvels. Dit deel van Ierland is bezaaid met meren en meertjes o.a. Lough Corrib en Lough Neagh, het grootste meer van Ierland en Groot-Brittanni? samen. Het is ook het meest vruchtbare gedeelte van het land. Ook vindt men hier uitgestrekte veengebieden.
Aan de oostkust liggen duinen en de leegste en schoonste zandstranden van Europa. De westkust is zeer grillig gevormd, met diepe inhammen, hoge ruwe rotsen en loodrechte kliffen. De hoogste ?berg? van Ierland is de Carrantuohill in het westelijk gelegen graafschap Kerry, en is ongeveer 1040 meter hoog. De langste rivier is de Shannon (370 km), die door het midden van Ierland loopt.
Klimaat
Ierland heeft door de warme golfstroom in de Atlantische oceaan een gematigd zeeklimaat: geen strenge winters en geen warme zomers. Wel is het weer er heel erg wisselend.
Vooral langs de westkust van Ierland kan het vaak zeer hard waaien. De gemiddelde jaarlijkse neerslag over Ierland is groot (ca. 1100 mm). De grootste hoeveelheden vallen langs de westkust (1500-2000 mm in het uiterste zuidwesten.
In de zomer valt er gemiddeld op zo?n twaalf dagen regen. Het kan dagen achter elkaar regenen, maar het kan ook weken lang zonnig weer zijn. De minste neerslag valt in het voorjaar; de droogste maanden zijn mei en juni. Er valt over het algemeen zelden sneeuw en ook vorstdagen zijn vrij zeldzaam. Regen en zon wisselen elkaar dus vaak af en daarom staat Ierland ook bekend om zijn Regenbogen.
Belfast
Belfast (B?al Feirsde) is zowel de hoofdstad van de provincie Ulster als van Noord-Ierland. De stad ligt aan de monding van de Lagan die in Belfast Lough uitmondt. Belfast is met ongeveer 280.000 inwoners de op ??n na grootste stad in Ierland en de grootste stad van Noord-Ierland. De agglomoratie heeft ruim 600.000 inwoners.
Leinster
De provincie Leinster (Laigin) ligt in het zuidoosten van Ierland. Leinster bestaat uit de graafschappen Dublin, Kildare, Carlow, Kilkenny, Loais, Offaly, Longford, Louth, Meath, West-Meath, Wicklow en Wexford. De provincie is een kleine 20.000 vierkante kilometer groot en er wonen 1,9 miljoen mensen. De hoofdstad is Dublin
Dublin
Dublin ( Baile ?tha Cliath) is de hoofdstad van de Republiek Ierland, de provincie Leinster en van het gelijknamige graafschap. De stad ligt aan de monding van de Liffey in de door de Ierse Zee gevormde Baai van Dublin. De stad heeft 503.000 inwoners. In de agglomeratie wonen bijna een miljoen mensen.
In en rond Dublin is de ICT-industrie, die in heel Ierland explosief groeit, sterk vertegenwoordigd. Dublin heeft een grote aantrekkingskracht op toeristen. De hoofdstad is de belangrijkste havenplaats.
De naam Leinster gaat terug op een voormalig, praktisch onafhankelijk koninkrijk uit de 15de en 16de eeuw.
Munster
Munster (An Mhumain) is ??n van de vier Ierse provincies. De oppervlakte bedraagt 24.127 vierkante kilometer. In de provincie wonen circa ??n miljoen mensen. De hoofdstad is Cork.
Munster bestaat uit de graafschappen Cork, Kerry, Limerick, Clare. Tipperary en Waterford.
De provincie is nogal bergachtig, met onregelmatige kusten en baaien, klippen en (schier)eilanden. De belangrijkste rivieren zijn Blackwater, Lee en Shannon.
De bronnen van inkosten zijn tradititioneel de landbouw en industrie (textiel, leer, papier, glas, brouwerijen, scheepsbouw). Tegenwoordig speelt ook het toerisme in Munster een belangrijke rol.
Munster is ??n van de traditionele vijf vroeg-historische 'koninkrijken' van Ierland. De oude hoofdstad is Cashel (County Tipperary). In de 10de eeuw vestigden de Vikingen zich in de kuststeden Limerick en Waterford. Cashel werd in het begin van de twaalfde eeuw zetel van een aartsbisdom dat oorspronkelijk de gehele zuidelijke helft van het eiland omvatte.
