Boekverslag: De Bezwering
Titel: De bezwering
Auteur: Tjibbe Veldkamp
Uitgever: Querido
Eerste persoonlijke reactie
Het leek me een heel erg leuk boek. Ik had de achterkant van het boek gelezen, en dat was wel een leuk stukje. Dus ben ik het boek gaan lezen. Maar ik vind het een erg raar boek, sommige stukjes snapte ik niet wat er nou eigenlijk gebeurt was. Heb het boek wel helemaal uitgelezen, om te kijken of er misschien op het einde duidelijkheid kwam. Maar dat was niet echt. Ik zou het boek niet nog een keer gaan lezen.
Samenvatting
Het verhaal gaat over een ik-persoon. De ik-persoon let heel erg veel op de dingen die gebeuren. En heeft het gevoel dat alles voorbestemt is. Als hij bijvoorbeeld een bladzijde leest, en het 2de woord minder dan 6 letters heeft, dan gebeurt er iets leuks die dag. Als het meer letters heeft, gaat er iets fouts, of is er iets gevaarlijks. Op een dag gaat de ik-persoon op vakantie naar een eiland met zijn ouders. Hij heeft het gevoel dat er op het eiland iets gevaarlijks is, maar hij weet niet wat, of wie. Eenmaal op het eiland zoekt hij heel de buurt af op zoek naar een schuilplaats. Hij vind een kuil in het topje van een duin, en maakt daar zijn eiland van. Als hij een beetje rond loopt hoort hij een groep kinderen spelen, hij gaat liggen en luistert ze af. Dan hoort hij iets achter hem en schrikt op. Dan ziet hij een meisje staan. Hij wilt haar aanraken, maar hij durft het niet. Hij rent weg. Dan weet hij wat het gevaar is op het eiland. Het gevaar is het meisje. Hij moet haar aanraken, dan is het gevaar voorbij. Elke dag gaat hij naar zijn schuilplaats. Waar hij dan heel de dag alleen speelt, en wacht op het meisje. Hij vertelt elke dag thuis, aan zijn ouders dat hij alle dagen aan zijn schuilplaats bouwt, en met zijn vriendjes speelt. Dan op een dag loopt hij op het eiland. En ziet hij het meisje zitten, hij gaat naar haar toe. Ze raken aan de praat, en ze is aardig. Hij moet haar aanraken. Ze gaat in een badje zitten, en hij moet haar nat spetteren, dan moet hij erin gaan, maar hij wilt het niet en gaat naar huis toe. Ze spreken af de volgende dag iets te gaan doen. Die avond is hij boos op zijn ouders, omdat hij nooit eens een geheim met zijn vader zal hebben, omdat zijn ouders alles vertellen aan elkaar. Dan besluit hij alles te zeggen. Dat is hun straf. Hij vertelt ze dat hij niet met vriendjes heeft gespeeld, dat hij heel alle dagen alleen is geweest. Zijn ouders schrikken hiervan, en zijn verdrietig. Maar dat vind hij niet erg, dat is hun straf. De volgende dag gaat hij naar het meisje toe, en hij raakt haar aan. Nu komt alles goed denkt hij, alles is nu voorbij, er is geen gevaar meer. Als hij thuis komt, merkt hij dat hij eigenlijk helemaal niet kan bepalen wat er gebeurt. Dat dingen nou eenmaal gebeuren, of hij het nou wilt of niet. Vanaf die dag laat hij dingen gebeuren, denkt niet meer na over hoe hij dingen moet doen, zodat er niks erg gebeurt. Hij laat alles maar gebeuren hoe het loopt.
Bespreking van een verhaalaspect
Personages:
er is maar 1 belangrijk personage is dit verhaal. dat is de ik-persoon. Je krijgt alles over hem te weten. Zijn gevoelens en gedachten. De andere personages doen wel mee, maar krijg je niks over te weten. Wel zijn die belangrijk omdat ze met de ik-persoon te maken hebben.
Vertelsituatie:
De vertelsituatie in dit verhaal is belangrijk. Omdat het in de ik-persoon vertelt wordt. Je komt alles over de ik-persoon te weten, niks over de gedachte van andere personages. Je weet niks meer dan de ik-persoon zelf.
