Werkstuk: Cholesterol, en de gevolgen ervan
Cholesterol, en de gevolgen ervan
Ik doe dit werkstuk over cholesterol, omdat ik dit een interessant onderwerp vind wat eigenlijk met iedereen te maken heeft. Vooral in een land vol welvaart waar mensen kunnen eten wat ze maar willen, bijvoorbeeld in Amerika. Vet eten heeft er allemaal mee te maken.
Ik hoop dat dit een goed werkstuk is waar andere mensen veel van kunnen leren!
Wat is cholesterol?
De meeste mensen zullen van het begrip 'cholesterol' al wel eens hebben gehoord. Zo is een bekend fabeltje dat je vooral een verhoogd cholesterolgehalte krijgt door het eten van eieren. Een ei bevat weliswaar veel cholesterol, maar het eten van veel verzadigde vetten heeft veel meer invloed op het cholesterolgehalte. Een paar keer per week een eitje kan dus geen kwaad. Men moet er echter wel rekening mee houden dat in veel producten eieren verwerkt zijn (bijv. cake, mayonaise).
Twee soorten cholesterol
Cholesterol is een vetachtige stof die door de lever zelf wordt aangemaakt en daarnaast door het lichaam wordt opgenomen uit voedsel. Vaak wordt gesproken over twee soorten cholesterol: 'het goede' en 'het slechte'. De goede soort is HDL-cholesterol. Deze verwijdert het teveel aan cholesterol uit het bloed en de vaatwanden. De slechte cholesterolsoort noemt men LDL-cholesterol. Deze soort kan zich ophopen aan de binnenkant van de bloedvaten, waardoor uiteindelijk hart- en vaatziekten kunnen ontstaan. Wanneer men spreekt over een verhoogd cholesterolgehalte wordt meestal het LDL-cholesterol bedoeld.
Cholesterol heb je nodig…
Zonder cholesterol kan de mens niet leven, omdat het lichaam cholesterol nodig heeft voor de opbouw van bepaalde lichaamscellen, hormonen en voor de spijsvertering. Maar een teveel aan LDL-cholesterol in het bloed is juist weer slecht voor de gezondheid. Het teveel aan cholesterol kan zich ophopen in de wanden van de bloedvaten, waardoor deze dichtslibben. Hierdoor kunnen uiteindelijk hart- en vaatziekten ontstaan.
Cholesterol en vet in de voeding
We eten nog altijd te veel vet. Bovendien is de keuze uit vetsoorten belangrijk. Onverzadigde vetten zijn gunstiger voor het lichaam dan verzadigde. De gemiddelde Nederlander eet ongeveer 90 gram vet per dag. Dit is te veel. We zouden gemiddeld aan ongeveer 80 gram per dag voldoende hebben. Het is dus belangrijk om de totale hoeveelheid vet in de voeding te verminderen. We kunnen echter niet buiten vet. Met vet krijgen we belangrijke voedingsstoffen binnen zoals in vetoplosbare vitamines (vitamine A,D,E en K) en vetzuren die het lichaam niet zelf kan maken (o.a. linolzuur).
Waar zit vet in?
Vet krijgen we binnen met vlees, vleeswaren, vetten en olien, hartige sauzen en melk- en melkproducten. Maar vergeet ook het 'verborgen vet' niet. Hiermee bedoelen we het vet in koekjes, gebak, noten, zaden en allerlei snacks. Als je het vet in alle tussendoortjes op een dag bij elkaar zou optellen, zou u wel eens kunnen schrikken hoeveel vet je daarmee binnenkrijgt.
Onverzadigd vet is gunstiger
Behalve de totale hoeveelheid vet in de voeding is ook de vetsoort belangrijk. Inmiddels is in de media veel aandacht besteed aan de onverzadigd vet, vet bestaande uit onverzadigde vetzuren. Deze zijn gunstiger voor het lichaam, omdat ze het cholesterolgehalte in het bloed verlagen. Maar wat zijn nu eigenlijk onverzadigde vetzuren?