Connaught
Connaught is ??n van de vier Ierse provincies. Het ligt in het westen van het eiland. Connaught bestaat uit de graafschappen Galway, Leitrim, Mayo, Roscommon en Sligo.
Noord-Ierland
Noord-Ierland is de bestuurseenheid die tezamen met Groot-Britanni? het Verenigd Koninkrijk (UK) vormt. Het gehele gebied ligt in de provincie Ulster en bestaat uit de graafschappen Antrim, Armagh, Derry, Down, Fermanagh en Tyrone.
De hoofdstad is Belfast.
Politieke partijen
De belangrijkste politieke partijen zijn:
F.F. = Fianna F?il is de grootste politieke partij van Ierland.
F.G. = Fine Gael is de op ??n na grootste politieke partij van Ierland.
Garda S?ochana = Het politie-apparaat van de Ierse Republiek.
INLA = De Irish National Liberation Army is een verboden para-militaire organisatie.
IRA = De Irish Republican Army is een verboden para-militaire organisatie.
Vliegvelden:
Er zijn vliegvelden in Ierland namelijk:
Belfast City Airport
Belfast International Airport (Aldergrove)
Cork Airport
Derry Airport
Dublin Airport
Knock Airport (Connaught International Airport)
Shannon International Airport.
Planten en dieren
De golfstroom heeft niet alleen veel invloed op het weer maar ook op de soorten dieren en planten die daardoor ontstaan. Door deze warme golfstroom groeien er in het zuiden van Ierland subtropische planten. Op beschutte plaatsen groeien zelfs palmen, magnolia?s en aardbeibomen. Rododendron komt in Ierland zeer veel voor. Bijzonder is de flora van de Burren, een kalksteenplateau. Hier groeit alpenflora en Middellandse-Zeeflora. Verder vinden we in Ierland vlierstruiken, kamperfoelie, meidoorn, rozen en de opvallende gaspeldoorn. Orchidee?n zijn met name in de duinen te vinden. Het veenland is voornamelijk begroeid met veenbessen, veenmossen en dopheide.
Door deze warme stroom brengen veel trekvogels hier de winter door.
Ierland wordt ook wel het ?groene eiland? genoemd vanwege de vele tinten groen die het eiland overheersen. Ierland is een land met weinig bossen. Slechts 5% van Ierland is bedekt met bos, veelal aangeplant naaldhout. In een ver verleden was een groot deel van Ierland bedekt met bossen maar overbeweiding ( te veel vee op een stuk grond ) en houtkap tussen de 16e en 18e eeuw leidde tot grootschalige ontbossing.
Als gevolg van de langdurige ijsoverdekking gedurende het Pleistoceen zijn de meeste inheemse dieren uitgestorven.
De dierenwereld is daarom arm; zo ontbreken bijvoorbeeld alle slangen, de mol, bunzing en wezel, specht, de slaap- en woelmuizen en het wilde zwijn. Er is maar ??n spitsmuissoort. Er leven nog enkele kleine roofdieren, onder meer vos, das en otter, hermelijn en de zeldzame boommarter. In het zuidwesten komen edelherten voor, ree?n in het noordwesten.
De vogelwereld vertoont meer verscheidenheid. Er leven enkele honderden soorten in en rond Ierland. Op twee rotseilandjes aan de westkust, de Skelligs, nestelen duizenden jan-van-genten. Langs de kust en op de vele eilandjes komen grote kolonies alken, zeekoeten, aalscholvers, meeuwen en stormvogels voor. ?s-Winters overwinteren er vele vogels uit Europa, de Noordpool, Groenland, IJsland en Canada. Te zien zijn dan zwanen, ganzen, kieviten en grutto?s.
Het enige reptiel is de levendbarende hagedis; er zijn slechts twee soorten amfibie?n.
Vissen zijn talrijk, zowel in de zoete wateren van het binnenland als in de Ierland omringende zee. Ierland is een paradijs voor sportvissers. Zalm, forel en snoek in rivieren en binnenwateren en in de kustwateren onder meer kabeljauw, makreel haring, spiering, haaien en roggen. Verder zijn voor de kusten bruinvissen, dolfijnen en zeehonden waar te nemen. Ierland telt bijna veertig botanische en ornithologische natuurreservaten, maar ook reservaten voor zoetwatervissen.
