Werkstuk: Dossier de zintuigen
? bouw van het oog :
? Bescherming van het oog: Uitwendig:
Zie p. 4 in WB.
? Inwendige bouw van het oog :
- Disectie van het oog : p. 6-7
- Delen van het oog : p. 5
- Functies :
1. Hoornvlies: het vormt een doorzichtig koepeltje op de oogbol -> bescherming
2. Hard oogvlies: buitenste, witte, taaie vlies -> stevigheid
3. vaatvlies: bevat vele bloedvaten, nodig voor aanvoeren van voedingstoffen & zuurstofgas , en afvoeren van afvalstoffen
4. netvlies: bevat lichtgevoelige cellen, kegeltjes: waarnemen van kleuren , staafjes: waarnemen van licht & donker
5. gele vlek: bevat alleen kegeltjes -> nodig voor kleur te waarnemen
6. blinde vlek: bevat geen lichtgevoelige cellen -> ongevoelig voor lichtprikkels
7. oogzenuw: stuurt impulsen opgevangen in het netvlies door naar de hersenen
8. voorste & achterste oogkamer: gevuld met vocht -> behouden v.d vorm v.d oogbol
9. lens: lichtbreking : nodig voor het vorman van een scherp beeld op het netvlies
10. straallichaam: helpt bij het scherpstellen van het beeld door het afplatten en boller maken van de oogbol
11. iris: zorgt ervoor dat de pupil niet teveel licht doorlaat (groter - kleiner )
12. pupil: laat licht door ( gaat voor een stuk het licht breken)
13. glasachtig lichaam: vormt het oog ( stevigheid ? opvulling )
14. oogspier : zorgt voor de beweging van het oog (alle richtingen) rechte & schuine spier.
Even toetsen: p. 5
3. afwijking waardoor je weinig pigmenten( zorgt voor kleur) hebt -> lichte irissen
4. stevigheid van de oogbol (bescherming)
5. aanvoeren van zuurstofgas en voedingstoffen en afvoeren van afvalstoffen
6. zorgt ervoor dat het licht van de oogbol niet weerkaatst
7. staafjes en kegeltjes
8. het centraal gelegen groefje in de gele vlek. Kegeltjes
? wat wordt er van je verwacht? HB p. 11
3. afvoeren van stofdeeltjes, bevat ook bacterie dodende enzymen
6. zenuwen verlaten daar het oog naar de hersenen, kan geen beeld gevormd worden (geen lichtgevoelige cellen)
? Werking van het oog:
? Werking van het oog : p. 11
1. zo wordt de kat of de muis (ligt eraan welk oog je bedekt) op de blinde vlek geprojecteerd. Dat bevat geen staafjes of kegeltjes, dus je ziet het niet.
2. als we langzaam draaien dan hebben de hersenen de tijd om alle beelden te verwerken en als we snel draaien niet dus worden de beelden aan 1 stuk door geprojecteerd
3. omdat er dan weinig lichtinval is en zo kunnen de kegeltjes niet volledig werken en zo zie je amper of geen kleuren.
4. roofdieren: voordeel: beter localiseren
nadeel: stereoscopisch
prooidieren: voordeel: 1 ogigzicht
nadeel: meestal bijziend
5.
6. ( ze zijn bijziend) met een fototoestel
7. fototoestel, lensverschuiving
8. facetoog , moza?kbeeld
9. een enkelvoudig oog , waarmee ze alleen lichtverschillen zien. Insecten, watervlooien
10. een 3de doorzichtig ooglid, bij vogels. (vergelijken bij zonnebril)
Wat wordt er van je verwacht?: HB p 15
3.Zie trefwoordenlijst
4.C,B,A: Eerst zal de lens helemaal krom trekken om het beeld te
vergroten. Dan gaat de lens ontspannen (gewone houding) om een
totaalbeeld te verkrijgen.Ten slotte de lens helemaal plat worden
om het insect te laten opvallen tussen al die andere beelden.
