Werkstuk: El Niño
Inleiding
De naam El Niño is bedacht door Peruaanse vissers en betekent: het (kerst)kindje.
El Niño is een natuur-verschijnsel (natuurramp; omdat het door de natuur veroorzaakt word en door niets anders ) dat het water in een deel van de Stille Oceaan eens in de drie tot vijf jaar sterk opwarmt. Door de opwarming en andere verschijnselen (zie hoofd.2) verandert het weer, waardoor er op sommige plaatsen bijvoorbeeld veel regen valt, terwijl het er normaal droog is, of de regen komt een paar weken later, waardoor er bosbranden komen of oogsten mislukken. Op andere plaatsen richten orkanen vernielingen aan, wat in 'normale' jaren niet het geval is.
1. Geschiedenis
Hoe lang El Niño al bestaat is niet precies bekend, maar het is zeker niet iets van de laatste tijd. De oudste aanwijzingen van El Niño, komen uit het begin van de 16e eeuw, maar waarschijnlijk is El Niño al veel ouder. Vroeger wist men nog niets over El Niño en dat is eigenlijk lang zo gebleven. Om +/- vier jaar begon het zeewater voor de kust van Peru op te warmen en gebeurden er ook andere dingen, We weten nu dat we met El Niño te maken hebben, maar men wist niet dat al deze dingen met elkaar te maken hadden. Dat komt omdat er vroeger nog maar weinig gemeten werd. Na de zeer krachtige El Niño van 1982-1983, kwam er iets heel nieuws, wat voor een doorbraak zorgde. Er werd een netwerk van meetstations op de Stille Oceaan aangebracht, waardoor men ontdekte dat bijna alles in dat hele gebied met elkaar samen te maken had. Men besloot dit netwerk aan te leggen, omdat bij de laatste El Niño veel mensen om het leven kwamen.
In 1982 kwam men erachter dat in het begin nog weinig veranderingen voorkwamen en als men iets merkte bracht men het niet in verband met elkaar, maar achteraf blijkt dat de eerste tekenen zich voor doen in mei 1982. De temperatuur neemt heel langzaam toe, maar stijgt verder. Voor de kust van Ecuador bv. steeg de temperatuur van het zeewater naar 27° C, terwijl de watertemperatuur daar normaal ongeveer 20° C is. De stijging van de watertemperatuur had rampzalige gevolgen. Een paar voorbeelden:
de inkomsten van Ecuador en Peru liepen terug, doordat er bijna geen vis werd gevangen
voor de Zuid-Amerikaanse kust stierven veel vogels; Door de massale vogel-sterfte was er ook veel minder mest en dus viel een andere inkomstenbron weg
er stierven veel zeehonden
in Peru viel in een half jaar tijd meer dan 2500 mm neerslag;
in Indonesië en Australië woedden grote bosbrandden, doordat de moesson niet kwam;
in delen van Afrika mislukte de maïsoogst, waardoor hongersnood uitbrak;
in het noord-westen van de Verenigde Staten viel twee keer zoveel regen als normaal.
2. Ontstaan van El Niño
El Niño ontstaat doordat er stromingen (El Niño, door zee- en luchtstromen) in de oceaan veranderen. Het water in de oceaan is op sommige plaatsen warm (bij de droge gebieden) en op andere plaatsen koel (bij de nattere gebieden), daardoor verandert ook de temperatuur van de lucht. Hierdoor worden de luchtstromingen in het gebied boven en rond de Stille Oceaan verstoord. Deze verandering tussen de oceaan en de atmosfeer zorgt ervoor, dat het weer in een groot deel van de wereld verandert, en dat is
El Niño.
Rondom de gehele aarde bevinden zich twee gordels van zeer droge gebieden (dus bij de warmere wateren). Hier bevinden zich de woestijnen. Dichtbij de evenaren liggen de natte gebieden (bij de koele oceaan). Hier liggen de regenwouden. In deze droge gordels daalt de lucht in tegenstelling tot bij de evenaar.
3. Gevolgen
Veranderingen in de temperatuur van het water in de Stille Oceaan hebben enorme gevolgen voor het weer in een groot gebied. De gevolgen zijn niet alleen te merken in het gebied van de Stille Oceaan, maar ook daarbuiten. Er wordt wel gezegd dat El Niño ook in Europa het weer beïnvloedt, maar dit blijkt slechts soms een klein beetje het geval te zijn.
Wanneer El Niño weer terugkomt, zullen de Peruaanse vissers het als eerste merken. Daarna komen ook in andere delen van de wereld veranderingen in het weer op, die waarschijnlijk aan El Niño liggen. Hieronder staan enkele voorbeelden waarvan men zegt dat El Niño er mee te maken heeft.
