Werkstuk: De Aarde, wat een Planeet
1.Verschil tussen dag en nacht.
Omdat de zon maar 1 helft van de aarde kan beschijnen,is het op de ene helft dag en de andere helft nacht.
Omdat de aarde 24 uur per dag om haar as draait,komt bijna elk deel van de aarde in het licht (dag) en donker (nacht).
Doordat de aarde draait,begint de dag niet overal op hetzelfde moment.
Als in Europa de zon schijnt is het in Amerika nog donker.
Daardoor is er een tijdsverschil tussen Europa en Amerika.
De tijd van een plaats wordt berekend met behulp van de zonnestand.
Als de zon midden op de dag hoog aan de hemel staat,is het 12 uur.
De aarde is verdeeld in meridianen.
Elke meridiaan heeft een andere tijd.
Dat is lastig,daarom is de aarde is 15 tijdzones verdeeld (360 graden van de evenaar gedeeld door 24 uur).
Ze verschillen steeds een uur in tijd.
Als wij middagpauze hebben,zitten ze in New York aan het ontbijt en in Japan gaan ze naar bed.
De grens tussen dag en nacht is niet gelijk met de aardas.
In juni blijft het op de Noordpool 24 uur lang licht en op de Zuidpool 24 uur donker.
In december is dat omgekeerd.
2.Verschil tussen Noorder en Zuiderbreedte
Doordat de aarde bol is,is het moeilijk om je plaats te bepalen.
Daarvoor heb je een vast punt nodig.
De aarde is een draaiende bol.
Het lijkt alsof er een grote stok doorheen is gestoken.Dat is de draaias.
De bovenkant van de as heet de Noordpool en de onderkant de Zuidpool.
Als je de aarde tussen die 2 polen in 2 helften snijd,zie je een cirkel:
Dat is de evenaar.
De evenaar verdeeld de aarde in 2 halfronden:het noordelijke en zuidelijk halfrond.
Op elk half rond verdelen we de afstand tussen de pool en de evenaar in 90 gelijke stukken.
Elk stuk heet 1 graad.
Bij de evenaar zetten we o graden.
Bij de polen zetten we 90 graden.
Op elke breedte graad kun je een breedte cirkel trekken.Al die cirkels lopen evenwijdig aan de evenaar.
Daarom heten de breedte cirkels ook wel parallellen.
Met die breedte graden kunnen we meten hoe ver een plaats van de evenaar ligt.
De afstand van een plaats tot de evenaar heet de breedte.
Zo wordt de aarde verdeeld in Noorder en Zuiderbreedte.
Onder de evenaar Zuiderbreedte,boven de evenaar Noorderbreedte.
3.Verschil tussen zomer en winter
De aarde draait in een baan om de zon.Bij het volgen van de baan ligt de aarde scheef.
De aardas maakt een hoek van 66 ? graden met de aardbaan.
Die schuine stand heeft grote gevolgen.
Hij zorgt er voor dat de zon niet het hele jaar door even hoog aan de hemel staat.
?s Winters staat de zon laag en ?s zomers staat hij hoog.
Die schuine stand zorgt voor de verschillen tussen seizoenen.
Op dit plaatje zie je hoe de zon ten opzichte van de aarde staat in de zomer en winter:
Omdat de zon maar 1 helft van de aarde kan beschijnen,is het op de ene helft dag en de andere helft nacht.
Omdat de aarde 24 uur per dag om haar as draait,komt bijna elk deel van de aarde in het licht (dag) en donker (nacht).
Doordat de aarde draait,begint de dag niet overal op hetzelfde moment.
Als in Europa de zon schijnt is het in Amerika nog donker.
Daardoor is er een tijdsverschil tussen Europa en Amerika.
De tijd van een plaats wordt berekend met behulp van de zonnestand.
Als de zon midden op de dag hoog aan de hemel staat,is het 12 uur.
De aarde is verdeeld in meridianen.
Elke meridiaan heeft een andere tijd.
Dat is lastig,daarom is de aarde is 15 tijdzones verdeeld (360 graden van de evenaar gedeeld door 24 uur).
Ze verschillen steeds een uur in tijd.
Als wij middagpauze hebben,zitten ze in New York aan het ontbijt en in Japan gaan ze naar bed.
De grens tussen dag en nacht is niet gelijk met de aardas.
In juni blijft het op de Noordpool 24 uur lang licht en op de Zuidpool 24 uur donker.
In december is dat omgekeerd.
2.Verschil tussen Noorder en Zuiderbreedte
Doordat de aarde bol is,is het moeilijk om je plaats te bepalen.
Daarvoor heb je een vast punt nodig.
De aarde is een draaiende bol.
Het lijkt alsof er een grote stok doorheen is gestoken.Dat is de draaias.
De bovenkant van de as heet de Noordpool en de onderkant de Zuidpool.
Als je de aarde tussen die 2 polen in 2 helften snijd,zie je een cirkel:
Dat is de evenaar.
De evenaar verdeeld de aarde in 2 halfronden:het noordelijke en zuidelijk halfrond.
Op elk half rond verdelen we de afstand tussen de pool en de evenaar in 90 gelijke stukken.
Elk stuk heet 1 graad.
Bij de evenaar zetten we o graden.
Bij de polen zetten we 90 graden.
Op elke breedte graad kun je een breedte cirkel trekken.Al die cirkels lopen evenwijdig aan de evenaar.
Daarom heten de breedte cirkels ook wel parallellen.
Met die breedte graden kunnen we meten hoe ver een plaats van de evenaar ligt.
De afstand van een plaats tot de evenaar heet de breedte.
Zo wordt de aarde verdeeld in Noorder en Zuiderbreedte.
Onder de evenaar Zuiderbreedte,boven de evenaar Noorderbreedte.
3.Verschil tussen zomer en winter
De aarde draait in een baan om de zon.Bij het volgen van de baan ligt de aarde scheef.
De aardas maakt een hoek van 66 ? graden met de aardbaan.
Die schuine stand heeft grote gevolgen.
Hij zorgt er voor dat de zon niet het hele jaar door even hoog aan de hemel staat.
?s Winters staat de zon laag en ?s zomers staat hij hoog.
Die schuine stand zorgt voor de verschillen tussen seizoenen.
Op dit plaatje zie je hoe de zon ten opzichte van de aarde staat in de zomer en winter: