Samenvatting: Hs 2.2
ANW, scala, Hs 2.2
! Bron 1 !
Bacteri?n begonnen 2.5 miljard jaar geleden al met fotosynthese. Vanaf het Carboon tijdperk (350 miljoen jaar geleden) ging het hard.
Kringloop van levens is oorzaak dat zuurstof en co2 concentratie de waarde behouden die het meest geschikt is voor leven. Daardoor blijft ook de temp. Constant.
Co2 is een broeikasgas
Zuurstof in de bovenste laag van de atmosfeer werd gedeeltelijk omgezet in Ozon, die hield gevaarlijke straling tegen waardoor leven op land mogelijk werd.
Eerst kwamen er amfibie?n en reptielen daarna warmbloedige dieren, daarna vogels en zoogdieren en 5 miljoen jaar geleden de mens.
! Bron 4 !
Het leven reguleert zichzelf -> het leven paste zich aan de omstandigheden aan en op zijn beurt maakte het leven de omstandigheden.
Gaia (hypothese theorie) (moeder aarde) bedacht door James Lovelock (1979)
Ze staat voor een manier van denken waarbij de aarde als een zelfregulerend ding wordt gezien. Het leven houdt de aarde leefbaar.
Gaia kan niet bewezen worden, want ze kunnen moeilijk de hele aarde gaan verwarmen of een diersoort uitroeien.
500000 jaar geleden de overgang tussen homo erectus en homo sapiens (moderne mens)
Hij gebruikt de natuur op ene manier die hem bevalt. Met het risico het natuurlijke evenwicht te verstoren.
! Bron 8 !
Al in het stenen tijdperk maakten we dingen die het leven be?nvloeden.
10000 tot 5000 jaar v Chr. Ging de mens dieren en akkers voor landbouw onderhouden. Jagers en verzamelaars kenden de planten en dieren, wisten wat eetbaar was en wat als medicijn kon dienen.
3engergiebronnen -> zonne-energie, vuur en hun eigen spierkracht.
Ze gebruikten de natuur maar schaadden hem in beperkte mate. Toch zijn er door hun plant- en diersoorten verdwenen.
Eerste boeren zeer nauwe maar andere band met de natuur. Ze verbouwden voedsel. Wilde planten en dieren werden minde gebruikt. Tarwe, gerst, peulvruchten en vlas werden verbouwd. Schapen leverden wol.
Oogst mislukt -> honger -> ziekten
Nieuwe energiebron: spierkracht van huisdieren
Werktuigen van tin, koper, erts en brons. Na brons kwam ijzer ( 700 v Chr.)
Vruchtbare bodem door platbranden bossen. Door overgang kon de mens in aantal toenemen.
Soms overschotten landbouw die werden verkocht -> steden
Stedelingen naast voedsel ook hout en turf nodig. Producten van handwerklieden voorzagen in behoefte van boeren
Veel soorten dieren en planten verdwenen door kap van bossen.
Uitvoer voedsel en hout naar steden doorbrak natuurlijke kringloop van stoffen.
Vraag naar metalen nam toe. Mijnen zorgden ervoor dat land en water werden aangetast.
Hygi?nische omstandigheden in stad waren slecht. In 1350 stierf een kwart van de Europese bevolking aan de pest.
Tot 18e eeuw leefde men volgens zelfde patroon.
Productieprocessen verder grootschalig huisnijverheid verdween -> fabrieken = industri?le revolutie.
James Watt (1776) stoommachine.
De mens was van hernieuwbare bronnen overgestapt op niet-hernieuwbare bronnen -> steenkool, aardolie, aardgas.
Transport via stoomboten en stoomtreinen -> steden groeiden. As en roet bedekten bomen en huizen -> mensen kregen longklachten.
Omwentelingdoor IR. Concurrentie telefoon, motoren en elektriciteit veel invloed.
IR ook:
- sociaal trek platteland naar steden
Fabrieken ipv huisnijverheid/boerderij
Later: vakbonden, kiesrecht
- economisch stijging productie en handel
Handel over grote afstanden
Rationalisering, effici?ntie
Scherpconcurrentie.
Natuurwetenschappen-> kennis leverancier om techniek -> technologie.
17e eeuw niet alleen ?waarom? maar ook ?hoe?
?Keken met wiskundig oog naar de natuur?(Galileo Galilei 1564-1642) -> boek van natuur in wiskundige taal geschreven.
Waarnemingen experimenten.
?Onderwerp de natuur door haar te gehoorzamen?(Francis Bacon 1561-1626) -> wetenschap de natuur met haar natuurwetten moet leren kennen om er de macht over te krijgen.
(HJ Broers voordelen frisse lucht.)
Antoine Laurent Lavoisier -> vader van de moderne scheikunde had aangetoond dat er per persoon een hoeveelheid lucht nodig is.
Samengaan van natuur+scheikunde en geneeskunde nieuwe theorie?n maar nog geen praktijk.-> Later wel vooruitgang in de geneeskunde.
Er waren geen hygi?ne regels voor eten en drinken.
19e eeuw positieve kant van machine-> paradijs. Negatieve kant -> mens gevangene van machine.
Vooruitgangsoptimisme en reactie daarop:
Wetenschap en techniek mens als slaaf van machine
kunnen alles oplossen
! bron 18 !