3.2 Zuid-Amerika
Aan de westkust van Zuid-Amerika en vooral voor de kust van Peru wordt veel ansjovis gevangen. Deze vis komt daar veel voor. Door de stijging van de watertemperatuur gaat de ansjovis weg naar plaatsen met een lagere watertemperatuur, waardoor de Peruaanse vissers bijna niets meer vangen. De vis is een belangrijke inkomstenbron, waardoor de vissers tijdens een El Niño bijna geen inkomen meer hebben.
Peru krijgt ook nog extra regen in de hele periode dat El Niño actief is. Hierdoor is er een nieuw meer (La Niña) ontstaan in het noorden van Peru.
3.3 Afrika
De belangrijkste verandering in Afrika die moet komen door El Niño, is de grote hoeveelheid neerslag die er op bepaalde plaatsen valt. Deze extra neerslag valt met name in Kenia, waar de korte regentijd veel sterker is en langer duurt. Doordat het water niet kan wegzakken, ontstaan complete meren en staan de wegen blank. Ook overstromen er rivieren, daardoor worden er huizen langs de oevers vernielt.
3.4 Azië
De bosbranden van september 1997 in Indonesië. Deze bosbranden zijn ontstaan doordat boeren stukjes bos wilden platbran-den om de aarde vruchtbaar te maken. Normaal begint de natte moesson in oktober en worden de brandjes vanzelf geblust, maar nu kwam de moesson een maand later, in november, en ontwikkelden de bosbranden zich tot een internationale ramp.
3.5 Europa
In Europa zijn de gevolgen van El Niño eigenlijk niet kenbaar. O.a Nederland had in 1997 een zeer warme zomer en een volgende zachte winter. Ook dit werd mede toegeschreven aan El Niño.
3.6 Australië
In het noord-oosten van Australië wordt veel extensieve veeteelt beoefend. Normaal begint het in december na een droge periode te regenen, maar door El Niño kan de droogte wel een paar weken langer duren en is de kans groot dat alles verdroogt of dat er branden uitbreken. De runderen hebben niets meer te eten en worden steeds zwakker. De boeren moeten dan runderen verkopen, om te voorkomen dat ze allemaal door de honger doodgaan
4.Voorkomen/Voorspellen
El niño zal in de toekomst niet te voorkomen zijn, omdat het een natuur-verschijnsel is dat niet te voorkomen is door toedoen van de natuur maar het is wel te voorspellen. Vissers merken het al en het gebeurt zo tussen de 3 tot 5 jaar.
4.2 De droom van Walker: seizoensverwachtingen
Met de verwachtingen van El Niño zijn seizoensverwachtingen voor het weer mogelijk, vanwege de wereldwijde invloeden op het weer. Seizoensverwachtingen zijn mogelijk omdat het weer in de wereld voor een deel door de zeewatertemperatuur wordt bepaald. De temperatuur van de andere oceanen is ook van belang. Het is de combinatie van meer begrip, meer regelmatige metingen en het gebruiken van zo?n realistisch mogelijke modellen van El Niño die er voor gezorgd hebben dat in 1997/98 seizoensverwachtingen algemeen beschikbaar waren.
De voorspelbaarheid is wel beperkt voor veel gebieden, waaronder Nederland. De seizoensverwachtingen voor gebieden ergens anders in de wereld zijn misschien wel net zo belangrijk als seizoensverwachtingen voor Nederland zelf.
5. Conclusie
De rampen waarvan men zegt dat ze door El Niño komen, zijn in de meeste gevallen wel veroorzaakt door El Niño maar in Nederland is de kans maar heel klein dat El Niño iets met het weer te maken heeft, dus eigenlijk niet in gebieden ver buiten de Stille Oceaan omdat het effect soms erg klein is, en/of moeilijk aan te tonen is.
De effecten rondom de Stille Oceaan zijn goed waarneembaar en hebben duidelijk hun oorzaak bij El Niño. El Niño is dus eigenlijk een begin van het samen komen van zee- en luchtstromen die met elkaar in botsing komen.
Begrippenlijst
Natuurramp = Ramp door de natuur veroorzaakt.
Internationale Ramp = Ramp waarbij meerdere landen bij zijn betrokken.
Extensieve Veeteelt = Manier van veeteelt bedrijven waarbij weinig arbeid en kapitaal worden gebruikt, maar wel veel grond
Moesson = Wisselende wind.
Bronnen
-Internet
http://www.knmi.nl/voorl/nader/klim/enso.html
http://www.ecologiebibliotheek.nl/el_nino.htm
http://www.knmi.nl
-KNMI
G. Burgers, 1997: het jaar van El Niño.
-Encarta ?99