5.Hij heeft een verminderd dieptezicht waardoor hij de afstand van
de andere auto moeilijk kan inschatten.
6.De pupillen worden kleiner om de lichtinval te beperken. In de
minder verlichte badkamer ga je de kleur moeilijk kunnen
waarnemen omdat de kegeltjes niet voldoende belicht zijn.
7.NIET ZEKER NAKIJKEN! Anders ga je je ogen te veel vermoeien.
8.Omdat de gele vlek zich achteraan in de oogbol bevindt, heb je
alleen voor je oog een goed kleurenzicht. Aan de zijkant van je
oogbol zijn er niet genoeg kegeltjes aanwezig om de kleuren van
opzij waar te nemen.
Wat wordt er van je verwacht?: HB p 27
-vormen van een scherp beeld voor het netvlies, oog te diep of ooglens te bol , negatieve lenzen of contactlenzen
- vormen van een scherp beeld achter het netvlies , oogbol te ondiep of ooglens niet bol genoeg, positieve lenzen of contactlenzen
- mijn = 12 cm
- voor mensen die voor ouderdomsverziendheid een bril droeg moet nu een bifocale bril dragen, bovenste deel van de lens -> verkijken, onderste deel van de lens -> als leesbril
- hoornvlies ongelijkmatig gebogen -> laserstralen, cilindrisch , geslepen brillenglazen
- zodat ze het lui oog zo snel mogelijk kunnen verhelpen op een makkelijke manier
- 1 of meer soorten kegeltjes werken niet of minder goed -> bepaalde kleuren worden niet juist gezien
Even toetsen: p 21
1. bifocale bril: bovenste deel om ver te zien, onderste om te lezen.
Multifocale bril: geleidelijke overgang (bv. Leesbril)
5. lassen , chemie (bij chemische stoffen)
7. oogdruk ? beschadigen van de oogzenuw
8.Afwijking door een stoornis in de stofwisseling van de ooglens vermindert haar helderheid en vertroebelt ze meer en meer, vervanging van de defecte ooglens
9. Negatieve invloed op het werkcomfort
- Werking van het oor:
-Prikkel Geluid? :
- trillingen geproduceerd door een geluidsbron en getransporteerd door een middenstof.
- Delen van het oor: p 23
- functies van de delen van het oor:
? oorschelp: opvangen van geluidstrillingen
? gehoorgang: geleiden van geluidstrillingen naar trommelvlies
? haartjes: vuiltjes buitenhouden, bescherming
? smeerklieren: produceren van oorsmeer , nodig voor het soepel houden van de trommelvlies
? trommelvlies: door resonantie opvangen en doorgeven van geluidstrillingen aan het middenoor
? aambeeld:
? hamer : gehoorsbeentjes, doorgeven en versterken van geluidstrillingen
? stijgbeugel:
? ovale & ronde venster: het ronde zal uitpuilen als het ovale doorstijgbeugel ingedrukt wordt (niet samendrukbaar).
? halfcirkelvormige kanalen: waarnemen van dynamisch evenwicht.
? voorhofblaasjes:waarnemen van statisch evenwicht.
? slakkenhuis: orgaan waar wij geluid gaan waarnemen, opvangen van geluidstrillingen en omzetten in impulsen.
? buis van Eustachius: gelijkmaken van de druk in het uitwendig oor en het midden oor.
? Gehoorszenuw: doorsturen van impulsen uit het slakkenhuis naar de hersenen
? Evenwichtszin: gaan impulsen vanuit de voorhofblaasjes & de halfcirkelvormige kanaaltjes naar de hersenen.