Geschiedenis
Circa 7000 voor Christus: vanuit Noord-Engeland vestigen de eerste jagers en verzamelaars zich in Ierland. Vier eeuwen later, dus rond 3000 voor Christus trekken er nieuwe volken van onbekende afkomst naar het eiland. Zij brengen onder andere de akkerbouw met zich mee.
Omstreeks 2000 voor Christus kwamen nieuwe immigranten op de proppen. Deze lieden hadden kennis van de mijnbouw en van metaalbewerking. Het stenen tijdperk ging aldus in Ierland over in de bronstijd.
Vanaf de vijfde eeuw voor Christus hadden verschillende Keltische stammen voet aan land gezet in Ierland. De Kelten, die met hun ijzeren wapens de bronzen verdedigingsmiddelen makkelijk de baas waren, legden de oorspronkelijke bevolking hun taal en beschaving op door in de 'elite' te infiltreren.
Rond het begin van onze jaartelling was vrijwel geheel Ierland Keltisch. De verschillende stammen vormden niet ??n rijk, maar verschillende koninkrijkjes, de zogeheten tuatha (tuath = volk). Deze volken sloten zich in los-vaste verbanden aaneen in vijf provincies: Ulster, Munster, Leinster, Connaught en Meath (midhe). Iedere provincie stond onder leiding vann een koning. De Romeinen, die op het Europese continent en in een gedeelte van Engeland, de Kelten hadden verjaagd of onderworpen, lieten Ierland letterlijk links liggen. Daardoor kon de Keltische cultuur zich lang handhaven. Kenmerkend voor die cultuur is het gebrek aan een geschreven taal. Daardoor moesten alle kennis, literatuur en wetten door geleerden van generatie op generatie mondeling worden doorgegeven. Alleen voor korte inscripties op bepaalde gedenkstenen werd een soort runenschrift (Ogham) gebruikt. Mede hierdoor duurde tot in de vijfde eeuw voordat een eerste vaststaand jaartal in de Ierse geschiedenis opduikt.
In 431 werd te Rome ene Palladius tot "bisschop van alle gelovige Ieren' benoemd. Over deze figuur is niet veel bekend. Waarschijnlijk werkte hij voornamelijk in het zuiden. Zijn opvolger was de legendarische Saint Patrick. Over deze patroonheilige van Ierland doen allerhande wilde verhalen de ronde. Zo zou hij alle slangen en giftige dieren van het eiland hebben verjaagd. Het was ook Saint Patrick die de heilige drie-eenheid verklaarde door middel van een klavertje drie tot op de dag van vandaag ??n van bekendste nationale symbolen.
Aan het einde van de achtste eeuw werd het bloeiende culturele leven in Ierland ruw opgeschrikt door de invallen van de Noormannen. Deze Vikingen stichtten in de negende en tiende eeuw vele nederzettingen op de Britse eilanden. In Ierland, dat nog geen steden kende, groeiden deze nederzettingen als zodanig uit.
In 841 werd Dublin gesticht. Het was in eerste instantie een versterkte haven voor de Vikingen. In 870 maakte Olaf de Witte, een Noorse legerleider van Dublin de hoofdstad van zijn kolonie. In de mellee van wisselende coalities tussen inheemse koningen en Noormannen zag uiteindelijk in 1002 koning Brian Boru zijn kans schoon om als 'opperkoning' over bijna het hele (ei)land te heersen. Dat leidde tot een grote krachtmeting tussen de Vikingen en hun bondgenoten en Brian Boru en de zijnen. Hoewel de koning het leven liet was het na de slag van Clontarf in 1014 gedaan met de invloed van de Noormannen.
In 1152 kreeg de Ierse kerk tijdens de synode in het Schotse Kells haar eerste constitutie. Het eiland werd verdeeld in vier bisdommen De aartsbisschop van Armagh werd de primaat. Deze situatie duurt voort tot op de dag van vandaag.
Inmiddels ging de slag om het 'opperkoningschap' onverdroten verder. E?n van die koningen, Dermot MacMurough van Leinster, werd verslagen en ging steun zoeken bij de Engelse koning Hendrik II. In Engeland heersten de Normandi?rs die in 1066 onder leiding van Willem de Veroveraar een invasie uitvoerden.
In 1169 zette een eerste invasieleger van de Normandi?rs voet aan wal in de buurt van Waterford.