De verdeling verzadigde en onverzadigde vetzuren heeft te maken met de scheikundige formule van de vetsoorten. Onverzadigde vetzuren komen vooral voor in plantaardige oli?n, dieetmargarines, vette vissoorten en noten. Verzadigde vetten zitten vooral in vet vlees, volvette kaas, roomboter, bak- en braadvet, frituurvet en slagroom. Ook het vet in koek, gebak, chips en chocolade is voornamelijk verzadigd vet.
Het lichaam heeft cholesterol nodig voor het zenuwstelsel en voor het aanmaken van bepaalde hormonen. Produkten die veel cholesterol bevatten, zijn eidooier, garnalen, roomboter, slagroom en orgaanvlees. Een te hoog cholesterolgehalte in het bloed komt niet zozeer door het eten van veel cholesterol, maar meer door het eten van te veel vet, vooral verzadigd vet. Om het cholesterolgehalte van het bloed te be?nvloeden is het dus belangrijker te letten op de hoeveelheid verzadigd vet in de voeding. Een cholesterolrijk produkt op het menu kan dus best af en toe.
Minder vet, maar hoe?
Om de totale hoeveelheid vet in de voeding omlaag te brengen, is het beter te kiezen voor minder vette produkten, dus bijvoorbeeld magere vleessoorten, halfvolle of magere melk en melkprodukten en minder vette kaas. Ook vis heeft een gunstige vetsamenstelling.
Bij melk- en melkprodukten kunt u kiezen voor minder vette en magere varianten, zoals halfvolle of magere melk, karnemelk, magere yoghurt, magere kwark, halfvolle koffiemelk en slankroom. En bij kaassoorten kunt u kiezen uit 20+ en 30+ kaas. Ook zijn kaasachtige produkten te koop waarin meer onverzadigd vet zit, zoals Trenta, Becel Goud en Becel broodbeleg.
Verder zijn zogenaamde 'light'-produkten te koop. Voor vette produkten betekent dit dat er een derde minder vet inzit dan in een vergelijkbaar produkt. Light-kaas bevat bijvoorbeeld minder vet dan volvette kaas en light-chocolademelk is minder vet dan volle chocolademelk.
Margarine en halvarine
In halvarine zit de helft minder vet dan in roomboter en margarine. Als de term 'plantaardig' op de verpakking staat, zegt dit niets over de hoeveelheid onverzadigd vet. Tijdens de fabricage wordt margarine 'gehard' om te worden verpakt in een pakje. Hierdoor veranderen de vetzuren van onverzadigde naar verzadigde vetzuren. Plantaardig zegt dus niet automatisch iets over de vetsoort. Op de verpakking moet duidelijk staan dat de margarine of halvarine bestaat uit 40% of 60% onverzadigde vetzuren. Margarine en halvarine met meer dan 60% meervoudige onverzadigde vetzuren worden respectieveljk dieetmargarine en dieethalvarine genoemd. Deze produkten passen in een cholesterolverlagend dieet.
Verhoogd cholesterol en de gevolgen
Een verhoogd cholesterol gehalte van het bloed is een risicofactor voor het sneller optreden van hart- en vaatziekten. Cholesterol wordt in het bloed in bepaalde vetdeeltjes vervoerd. In deze vetbolletjes zijn naast cholesterol ook andere vetten, zoals triglyceriden, aanwezig. De diverse vetbolletjes verschillen enigszins in samenstelling en functie, en de plaats van het lichaam waar zij worden gemaakt.
Slagaderverkalking
Cholesterol is een vetachtige stof die door de lever zelf wordt aangemaakt en daarnaast door het lichaam wordt opgenomen uit voedsel. Vaak wordt gesproken over twee soorten cholesterol: 'het goede' en 'het slechte'. De goede soort is HDL-cholesterol. Deze verwijdert het teveel aan cholesterol uit het bloed en de vaatwanden. De slechte cholesterolsoort noemt men LDL-cholesterol. Deze soort kan zich ophopen aan de binnenkant van de bloedvaten, waardoor uiteindelijk hart- en vaatziekten kunnen ontstaan. Wanneer men spreekt over een verhoogd cholesterolgehalte wordt meestal het LDL-cholesterol bedoeld.
Bij het ontstaan van slagaderverkalking spelen 2 soorten vetdeeltjes een rol. De eerste soort zijn de LDL-deeltjes: deze deeltjes bevatten een grote hoeveelheid cholesterol. Wanneer zij in een overmaat aanwezig zijn, dan kunnen zij zich nestelen in de wand van grotere bloedvaten, en op deze wijze deze bloedvaten vernauwen. De LDL-bolletjes zijn dus de 'kwaaie' vetdeeltjes. Daarnaast zijn er HDL-deeltjes: deze bevatten ook wat cholesterol en zijn juist in staat om cholesterol, dat ergens is opgehoopt, weer te verwijderen. Het zijn de schoonmakers in cholesterol-land. HDL-deeltjes gaan dus slagaderverkalking tegen.
Het cholesterol-gehalte in het bloed wordt dus vooral bepaald door deze 2 deeltjes. Erfelijke aanleg, de hoeveelheid vet in de voeding, alcoholgebruik, gebruik van medicijnen, mate van lichaamsbeweging en gewicht zijn alle van invloed op het cholesterol gehalte. Bij bepaalde aandoeningen, en diabetes is er daar voorbeeld van, komt vaker een verhoogd (LDL)-cholesterol gehalte voor. Ook zijn in zo'n geval de beschermende HDL-deeltjes minder aanwezig.
Erfelijk verhoogd cholesterol
In Nederland zijn er ruim 1 miljoen mensen een veel te hoog cholesterolniveau, en een kwart van de bevolking zit boven de 6,5 mmol/l. Normaal is overigens een cholesterol gehalte van rond de 5,0 mmol/l. Voedingsgewoonten of andere ziekten als diabetes spelen vaak een rol. Slechts gemiddeld 1 op de 10 mensen met een verhoogd cholesterol heeft dat op basis van een erfelijke oorzaak.
Via laboratorium- en familieonderzoek is het mogelijk om na te gaan of er sprake is van erfelijk verhoogd cholesterol gehalte.
Wat zijn hart en vaatziekten en hoe ontstaan ze?
Hart- en vaatziekten worden veelal veroorzaakt door het dichtslibben van bloedvaten. Dat dichtslibben komt doordat LDL-cholesterol zich hecht aan de wand van het bloedvat. Deze aandoening heet atherosclerose (aderverkalking). Op de wand van de bloedvaten vormt zich dan een gele brij van vetten (onder andere cholesterol), kalkneerslag en bloedresten.
Zuurstoftekort en pijn in de hartstreek
Door de vernauwing van de bloedvaten komt er te weinig zuurstof bij de organen waar de bloedvaten naar toe lopen. Het is extra vervelend als zo'n vernauwing ontstaat in de bloedvaten die het hart van zuurstof en energie voorzien; dit zijn de kransslagaders. Als door vernauwing van de kransslagaders in het hart geleidelijk een zuurstoftekort ontstaat, geeft dit pijn in de hartstreek. Men spreekt dan van angina pectoris, ook wel hartkramp genoemd.
Sterke vernauwing: voorbode van hartinfarct
Soms neemt het zuurstoftekort in het hart in korte tijd snel in ernst toe; dat kan een voorbode zijn van een hartinfarct. In sommige gevallen kan een dotter-behandeling de vernauwing in de kransslagaders verhelpen. De vernauwde slagader wordt wijder gemaakt door hem even op te rekken met een ballonkatheter. In andere gevallen kan een by-pass operatie nodig zijn, een omleidingsoperatie waarbij een nieuw stukje ader, meestal genomen uit een beenader van de pati?nt, wordt aangelegd om een afgesloten of sterk vernauwde kransslagader kort te sluiten. Wordt een kransslagader vrij plotseling afgesloten doordat een vernauwing opeens een verstopping wordt, dan spreekt men van een hartinfarct. Het hartweefsel sterft bij gebrek aan zuurstof heel snel af, vandaar dat in zo'n situatie elke seconde telt.
Bloedpropje in vernauwing
Ook als er vernauwingen optreden in de bloedvaten naar de hersenen kan er een gevaarlijke situatie onstaan. In zo'n vernauwing kan een bloedpropje vast komen te zitten en een herseninfarct (beroerte) veroorzaken. De verstoring in de doorbloeding van het hersenweefsel heeft dan het tijdelijk of permanent uitvallen van een deel van de hersenwerking tot gevolg.