*Even toetsen: p 23:
2. geluidsbron: geluid ontstaat door het trillen van een voorwerp
middenstof: stof die prikkels geleiden
resonantie: overdragen van een trilling op een ander lichaam
5. geluidstrillingen brengen trommelvlies in beweging -> de geluidsbeentjes geleiden & versterken de trilling -> de stijgbeugel brengt het ovale venster in beweging en het ronde venster beweegt mee -> de vloeistof in het slakkenhuis gaat mee bewegen en doet het orgaan van Corthi de prikkels opvangen de receptoren zetten de prikkels om in impulsen -> gaan via gehoorszenuw naar de hersenen
6. dolfijnen produceren geluid dat erg ver door water gaat
7. het inwendig oor is gevuld met een vloeistof, vloeistoffen zijn nauwelijks samendrukbaar. Opdat de vloeistof zou bewegen moet als het ovale venster ingedrukt wordt , het ronde venster uitpuilen.
8. om de druk in het middenoor met de buitendruk door middel van de buis van Eustachius
9. zintuigcellen gaan geprikkeld worden door de beweging van het basaal membraan de hoogte & sterkte van de toon bepalen welk deel van het orgaan van Corthi geprikkeld zal worden en impulsen gaan via de gehoorszenuw naar de hersenen.
Even toetsen : p 28 in wb
2. statisch evenwicht : evenwicht bij stilstand
dynamisch evenwicht: evenwicht bij beweging
5. .Bij discotheken, luchthavens en lawaaierige werken.
6. Bij gebruik van oordoppen e.d
Wat wordt er van jou verwacht: hb p 35:
4.Het orgaan van Corti
5.Het geluid van een hondenfluitje bestaat uit meer dan 15000
trillingen, en een persoon van 35 kan maar 15000 trillingen horen.
6.Door de druk kan het trommelvlies gaan scheuren.
wat wordt er van je verwacht?: hb p 39:
5.Door dat je geen beelden ziet heb je niet het gevoel dat je valt,
omdat je in een hangmat ligt past het lichaam zich aan het
bewegen aan.
1. de bouw : wb p 34
de rest was niet op de prent aan te duiden
2. de functies:
1. tastlichaampje: lichaampjes die gevoelig zijn voor aanraking
2. druklichaampje: lichaampjes waarmee we drukverschillen waarnemen
3. vrije zenuwuiteinden: gevoelig voor warmte , koude, pijn
4. huidzenuw: impulsen van de tastzintuigen doorsturen naar de hersenen
5. opperhuid: bovenste laag van de huid, bevat hoornlaag & kiemlaag beschermen & vernieuwen van de huid
6. lederhuid: ligt onder opperhuid, bevat receptoren van de huid, prikkels waarnemen
7. onderhuid: onderste laag, bevat vetcellen, bloedvaten, zenuwen
8. hoornlaag: bestaat uit verhorende cellen, bescherming
9. kiemlaag: aanmaak van nieuwe cellen
10. pigmentcel: vormt pigmentkorrels o.i.v het zonlicht, bescherming tegen schadelijke UV-stralen
11. haarschacht:deel van het haar, warmte-isolerend
12. haarpapil: haar groeit vanuit de haarpapil
13. talgklier: maakt talg aan, soepel houden van de huid, vormt zuurlaagje ->bescherming tegen bacteri?n
14. spiertje: beweging van het haartje, rechtstaan (koud, kippenvel)
15. zweetklier: produceert zweet , excretie & afkoeling
16. zweetporie: langshier verlaat zweet de huid
17. haarvaten: aanvoeren van zuurstofgas & voedingsstoffen en afvoeren van afvoeren van afvalstoffen
18. bindweefsel: opvulling en houdt alle orgaantjes (weefsel) bij elkaar
19. vetcellen: warmte isolerend, bevat reserve-energie
even toetsen : p 34
1.
3. de wimpers , meer vrije zenuwuiteinden
4.-de warmtezintuigen passen zich aan , aan de omgeving, niet echt betrouwbaar
- verdoofde zenuwcellen/ zenuwuiteinden
Wat wordt er van je verwacht? : hb p 45
1. handpalm: handrug:
-stevig verbonden -losjes verbonden met
met bindweefsel bindweefsel
-veel zweetklieren -weinig zweetklieren
2.Opperhuid,lederhuid,onderhuid.Functies:zie functies
3.Een betere tastzin
4.De pigmentcellen reageren op de schadelijke UV-straling door een
bruine, beschermende laag aan te brengen.