Een bul die door paus Adrianus IV aan de Engelse koning Hendrik II was verleend (1155, Laudabiliter), gaf hem een motief om zich van Ierland meester te maken. Als pauselijk leen bleef Ierland tot in 1541 aan de Engelse koningen gebonden. De eerste tientallen jaren schikten de Ieren zich vrij gemakkelijk naar de nieuwe maatschappelijke orde (de Engelse wetgeving werd ook in Ierland van kracht; zo was er een koninklijk rechter en een parlement). In de 13de eeuw rees er verzet van de autochtone heersersfamilies die hun kans schoon zagen omdat de koninklijke macht sterk was uitgehold na de Magna Charta in Engeland. In de 14de eeuw echter werd het ook onrustig onder de oude Engelse immigranten die zich keerden tegen de nieuwe heren die bezit hadden maar zich nooit in Ierland lieten zien. De Ieren grepen deze kans aan zich weer meester te maken van grote delen van Ulster, Connaught en Leinster. Lionel, de hertog van Clarence, die was benoemd als onderkoning, trachtte het tij te doen keren: de Statuten van Kilkenny (1341) bevatten een verbod tot vermenging van de Ierse en Engelse bevolking. Ook het westen van het eiland werd feitelijk opgegeven, als zijnde 'bezet door Ierse bezetters of gedegenereerde Engelsen' (met andere woorden: de oude immigranten). Het rechtstreeks gezag werd dus nog slechts uitgeoefend op de smalle kuststrook in het oosten, genaamd de 'English Pale'. De koninklijke macht was ook beperkt vanwege de dynastieke oorlog die in Engeland zelf aan de gang was. Onder de regering van Eduard III had de graaf van Kildare zich haast een koninklijke positie aangemeten. Desalniettemin werden de Acts of the Irish estates (1460), waarbij Ierland een autonome wetgeving kreeg, herroepen.
In 1536-1537 werd ook door het Ierse parlement Hendrik VIII erkend als hoofd van de Kerk van Ierland en de afschaffing van de kloosters goedgekeurd. De Ierse leiders werden benaderd om, in ruil voor de erkenning van Hendrik als hoofd van Kerk en Staat, hun gronden 'rechtsgeldig' in ontvangst te nemen. Dit leidde in 1541 tot de erkenning door het parlement van Hendrik als koning van Ierland en dus niet langer als plaatsvervanger van de paus.
De poging om het protestantisme in te voeren had weinig succes en slechts onder Elizabeth I kon de onderkoning Thomas Radcliffe de kerk aan zijn gezag onderwerpen (1559-1566). Toch braken er in de tweede helft van de 16de eeuw opstanden uit. In 1607, na de Spaans-Engelse vrede (Spanje had de opstandelingen hulp verleend), moest de leider van de opstand, de graaf van Tyrone, tezamen met een honderdtal andere Ierse leiders vluchten. Deze zogeheten flight of the earls werd de oorzaak van een sterke verzwakking van de Ierse macht, zowel op politiek als op cultureel gebied. Zes graafschappen werden verbeurd verklaard en er werden voornamelijk Schotse protestantse immigranten gevestigd. Ook in andere delen van Ierland werden zij toegelaten, maar daar werden minder onrechtvaardigheden jegens de oorspronkelijke bevolking begaan. Juist in deze jaren begon de Contrareformatie op grote schaal door te dringen op het eiland en men kwam tot het gedeeltelijke herstel van de rooms-katholieke hi?rarchie. De volgende etappe was die van de lord deputy Thomas Wentworth, die Ierland wilde inschakelen in de strijd tegen de puriteinen. Hij stierf op het schavot, de puriteinen bezetten belangrijke functies en na een opstand in Ulster, geleid door leiders van de oude geslachten (zoals de O'Neills), die met de vanouds gevestigde Engelsen een coalitie aangingen (1641), werden duizenden kolonisten vermoord of verdreven. De volgende jaren werd de strijd gekoppeld aan de strijd die Karel I zelf in Engeland moest aanbinden tegen Cromwell. Onder Cromwell zou de lijdensweg van de Ieren nog verergeren: een groot plan om hun alle gronden te ontnemen en hen die hem trouw waren geweest, samen in Connaught te brengen, terwijl de rest van het eiland onder protestantse immigranten zou worden verdeeld, kon echter slechts gedeeltelijk worden uitgevoerd. Na het herstel van het vorstenhuis stonden Karel II en Jacobus II voor de taak, zowel de oude inwoners van Ierland als de immigranten gunstig te stemmen.