Diabetes Mellitus (suikerziekte)
Mensen met diabetes hebben een vergrote kans hart- en vaatziekten te krijgen. Bij mensen met type 2 diabetes, de vorm die op latere leeftijd ontstaat, is vaak sprake van een verlaagd HDL-cholesterolgehalte en in veel gevallen ook een verhoogd LDL-cholesterolgehalte. Het LDL-cholesterol is bij deze mensen extra schadelijk omdat het gemakkelijk in de vaatwand wordt opgenomen. Dus hoe lager het LDL-cholesterolgehalte, hoe beter! In tegenstelling tot mensen met diabetes type 1 worden de afwijkingen in het cholesterolgehalte zelden voldoende verholpen door het verlagen van een te hoog bloedglucosegehalte (bloedsuikergehalte). Vaak zijn bij deze mensen cholesterolverlagende medicijnen noodzakelijk.
.
Waar zou je op moeten letten:
Probeer gevarieerd te eten
Gebruik zo min mogelijk verzadigde vetten
Eet veel groente en fruit
Veel zetmeel en voedingsvezels (brood, aardappelen, pasta's)
Matig met suiker en zout
Zorg voor voldoende vocht (minimaal 1,5 liter per dag)
Eet tweemaal per week een portie (vette) vis
Dit lijken op het eerste gezicht misschien een hoop spelregels, maar als je bedenkt dat een verzadigd vet- en cholesterolarm menu over het algemeen al na korte tijd een daling van het cholesterolgehalte oplevert van 10 tot 15%, is het absoluut de moeite waard.
.
Leefgewoonten
Ook leefgewoonten kunnen van invloed zijn op het cholesterolgehalte. Zorg daarom voor voldoende lichaamsbeweging, wees matig met (verzadigd) vet, probeer te stoppen met roken, wees matig met alcohol en vermijd overmatige stress.
Medicijnen
Medicijnen worden meestal voorgeschreven wanneer het cholesterolgehalte na verandering van leefwijze niet voldoende daalt, of bij mensen met een erfelijk verhoogd cholesterolgehalte of mensen met een duidelijk verhoogd risico op hart- en vaatziekten, bijvoorbeeld als er sprake is van meerdere risicofactoren. In Nederland hebben zo'n 3 miljoen mensen een verhoogd cholesterolgehalte (>6,5 mmol/l). Circa 50% van deze mensen kan baat hebben bij medicijnen. Omdat men hiervan vaak niet op de hoogte is, wordt slechts 10% van hen daadwerkelijk met medicijnen behandeld.
Cholesterol en bewegen
Het is tegenwoordig trend om een gezonde levensstijl te hebben. In Amerika is het zelfs een ware hype. Maar ook in Nederland wordt men zich steeds meer bewust van de gevaren die een ongezonde levensstijl met zich meebrengen. Denk maar eens aan cholesterol. Je hoort er veel over, maar wat is het eigenlijk? Wat zijn de oorzaken en gevolgen van een te hoog cholesterol? En als je eenmaal een te hoog cholesterol hebt wat kun je daar dan aan doen?
Het cholesterolgehalte verlagen o.a. door meer te bewegen
Met gevarieerd eten en matig met vet kan het cholesterolgehalte met 10-15% worden verlaagd. Ook afvallen bij overgewicht heeft een gunstig effect op het cholesterol- gehalte in het bloed.
Regelmatig bewegen (een half uur per dag matig intensief) is goed voor de gezondheid. Matig intensief betekent bijvoorbeeld wandelen met een snelheid van ongeveer 4 - 5 km/uur of fietsen met 12-16 km/uur.
De kans op bijvoorbeeld overgewicht en suikerziekte wordt daarmee kleiner. Met name de combinatie afvallen en meer bewegen leidt tot een forse daling van het cholesterol. Beweegt u voldoende, dan daalt het totale cholesterolgehalte. Het overblijvende cholesterol is verhoudingsgewijs meer van het goede soort. Meer bewegen verhoogd het gunstige HDL-cholesterolgehalte in het bloed.
Bewegen levert voor zeer veel mensen een positieve bijdrage aan de gezondheid maar betekent wel iedere dag actief zijn. Elke dag minstens een half uur inspannen is het streven. Een verhoogde hartslag en zweetdruppels horen daarbij.