5.De haren tegen de haargroeirichting in duwen.
6.Als een haarpapil mee wordt uitgetrokken.
7.Een opstopping van de talgkliertjes (huidaandoening)
-puistjes die door chemische omzetting zwart worden.
8.huidkanker,brandwonden, en andere.
Wat wordt er van je verwacht?: HB p 51
1-rode kleur, voelt warm aan warmte
bloedvaten zetten uit
2. -witte kleur, voelt koud aan koude
bloedvaten vernauwen
3.Door altijd dezelfde huid te belasten, dit kan verholpen worden als
het verplegend personeel de pati?nt tussendoor anders legt.
4.De tastlichaampjes liggen dichter bij elkaar in de vingertoppen. Ze
voelen de trillingen via de grond en kunnen zo da afstand ?voelen.?
5.Een vluchtreflex die altijd van de pijn weg zal trekken.
waarnemen van chemische prikkels : feromonen
= chemische lokstof
1.4.1 De neus:
* De neus: de bouw: zie p 53 in HB
? Neus: functies:
1. ruiken: reukkegel met reukharen in het reukslijmvlies (bovenste neusschelp)
2. bevochtigen van lucht: slijmlaag op neusslijmvlies
3. zuiveren, tegenhouden van stofdeeltjes: haartjes en neusslijm
4. verwarmen van de lucht: bloedvaatjes
even toetsen : p 37 in wb
2.Bij gas, ammoniak en chloor
3.Soms reuk je iets (opvangen) en kunnen je hersenen het niet thuis
brengen.(herkennen)
6. -Verwarmen van de lucht: Het neusslijmvlies en de haarvaten
-Vochtig maken van de lucht: Het neusslijmvlies
-Filteren van de lucht: Neusslijmvlies+ de haartjes in de neus.
wat wordt er van je verwacht? Hb p 55
3.Van op afstand ruiken en geleidelijk aan dichterbij komen, de
eventuele brandende geur is dan verzwakt.
4. herkennen: leeuwen
prooi vinden: katten
gebied afbakenen: leeuwen
partner vinden: honden
verdediging: civetkat
jongen zogen: varkens
1.4.2 De tong:
*Tong -> papillen:
tongwortel
omwalde papillen
bladvormige papillen
paddenstoelvormige papillen
draadvormige papillen (tastzintuig)
? Tong -> smaakzones:
Even toetsen p 40:
1.Zie dossier
2.Paddestoelvormige, bladvormige en omwalde papillen.
Tongpunt zijkant V-vorm voor
En rand de tongwortel
4.De sappen komen dan vrij en kunnen dan beter opgenomen
worden.
5. -Ogen: De mens weet instinctief van bepaalde dingen dat hij
het niet mag eten, gewoon door het te zien.
-Neus:het instinct van de mens kan aan de geur van iets zeggen of het eetbaar is of niet.
6.Een knikker, een blokje of steentje, je kan het met je tong allemaal
onderscheiden door met je tong te voelen.
7.Het brood slorpt een deel van de alcohol op zodat de wijnproevers
niet dronken worden, en het verwijdert de vorige smaak zodat je
de smaak van de volgende wijn beter proeft.
Wat wordt er van je verwacht?: hb p 59
2.Zie: de smaakzones
3.Door een lokstof gaan de smaken zich naar de receptoren begeven
die dan de prikkel als een impuls naar de hersenen zendt.
4.Smaken door te eten bijvoorbeeld
Tasten door een knikker in je mond te voelen
5.zout, suiker, peper, citroen, e.d
6.-Als je bij cola niet genoeg suiker doet is hij veel te zuur. Dit zuur
kan zelfs ijzerroest oplossen.
-Spaghettisaus is veel lekkerder met veel kruiden.