Werkstuk: Cuba vs Spanje
Cuba v/s Spanje
Vanaf 1895 woedde er een burger oorlog in Cuba tegen de Spaanse overheersing. Aanleiding voor deze oorlog was het wanbeleid van Spanje dat hoge belastingen hief tegen de Cubaanse bevolking. De Cubaanse opstandelingen vernietigden alle suikerplantages om het eiland waardeloos voor de Spanjaarden te maken.
Om de opstand te onderdrukken voerde de Spaanse generaal Weyler het
“Recontrados-beleid” ? dit hield in dat de bevolking in steden of in kleine dorpen bij??n in concentratie kampen werd gebracht en werd niet van voedel voorzien.
De Cubaanse burgeroorlog tastte de Amerikaanse economie en wekte emotionele sentimenten op in de Verenigde Staten, door middel van een Amerikaanse krant die de wandaden van Spanje die in Cuba gebeurde vermelde.
Volgens die krant was de situatie in Havana verschrikelijk, want de Cubanen liepen als ware levende skeletten rond. Het Rode Kruis vermelde 425.000 Cubanen die van honger stierven en bovendien waren er 200.000 die op het sterf-bed lagen . De rest van de bevolking hadden geen kleren en liepen in vodden rond.
Daarnaast waren voor de Amerikanen 3 alternatieve argumenten om in Cuba te intevinieren;
• de amerikaanse handel in Cuba leed schade
• het leven voor de amerikaanse burgers die in Cuba woonden werd gevaarlijk, toen hun grondgebieden vernietigd werden tijdens de stijd tussen de Spaanse militairen en de Cubaanse opstandelingen.
• een eind maken aan de wreedheden en bloedvergieting.
Door de druk van de amerikaanse bevolking, diende president Mc. Kenley een verzoek in bij de Spaanse regering om de concentratie kampen af te schaffen, minder terreur op de Cubaanse bevolking uitoefenen en als enige oplossing het beste om Cuba “los” te laten. Bovendien stuurde president Mc. Kenley op 11 april 1898 een boodschap naar de Spaanse congres om de burger-oorlog te eindigen in naam van de humaniteit.
Aan de andere kant werd aan de Cubaanse rebellen een wapenstilstand
aangeboden.
Spanje op z’n beurt voldeed aan de eisen van de Verenigde Staten om verdere conflicten te voorkomen, maar gaf Cuba z’n vrijheid niet.
Interventie
De roep om een humanitaire interventie werd sterker aangewakkerd bij de Amerikaanse regering toen hun slagschip “The Main” op 15 february door een explosie zonk in de haven van Havana, waarvan Spanje de schuld kreeg. Vanaf die datum verslechterde de relatie tussen Verenigde Staten en Spanje.
Dit was dus eingelijk de oorzaak van de Spaans-Amerikaanse oorlog die op 21 april 1898 uitbrak. De Verenigde Staten verklaarde oorlog aan Spanje niet om humanitaire redenen, maar omdat de ontploffing van “The Maine” op een oorlogs-actie leek.
De oorlog duurde 5 maanden en eindigde met een wapenstilstand. Het is de V.S. gelukt om Cuba zijn vrijheid te geven.
Maar de situatie in Cuba bleef hopeloos. Inplaats dat de Cubanen aan de wederopbouw van hun land begon, waren ze gedemolariseerd en ongemotiveerd. Na de oorlog bleef er voedsel schaarste heersen, bovedien waren er veel rovers en bandieten die over het hele land trokken die het volk terroriseerde.
Vanaf 1895 woedde er een burger oorlog in Cuba tegen de Spaanse overheersing. Aanleiding voor deze oorlog was het wanbeleid van Spanje dat hoge belastingen hief tegen de Cubaanse bevolking. De Cubaanse opstandelingen vernietigden alle suikerplantages om het eiland waardeloos voor de Spanjaarden te maken.
Om de opstand te onderdrukken voerde de Spaanse generaal Weyler het
“Recontrados-beleid” ? dit hield in dat de bevolking in steden of in kleine dorpen bij??n in concentratie kampen werd gebracht en werd niet van voedel voorzien.
De Cubaanse burgeroorlog tastte de Amerikaanse economie en wekte emotionele sentimenten op in de Verenigde Staten, door middel van een Amerikaanse krant die de wandaden van Spanje die in Cuba gebeurde vermelde.
Volgens die krant was de situatie in Havana verschrikelijk, want de Cubanen liepen als ware levende skeletten rond. Het Rode Kruis vermelde 425.000 Cubanen die van honger stierven en bovendien waren er 200.000 die op het sterf-bed lagen . De rest van de bevolking hadden geen kleren en liepen in vodden rond.
Daarnaast waren voor de Amerikanen 3 alternatieve argumenten om in Cuba te intevinieren;
• de amerikaanse handel in Cuba leed schade
• het leven voor de amerikaanse burgers die in Cuba woonden werd gevaarlijk, toen hun grondgebieden vernietigd werden tijdens de stijd tussen de Spaanse militairen en de Cubaanse opstandelingen.
• een eind maken aan de wreedheden en bloedvergieting.
Door de druk van de amerikaanse bevolking, diende president Mc. Kenley een verzoek in bij de Spaanse regering om de concentratie kampen af te schaffen, minder terreur op de Cubaanse bevolking uitoefenen en als enige oplossing het beste om Cuba “los” te laten. Bovendien stuurde president Mc. Kenley op 11 april 1898 een boodschap naar de Spaanse congres om de burger-oorlog te eindigen in naam van de humaniteit.
Aan de andere kant werd aan de Cubaanse rebellen een wapenstilstand
aangeboden.
Spanje op z’n beurt voldeed aan de eisen van de Verenigde Staten om verdere conflicten te voorkomen, maar gaf Cuba z’n vrijheid niet.
Interventie
De roep om een humanitaire interventie werd sterker aangewakkerd bij de Amerikaanse regering toen hun slagschip “The Main” op 15 february door een explosie zonk in de haven van Havana, waarvan Spanje de schuld kreeg. Vanaf die datum verslechterde de relatie tussen Verenigde Staten en Spanje.
Dit was dus eingelijk de oorzaak van de Spaans-Amerikaanse oorlog die op 21 april 1898 uitbrak. De Verenigde Staten verklaarde oorlog aan Spanje niet om humanitaire redenen, maar omdat de ontploffing van “The Maine” op een oorlogs-actie leek.
De oorlog duurde 5 maanden en eindigde met een wapenstilstand. Het is de V.S. gelukt om Cuba zijn vrijheid te geven.
Maar de situatie in Cuba bleef hopeloos. Inplaats dat de Cubanen aan de wederopbouw van hun land begon, waren ze gedemolariseerd en ongemotiveerd. Na de oorlog bleef er voedsel schaarste heersen, bovedien waren er veel rovers en bandieten die over het hele land trokken die het volk terroriseerde.