Ik doe dit werkstuk over cholesterol, omdat ik dit een interessant onderwerp vind wat eigenlijk met iedereen te maken heeft. Vooral in een land vol welvaart waar mensen kunnen eten wat ze maar willen, bijvoorbeeld in Amerika. Vet eten heeft er allemaal mee te maken.
Ik hoop dat dit een goed werkstuk is waar andere mensen veel van kunnen leren!
Wat is cholesterol?
De meeste mensen zullen van het begrip 'cholesterol' al wel eens hebben gehoord. Zo is een bekend fabeltje dat je vooral een verhoogd cholesterolgehalte krijgt door het eten van eieren. Een ei bevat weliswaar veel cholesterol, maar het eten van veel verzadigde vetten heeft veel meer invloed op het cholesterolgehalte. Een paar keer per week een eitje kan dus geen kwaad. Men moet er echter wel rekening mee houden dat in veel producten eieren verwerkt zijn (bijv. cake, mayonaise).
Twee soorten cholesterol
Cholesterol is een vetachtige stof die door de lever zelf wordt aangemaakt en daarnaast door het lichaam wordt opgenomen uit voedsel. Vaak wordt gesproken over twee soorten cholesterol: 'het goede' en 'het slechte'. De goede soort is HDL-cholesterol. Deze verwijdert het teveel aan cholesterol uit het bloed en de vaatwanden. De slechte cholesterolsoort noemt men LDL-cholesterol. Deze soort kan zich ophopen aan de binnenkant van de bloedvaten, waardoor uiteindelijk hart- en vaatziekten kunnen ontstaan. Wanneer men spreekt over een verhoogd cholesterolgehalte wordt meestal het LDL-cholesterol bedoeld.
Cholesterol heb je nodig…
Zonder cholesterol kan de mens niet leven, omdat het lichaam cholesterol nodig heeft voor de opbouw van bepaalde lichaamscellen, hormonen en voor de spijsvertering. Maar een teveel aan LDL-cholesterol in het bloed is juist weer slecht voor de gezondheid. Het teveel aan cholesterol kan zich ophopen in de wanden van de bloedvaten, waardoor deze dichtslibben. Hierdoor kunnen uiteindelijk hart- en vaatziekten ontstaan.
Cholesterol en vet in de voeding
We eten nog altijd te veel vet. Bovendien is de keuze uit vetsoorten belangrijk. Onverzadigde vetten zijn gunstiger voor het lichaam dan verzadigde. De gemiddelde Nederlander eet ongeveer 90 gram vet per dag. Dit is te veel. We zouden gemiddeld aan ongeveer 80 gram per dag voldoende hebben. Het is dus belangrijk om de totale hoeveelheid vet in de voeding te verminderen. We kunnen echter niet buiten vet. Met vet krijgen we belangrijke voedingsstoffen binnen zoals in vetoplosbare vitamines (vitamine A,D,E en K) en vetzuren die het lichaam niet zelf kan maken (o.a. linolzuur).
Waar zit vet in?
Vet krijgen we binnen met vlees, vleeswaren, vetten en olien, hartige sauzen en melk- en melkproducten. Maar vergeet ook het 'verborgen vet' niet. Hiermee bedoelen we het vet in koekjes, gebak, noten, zaden en allerlei snacks. Als je het vet in alle tussendoortjes op een dag bij elkaar zou optellen, zou u wel eens kunnen schrikken hoeveel vet je daarmee binnenkrijgt.
Onverzadigd vet is gunstiger
Behalve de totale hoeveelheid vet in de voeding is ook de vetsoort belangrijk. Inmiddels is in de media veel aandacht besteed aan de onverzadigd vet, vet bestaande uit onverzadigde vetzuren. Deze zijn gunstiger voor het lichaam, omdat ze het cholesterolgehalte in het bloed verlagen. Maar wat zijn nu eigenlijk onverzadigde vetzuren?
De verdeling verzadigde en onverzadigde vetzuren heeft te maken met de scheikundige formule van de vetsoorten. Onverzadigde vetzuren komen vooral voor in plantaardige oli?n, dieetmargarines, vette vissoorten en noten. Verzadigde vetten zitten vooral in vet vlees, volvette kaas, roomboter, bak- en braadvet, frituurvet en slagroom. Ook het vet in koek, gebak, chips en chocolade is voornamelijk verzadigd vet.