! Bron 1 !
Bacteri?n begonnen 2.5 miljard jaar geleden al met fotosynthese. Vanaf het Carboon tijdperk (350 miljoen jaar geleden) ging het hard.
Kringloop van levens is oorzaak dat zuurstof en co2 concentratie de waarde behouden die het meest geschikt is voor leven. Daardoor blijft ook de temp. Constant.
Co2 is een broeikasgas
Zuurstof in de bovenste laag van de atmosfeer werd gedeeltelijk omgezet in Ozon, die hield gevaarlijke straling tegen waardoor leven op land mogelijk werd.
Eerst kwamen er amfibie?n en reptielen daarna warmbloedige dieren, daarna vogels en zoogdieren en 5 miljoen jaar geleden de mens.
! Bron 4 !
Het leven reguleert zichzelf -> het leven paste zich aan de omstandigheden aan en op zijn beurt maakte het leven de omstandigheden.
Gaia (hypothese theorie) (moeder aarde) bedacht door James Lovelock (1979)
Ze staat voor een manier van denken waarbij de aarde als een zelfregulerend ding wordt gezien. Het leven houdt de aarde leefbaar.
Gaia kan niet bewezen worden, want ze kunnen moeilijk de hele aarde gaan verwarmen of een diersoort uitroeien.
500000 jaar geleden de overgang tussen homo erectus en homo sapiens (moderne mens)
Hij gebruikt de natuur op ene manier die hem bevalt. Met het risico het natuurlijke evenwicht te verstoren.
! Bron 8 !
Al in het stenen tijdperk maakten we dingen die het leven be?nvloeden.
10000 tot 5000 jaar v Chr. Ging de mens dieren en akkers voor landbouw onderhouden. Jagers en verzamelaars kenden de planten en dieren, wisten wat eetbaar was en wat als medicijn kon dienen.
3engergiebronnen -> zonne-energie, vuur en hun eigen spierkracht.
Ze gebruikten de natuur maar schaadden hem in beperkte mate. Toch zijn er door hun plant- en diersoorten verdwenen.
Eerste boeren zeer nauwe maar andere band met de natuur. Ze verbouwden voedsel. Wilde planten en dieren werden minde gebruikt. Tarwe, gerst, peulvruchten en vlas werden verbouwd. Schapen leverden wol.
Oogst mislukt -> honger -> ziekten
Nieuwe energiebron: spierkracht van huisdieren
Werktuigen van tin, koper, erts en brons. Na brons kwam ijzer ( 700 v Chr.)
Vruchtbare bodem door platbranden bossen. Door overgang kon de mens in aantal toenemen.
Soms overschotten landbouw die werden verkocht -> steden
Stedelingen naast voedsel ook hout en turf nodig. Producten van handwerklieden voorzagen in behoefte van boeren
Veel soorten dieren en planten verdwenen door kap van bossen.
Uitvoer voedsel en hout naar steden doorbrak natuurlijke kringloop van stoffen.
Vraag naar metalen nam toe. Mijnen zorgden ervoor dat land en water werden aangetast.
Hygi?nische omstandigheden in stad waren slecht. In 1350 stierf een kwart van de Europese bevolking aan de pest.
Tot 18e eeuw leefde men volgens zelfde patroon.
Productieprocessen verder grootschalig huisnijverheid verdween -> fabrieken = industri?le revolutie.
James Watt (1776) stoommachine.
De mens was van hernieuwbare bronnen overgestapt op niet-hernieuwbare bronnen -> steenkool, aardolie, aardgas.
Transport via stoomboten en stoomtreinen -> steden groeiden. As en roet bedekten bomen en huizen -> mensen kregen longklachten.
Omwentelingdoor IR. Concurrentie telefoon, motoren en elektriciteit veel invloed.
IR ook:
- sociaal trek platteland naar steden
Fabrieken ipv huisnijverheid/boerderij
Later: vakbonden, kiesrecht
- economisch stijging productie en handel
Handel over grote afstanden
Rationalisering, effici?ntie
Scherpconcurrentie.
Natuurwetenschappen-> kennis leverancier om techniek -> technologie.
17e eeuw niet alleen ?waarom? maar ook ?hoe?
?Keken met wiskundig oog naar de natuur?(Galileo Galilei 1564-1642) -> boek van natuur in wiskundige taal geschreven.
Waarnemingen experimenten.
?Onderwerp de natuur door haar te gehoorzamen?(Francis Bacon 1561-1626) -> wetenschap de natuur met haar natuurwetten moet leren kennen om er de macht over te krijgen.
(HJ Broers voordelen frisse lucht.)
Antoine Laurent Lavoisier -> vader van de moderne scheikunde had aangetoond dat er per persoon een hoeveelheid lucht nodig is.
Samengaan van natuur+scheikunde en geneeskunde nieuwe theorie?n maar nog geen praktijk.-> Later wel vooruitgang in de geneeskunde.
Er waren geen hygi?ne regels voor eten en drinken.
19e eeuw positieve kant van machine-> paradijs. Negatieve kant -> mens gevangene van machine.
Vooruitgangsoptimisme en reactie daarop:
Wetenschap en techniek mens als slaaf van machine
kunnen alles oplossen
! bron 18 !