In de eerste helft van de 18de eeuw bleven de protestanten de eerste viool spelen. Bovendien eiste het Engelse parlement de macht op voor Ierland wetten uit te vaardigen, ook al was het Ierse parlement zelf uitsluitend uit niet-katholieken samengesteld. Vanaf 1753 groeide in het Ierse parlement hiertegen verzet, die nog werd versterkt door de opstand van de Engelse koloni?n in Noord-Amerika. Hervormingen in 1782 maakten van Ierland in theorie een onafhankelijk koninkrijk, in een personele unie verbonden met Groot-Brittanni?. Semi-geheime en paramilitaire genootschappen zoals de United Irishman, voerden een zwakke opstand in de jaren 1796-1798, waaraan ook door Fransen werd deelgenomen. Om aan deze permanente staat van onrust een einde te maken besloot de Londense regering Ierland met Groot-Brittanni? te verenigen en de Ierse vertegenwoordigers in het Britse parlement op te nemen. Deze Unie werd goedgekeurd op 1 augustus 1800.
De Ierse katholieken werden spoedig in hun verwachtingen beschaamd, omdat de regeringsleider Pitt zijn beloften niet kon verwezenlijken. Daarnaast verslechterde de economische situatie fors als gevolg van de unie. E?n van de leiders van de katholieke middenklasse, Daniel O?Connell, bevocht de goedkeuring van de Emancipation act (1829), waarbij katholieken in het parlement werden toegelaten en voor hen het grootste deel van de openbare functies werd opengesteld.
Hongersnood
De politieke problemen raakten tussen 1845 en 1847 op de achtergrond door een nationale ramp: de aardappelziekte. Deze ziekte, die ogenschijnlijk gezonde aardappelen in korte tijd veranderde in een hoopje stinkend zwarte drab, vernielde bijna de totale oogst. Aardappelen vormden h?t voedsel voor de gewone, arme Ieren en dus brak er een geweldige hongersnood (the Great Famine) uit. Meer dan een miljoen mensen stierven de hongerdood in Ierland.
Vanaf 1869 werd door de Britse premier Gladstone een reeks liberaliserende maatregelen getroffen. De bekendste daarvan is de Irish land act. In 1870 werd de Home Rule-partij gesticht, die ijverde voor zelfbestuur binnen het Britse Rijk; ??n van de grote mannen ervan was Charles Stuart Parnell. De eerste Home Rule bill werd afgewimpeld in 1886, een tweede werd door het Hogerhuis verworpen in 1893. Dit tot woede van de Ieren, van wie een deel zich voortaan Iers-nationalist zou noemen. Zij groepeerden zich in Sinn F?in, in 1899 gesticht door Arthur Griffith. Door enkele hervormingen wilde de Britse regering het tij keren, o.a. door de Land Purchase act, die faciliteiten verleende voor de boeren die eigenaar van de door hen bewerkte grond wilden worden (1903), of door de stichting van de Nationale Universiteit (1908). Ondertussen werkte men aan een derde Home Rule bill, die in 1912 werd ingevoerd, doch nooit werd toegepast. Ondanks ruime Home Rule-aanhang rees hiertegen verzet in Ulster, waar de meerderheid van de bevolking uit anglicanen en presbyterianen bestond. Beide kampen bewapenden zich. Besprekingen op Buckingham Palace in juli 1914 tussen de twee rivaliserende partijen hadden geen resultaat. Vlak daarna brak de Eerste Wereldoorlog uit. Talloze Ieren namen als vrijwilligers dienst in het leger, maar de Britse minister van Oorlog, Lord Kitchener, haalde zich spoedig hun vijandschap op de hals.
Paasopstand
In 1916 brak in Dublin de Paasopstand uit, die slechts na zware gevechten door de Britten neergeslagen kon worden. Een aantal leiders van de Paasopstand, zoals James Connoly en Patrick Pearse werd ge?xecuteerd. De Britse premier Lloyd George werd belast met een verzoeningsopdracht, doch struikelde over de kwestie Ulster. Als gevolg daarvan behaalde de Sinn F?in bij alle verkiezingen in die jaren de meerderheid. Zij ijverde voor zelfbeschikking op grond van de principes van de Amerikaanse president Wilson. De Ierse vrijwilligers, gegroepeerd in de Irish Republican Army (IRA), begonnen een guerrillaoorlog, waarop de Britten zeer heftig reageerden. Lloyd George ontwierp een nieuwe Government of Ireland Act. In afwachting van meer zelfbestuur zouden twee parlementen zetelen (een voor het zuiden, een voor Noord-Ierland), overkoepeld door een centrale raad. Het zuidelijke kwam nooit bijeen, het andere werd geopend op 22 juni 1921. De Britse regeringsleider ging toen onderhandelen met afgevaardigden van Sinn F?in, met als resultaat de oprichting van de Ierse Vrijstaat op 6 december 1921. Noord-Ierland bleef een deel van het Verenigd Koninkrijk.
Het geloof
De overgrote meerderheid van de Ierse bevolking is rooms-katholiek. Een zeer kleine minderheid is protestants. Protestanten en rooms-katholieken leven hier, in tegenstelling tot in Noord-Ierland, vreedzaam naast elkaar. Ierland is niet alleen in theorie, maar ook in de praktijk nog zeer katholiek. Veel Ieren gaan nog minstens een keer per week naar de kerk. In de Ierse Republiek is ongeveer 95% van bevolking rooms-katholiek.
Formeel zijn kerk en staat sinds 1973 gescheiden, maar de invloed van de kerk op het openbare leven is nog steeds groot. Zo is het voor echtparen pas sinds 1995 mogelijk om officieel te scheiden. De kerk speelt ook nog steeds een grote rol in het onderwijs. Vele scholen worden door de kerk gefinancierd. Toch is de invloed op jongeren de laatste jaren steeds minder aan het worden.
Taal
Engels is de voertaal in Ierland. Het sterk afwijkende Iers (Gaelic), de oude Keltische taal, is nog steeds een verplicht vak op de lagere school. Het Iers is verwant aan het Schotse Gaelic, het Welsh en het Bretons. In sommige streken en gemeenschappen is het Iers nog steeds de voertaal. Zulke streken heten ?The Gaeltacht?. Ongeveer 70.000 mensen in zeven Gaeltachts beheersen nog het Iers.
Tot en met de zestiende eeuw sprak men nog vrij algemeen Iers, daarna verboden de Engelsen om Iers te spreken. De grote hongersnood en de massale emigratie ontwrichtte het landelijke Ierse leven en daarmee ook de Ierse taal. Bovendien, wilde men iets bereiken in het door Engeland overheerste Ierland, dan moest men Engels leren spreken en schrijven. Engels en Iers verschillen vreselijk van elkaar om dat even te laten zien is hier een voorbeeldje van een Engelse tekst en een Ierse tekst, van het volks lied (zie verderop ook);
Engels: Soldiers are we, whose lives are pledged to Ireland.
Iers (Gaelic): Sinne Fianna F?il, at? faoi gheall ag Eirinn.
Economie
Door een gebrek aan eigen industrie?n, delfstoffen en door de ge?soleerde ligging lag Ierland economisch lange tijd achter bij de meeste andere landen van de Europese Unie. De laatste jaren echter kent Ierland een geweldige economische groei en daalt de werkloosheid aanzienlijk. Het leidt ook tot een sterke groei van de export. Buitenlandse bedrijven werden naar Ierland gelokt door de lage lonen, gunstige belastingtarieven en vestigingspremies. In 1995 waren ongeveer 1000 buitenlandse ondernemingen in Ierland gevestigd. Een andere belangrijke factor voor de ontwikkeling van de Ierse economie is de grootschalige financi?le hulp van de Europese Unie, met name voor de landbouw. Ook het toerisme wordt een steeds belangrijkere bron van inkomsten.
Landbouw is op dit moment een van de belangrijkste steunpilaren van de Ierse economie. Met name melkproductie en exportvlees leveren veel geld op. Daarnaast verbouwt men aardappelen, suikerbieten, gerst en tarwe. Schapen worden over het algemeen in het hoogland gehouden. Tweederde van de landbouwbedrijven is klein of zeer klein, en daardoor gericht op zelfvoorziening. De grote bedrijven zijn met name gespecialiseerd in slachtvee. De visserij concentreerde zich lange tijd op de zalmexport. De laatste jaren is ook de zeevisserij weer een, weliswaar bescheiden, bron van inkomsten geworden. Gevangen worden onder andere makreel, kabeljauw, haring, schol en schelvis. Op dit moment zijn er ? 10.000 mensen werkzaam in de visserij.
De belangrijkste industrie?n in Ierland zijn de dranken- en voedselindustrie, de staalindustrie en de machinebouw.