Het lichaam heeft cholesterol nodig voor het zenuwstelsel en voor het aanmaken van bepaalde hormonen. Produkten die veel cholesterol bevatten, zijn eidooier, garnalen, roomboter, slagroom en orgaanvlees. Een te hoog cholesterolgehalte in het bloed komt niet zozeer door het eten van veel cholesterol, maar meer door het eten van te veel vet, vooral verzadigd vet. Om het cholesterolgehalte van het bloed te be?nvloeden is het dus belangrijker te letten op de hoeveelheid verzadigd vet in de voeding. Een cholesterolrijk produkt op het menu kan dus best af en toe.
Minder vet, maar hoe?
Om de totale hoeveelheid vet in de voeding omlaag te brengen, is het beter te kiezen voor minder vette produkten, dus bijvoorbeeld magere vleessoorten, halfvolle of magere melk en melkprodukten en minder vette kaas. Ook vis heeft een gunstige vetsamenstelling.
Bij melk- en melkprodukten kunt u kiezen voor minder vette en magere varianten, zoals halfvolle of magere melk, karnemelk, magere yoghurt, magere kwark, halfvolle koffiemelk en slankroom. En bij kaassoorten kunt u kiezen uit 20+ en 30+ kaas. Ook zijn kaasachtige produkten te koop waarin meer onverzadigd vet zit, zoals Trenta, Becel Goud en Becel broodbeleg.
Verder zijn zogenaamde 'light'-produkten te koop. Voor vette produkten betekent dit dat er een derde minder vet inzit dan in een vergelijkbaar produkt. Light-kaas bevat bijvoorbeeld minder vet dan volvette kaas en light-chocolademelk is minder vet dan volle chocolademelk.
Margarine en halvarine
In halvarine zit de helft minder vet dan in roomboter en margarine. Als de term 'plantaardig' op de verpakking staat, zegt dit niets over de hoeveelheid onverzadigd vet. Tijdens de fabricage wordt margarine 'gehard' om te worden verpakt in een pakje. Hierdoor veranderen de vetzuren van onverzadigde naar verzadigde vetzuren. Plantaardig zegt dus niet automatisch iets over de vetsoort. Op de verpakking moet duidelijk staan dat de margarine of halvarine bestaat uit 40% of 60% onverzadigde vetzuren. Margarine en halvarine met meer dan 60% meervoudige onverzadigde vetzuren worden respectieveljk dieetmargarine en dieethalvarine genoemd. Deze produkten passen in een cholesterolverlagend dieet.
Verhoogd cholesterol en de gevolgen
Een verhoogd cholesterol gehalte van het bloed is een risicofactor voor het sneller optreden van hart- en vaatziekten. Cholesterol wordt in het bloed in bepaalde vetdeeltjes vervoerd. In deze vetbolletjes zijn naast cholesterol ook andere vetten, zoals triglyceriden, aanwezig. De diverse vetbolletjes verschillen enigszins in samenstelling en functie, en de plaats van het lichaam waar zij worden gemaakt.
Slagaderverkalking
Cholesterol is een vetachtige stof die door de lever zelf wordt aangemaakt en daarnaast door het lichaam wordt opgenomen uit voedsel. Vaak wordt gesproken over twee soorten cholesterol: 'het goede' en 'het slechte'. De goede soort is HDL-cholesterol. Deze verwijdert het teveel aan cholesterol uit het bloed en de vaatwanden. De slechte cholesterolsoort noemt men LDL-cholesterol. Deze soort kan zich ophopen aan de binnenkant van de bloedvaten, waardoor uiteindelijk hart- en vaatziekten kunnen ontstaan. Wanneer men spreekt over een verhoogd cholesterolgehalte wordt meestal het LDL-cholesterol bedoeld.
Bij het ontstaan van slagaderverkalking spelen 2 soorten vetdeeltjes een rol. De eerste soort zijn de LDL-deeltjes: deze deeltjes bevatten een grote hoeveelheid cholesterol. Wanneer zij in een overmaat aanwezig zijn, dan kunnen zij zich nestelen in de wand van grotere bloedvaten, en op deze wijze deze bloedvaten vernauwen. De LDL-bolletjes zijn dus de 'kwaaie' vetdeeltjes. Daarnaast zijn er HDL-deeltjes: deze bevatten ook wat cholesterol en zijn juist in staat om cholesterol, dat ergens is opgehoopt, weer te verwijderen. Het zijn de schoonmakers in cholesterol-land. HDL-deeltjes gaan dus slagaderverkalking tegen.
Het cholesterol-gehalte in het bloed wordt dus vooral bepaald door deze 2 deeltjes. Erfelijke aanleg, de hoeveelheid vet in de voeding, alcoholgebruik, gebruik van medicijnen, mate van lichaamsbeweging en gewicht zijn alle van invloed op het cholesterol gehalte. Bij bepaalde aandoeningen, en diabetes is er daar voorbeeld van, komt vaker een verhoogd (LDL)-cholesterol gehalte voor. Ook zijn in zo'n geval de beschermende HDL-deeltjes minder aanwezig.
Erfelijk verhoogd cholesterol
In Nederland zijn er ruim 1 miljoen mensen een veel te hoog cholesterolniveau, en een kwart van de bevolking zit boven de 6,5 mmol/l. Normaal is overigens een cholesterol gehalte van rond de 5,0 mmol/l. Voedingsgewoonten of andere ziekten als diabetes spelen vaak een rol. Slechts gemiddeld 1 op de 10 mensen met een verhoogd cholesterol heeft dat op basis van een erfelijke oorzaak.
Via laboratorium- en familieonderzoek is het mogelijk om na te gaan of er sprake is van erfelijk verhoogd cholesterol gehalte.
Wat zijn hart en vaatziekten en hoe ontstaan ze?
Hart- en vaatziekten worden veelal veroorzaakt door het dichtslibben van bloedvaten. Dat dichtslibben komt doordat LDL-cholesterol zich hecht aan de wand van het bloedvat. Deze aandoening heet atherosclerose (aderverkalking). Op de wand van de bloedvaten vormt zich dan een gele brij van vetten (onder andere cholesterol), kalkneerslag en bloedresten.
Zuurstoftekort en pijn in de hartstreek
Door de vernauwing van de bloedvaten komt er te weinig zuurstof bij de organen waar de bloedvaten naar toe lopen. Het is extra vervelend als zo'n vernauwing ontstaat in de bloedvaten die het hart van zuurstof en energie voorzien; dit zijn de kransslagaders. Als door vernauwing van de kransslagaders in het hart geleidelijk een zuurstoftekort ontstaat, geeft dit pijn in de hartstreek. Men spreekt dan van angina pectoris, ook wel hartkramp genoemd.
Sterke vernauwing: voorbode van hartinfarct
Soms neemt het zuurstoftekort in het hart in korte tijd snel in ernst toe; dat kan een voorbode zijn van een hartinfarct. In sommige gevallen kan een dotter-behandeling de vernauwing in de kransslagaders verhelpen. De vernauwde slagader wordt wijder gemaakt door hem even op te rekken met een ballonkatheter. In andere gevallen kan een by-pass operatie nodig zijn, een omleidingsoperatie waarbij een nieuw stukje ader, meestal genomen uit een beenader van de pati?nt, wordt aangelegd om een afgesloten of sterk vernauwde kransslagader kort te sluiten. Wordt een kransslagader vrij plotseling afgesloten doordat een vernauwing opeens een verstopping wordt, dan spreekt men van een hartinfarct. Het hartweefsel sterft bij gebrek aan zuurstof heel snel af, vandaar dat in zo'n situatie elke seconde telt.
Bloedpropje in vernauwing
Ook als er vernauwingen optreden in de bloedvaten naar de hersenen kan er een gevaarlijke situatie onstaan. In zo'n vernauwing kan een bloedpropje vast komen te zitten en een herseninfarct (beroerte) veroorzaken. De verstoring in de doorbloeding van het hersenweefsel heeft dan het tijdelijk of permanent uitvallen van een deel van de hersenwerking tot gevolg.