~Ierland is het land van Ierse bier en Whisky. Er zijn veel soorten bier, de meeste bier die daar gedronken word is natuurlijk de Ierse bier, dit is diepbruine bier zonder schuimlaag, deze bier heet Guinness. Verder drinken de Ieren er graag een glaasje Whisky bij.
~Ieren houden veel van muziek, zo is er de echte Ierse muziek. De Ieren houden ook van veel dansen zo zijn er ook heel veel volksdansen. Ierland is rijk aan oude volksmuziek. De oudste liederen worden nog in de Ierse taal gezongen, maar de meeste zijn Engels.
Wat pop muziek betreft is het vooral Westlife die het goed doet in Ierland omdat ze natuurlijk Iers zijn en ook Ierse pop muziek maken. Voor de rest luisteren ze natuurlijk ook naar de muziek die hier ook bekend is.
Volkslied
De tekst van het Ierse volkslied Amhr?n na bhF?ann (The Soldier's Song), bestaat uit drie coupletten en een refrein. Het volkslied werd in 1907 geschreven door Peadar Kearney, die tezamen met Patrick Heeney ook de muziek componeerde. Het werd voor het eerst gepubliceerd in de krant Irish Freedom in 1912. Het refrein werd het offici?le volkslied in 1926. Het verving het oude God Save Ireland.
Amhr?n na bhF?ann
Seo dhibh a ch?irde duan ?glaigh,
Cathr?imeach briomhar ceolmhar,
?r dtinte cn?mh go buacach t?id,
'S an sp?ir go min r?altogach
Is fonnmhar faobhrach sinn chun gleo
'S go ti?nmhar gl? roimh th?ocht do'n l?
F? chi?nas chaomh na hoiche ar seol:
Seo libh cana?dh Amhr?n na bhFiann
Curf?:
Sinne Firnna F?il
A t? f? gheall ag ?irinn,
buion d?r slua
Thar toinn do r?inig chugainn,
F? mh?id bheith saor.
Sean t?r ?r sinsir feasta
N? fhagfar f?'n tior?n n? f?'n tr?il
Anocht a th?am sa bhearna bhaoil,
Le gean ar Ghaeil chun b?is n? saoil
Le guna screach f? l?mhach na bpil?ar
Seo libh cana?dh Amhr?n na bhFiann.
Cois b?nta r?idhe, ar ?rdaibh sl?ibhe,
Ba bhuachach ?r sinsir romhainn,
Ag l?mhach go tr?an f?'n s?r-bhrat s?in
T? thuas sa ghaoith go seolta
Ba dh?chas riamh d'?r gcine ch?idh
Gan iomp?il siar ? imirt ?ir,
'S ag si?l mar iad i gcoinne n?mhad
Seo libh, cana?dh Amhr?n na bhFiann
Curf?
A bhu?on n?ch fann d'fhuil Ghaeil is Gall,
Sin breacadh lae na saoirse,
Ta sc?imhle 's scanradh i gcro?the namhad,
Roimh ranna laochra ?r dtire.
?r dtinte is tr?ith gan spr?ach anois,
Sin luisne ghl? san sp?ir anoir,
'S an b?obha i raon na bpil?ar agaibh:
Seo libh, cana?dh Amhr?n na bh Fiann.
Curf?
The Soldier's Song
With cheering rousing chorus,
As round our blazing fires we throng,
The starry heavens o'er us;
Impatient for the coming fight,
And as we wait the morning's light,
Here in the silence of the night,
We'll chant a soldier's song.
Chorus:
Soldiers are we
whose lives are pledged to Ireland;
Some have come
from a land beyond the wave.
Sworn to be free,
No more our ancient sire land
Shall shelter the despot or the slave.
Tonight we man the gap of danger
In Erin's cause, come woe or weal
'Mid cannons' roar and rifles peal,
We'll chant a soldier's song
In valley green, on towering crag,
Our fathers fought before us,
And conquered 'neath the same old flag
That's proudly floating o'er us.
We're children of a fighting race,
That never yet has known disgrace,
And as we march, the foe to face,
We'll chant a soldier's song
Chorus
Sons of the Gael! Men of the Pale!
The long watched day is breaking;
The serried ranks of Inisfail
Shall set the Tyrant quaking.
Our camp fires now are burning low;
See in the east a silv'ry glow,
Out yonder waits the Saxon foe,
So chant a soldier's song.
Chorus