Diabetes Mellitus (suikerziekte)
Mensen met diabetes hebben een vergrote kans hart- en vaatziekten te krijgen. Bij mensen met type 2 diabetes, de vorm die op latere leeftijd ontstaat, is vaak sprake van een verlaagd HDL-cholesterolgehalte en in veel gevallen ook een verhoogd LDL-cholesterolgehalte. Het LDL-cholesterol is bij deze mensen extra schadelijk omdat het gemakkelijk in de vaatwand wordt opgenomen. Dus hoe lager het LDL-cholesterolgehalte, hoe beter! In tegenstelling tot mensen met diabetes type 1 worden de afwijkingen in het cholesterolgehalte zelden voldoende verholpen door het verlagen van een te hoog bloedglucosegehalte (bloedsuikergehalte). Vaak zijn bij deze mensen cholesterolverlagende medicijnen noodzakelijk.
.
Waar zou je op moeten letten:
Probeer gevarieerd te eten
Gebruik zo min mogelijk verzadigde vetten
Eet veel groente en fruit
Veel zetmeel en voedingsvezels (brood, aardappelen, pasta's)
Matig met suiker en zout
Zorg voor voldoende vocht (minimaal 1,5 liter per dag)
Eet tweemaal per week een portie (vette) vis
Dit lijken op het eerste gezicht misschien een hoop spelregels, maar als je bedenkt dat een verzadigd vet- en cholesterolarm menu over het algemeen al na korte tijd een daling van het cholesterolgehalte oplevert van 10 tot 15%, is het absoluut de moeite waard.
.
Leefgewoonten
Ook leefgewoonten kunnen van invloed zijn op het cholesterolgehalte. Zorg daarom voor voldoende lichaamsbeweging, wees matig met (verzadigd) vet, probeer te stoppen met roken, wees matig met alcohol en vermijd overmatige stress.
Medicijnen
Medicijnen worden meestal voorgeschreven wanneer het cholesterolgehalte na verandering van leefwijze niet voldoende daalt, of bij mensen met een erfelijk verhoogd cholesterolgehalte of mensen met een duidelijk verhoogd risico op hart- en vaatziekten, bijvoorbeeld als er sprake is van meerdere risicofactoren. In Nederland hebben zo'n 3 miljoen mensen een verhoogd cholesterolgehalte (>6,5 mmol/l). Circa 50% van deze mensen kan baat hebben bij medicijnen. Omdat men hiervan vaak niet op de hoogte is, wordt slechts 10% van hen daadwerkelijk met medicijnen behandeld.
Cholesterol en bewegen
Het is tegenwoordig trend om een gezonde levensstijl te hebben. In Amerika is het zelfs een ware hype. Maar ook in Nederland wordt men zich steeds meer bewust van de gevaren die een ongezonde levensstijl met zich meebrengen. Denk maar eens aan cholesterol. Je hoort er veel over, maar wat is het eigenlijk? Wat zijn de oorzaken en gevolgen van een te hoog cholesterol? En als je eenmaal een te hoog cholesterol hebt wat kun je daar dan aan doen?
Het cholesterolgehalte verlagen o.a. door meer te bewegen
Met gevarieerd eten en matig met vet kan het cholesterolgehalte met 10-15% worden verlaagd. Ook afvallen bij overgewicht heeft een gunstig effect op het cholesterol- gehalte in het bloed.
Regelmatig bewegen (een half uur per dag matig intensief) is goed voor de gezondheid. Matig intensief betekent bijvoorbeeld wandelen met een snelheid van ongeveer 4 - 5 km/uur of fietsen met 12-16 km/uur.
De kans op bijvoorbeeld overgewicht en suikerziekte wordt daarmee kleiner. Met name de combinatie afvallen en meer bewegen leidt tot een forse daling van het cholesterol. Beweegt u voldoende, dan daalt het totale cholesterolgehalte. Het overblijvende cholesterol is verhoudingsgewijs meer van het goede soort. Meer bewegen verhoogd het gunstige HDL-cholesterolgehalte in het bloed.
Bewegen levert voor zeer veel mensen een positieve bijdrage aan de gezondheid maar betekent wel iedere dag actief zijn. Elke dag minstens een half uur inspannen is het streven. Een verhoogde hartslag en zweetdruppels horen daarbij.
Handige opties
- Werkstukken over:Cholesterol, en de gevolgen ervan