Leeservaringen beschrijven
Onderwerp:
Het onderwerp leek me in het begin wel interessant, maar toen ik eenmaal het boek aan het lezen was, viel het erg tegen. Het verhaal verliep helemaal anders dan ik had verwacht. Het onderwerp word verassend uitgewerkt. ik heb nog nooit een ander boek gelezen, over dit onderwerp, en ik ben het ook niet van plan. Omdat ik er meer van verwacht had.
Gebeurtenissen:
Het verhaal bevat genoeg gebeurtenissen om je te blijven boeien, wel worden ze een beetje apart uitgewerkt. het tempo in het verhaal valt af en toe wel stil. Het verhaal draait om de gevoelens en gedachte van de ik-persoon. De gebeurtenissen zijn wel verassend en origineel, maar wel erg apart. Ik zou zelf de gebeurtenissen zelf niet mee willen maken, vind ik te raar.
Personages:
De hoofdpersoon is iemand die echt voor je gaat leven, doordat je alle gedachte en gevoelens van deze persoon krijgt te weten. Je kunt je niet helemaal goed inleven in deze persoon,omdat hij best rare, en aparte gedachtes heeft. Ik zou niet op de hoofdpersoon willen lijken, hij is mij een beetje te raar. De beslissingen die hij neemt, zijn dan ook weer apart. Alleen op het eind van het boek, word het een heel klein beetje normaler.
Bouw:
De gebeurtenissen volgen elkaar niet logisch op. Ze gaan allemaal door elkaar. Het verhaal is niet spannend opgebouwd. Er zit maar een verhaallijn in het verhaal. het verhaal bevat heel erg veel terugblikken, die maken het verhaal onnodig ingewikkeld. Het slot past opzich best wel bij het verhaal, maar is toch niet helemaal duidelijk.
Taalgebruik:
Het verhaal is lastig te lezen, er staan geen moeilijke woorden in, maar alles loopt heel erg veel door elkaar heen. De zinnen zelf zijn wel makkelijk te lezen. Het verhaal bevat veel beschrijvingen. Je komt zo veel te weten over hoe personages eruit zien, en hoe de omgeving eruit ziet. Er zitten niet erg veel dialogen in het verhaal, dat is wel jammer.
Informatie over de Auteur.
Tjibbe Veldkamp
1962
Op 19 oktober word ik geboren te Groningen.
1966-1988
Ik ga naar school en word wetenschapper.
1988
Iemand geeft me een schrift en zegt: 'Ga jij maar eens een kinderboek schrijven'.
Ik doe het niet.
1990
Ik denk: 'Toch eens proberen'.
1991
Met het verhaal een ober van niks doe ik mee aan een wedstrijd. Ik win en de prijs is dat het verhaal wordt uitgegeven als prentenboek met illustraties van Philip Hopman. Zo leer ik Philip kennen met wie ik nog veel boeken zal maken. En ik ontdek dat wat ik schrijf prentenboeken kunnen worden.
Een kort verhaal van mij (het gehuilde boek) komt in de Donald Duck.
1992
Met een bundeltje korte verhalen win ik het Hendrik de Vries Stipendium, een aanmoedingsprijs voor jonge schrijvers.
Een ober van niks komt uit.
1993
Ik ga voor de Disneytijdschriften werken, waar ik van alles schrijf voor de Donald Duck en de Disneyland. Boeken maken moet nu in mijn vrije tijd.
1995
Mijn tweede prentenboek met Philip Hopman, Temmer Tom, verschijnt. Als mij gevraagd wordt wat ik het mooiste boek van mezelf vind, zeg ik altijd: dit boek. Ik vind het leuk dat de dieren doen of ze meubels zijn.
De avonturen van Wilbur en Otje, mijn eerste verhalen voor iets oudere kinderen, verschijnen in het tijdschrift Bobo.
Ik begin me een beetje kinderboekenschrijver te voelen.
1998
Mijn eerste jeugdroman De Bezwering komt uit. Ik ben erg trots, vooral ook omdat het wel 96 bladzijden dik is.
22 wezen, een nieuw prentenboek met Philip, wordt in heel veel landen uitgegeven. Philip krijgt voor zijn illustraties een zilveren penseel.
2000
Ik vertrek bij de Disneyredactie. Vanaf nu leef ik van schrijven en vertalen! Brood kopen bij de bakker en dan betalen met geld dat ik heb verdiend met schrijven ik vind het geweldig.
2001
Ik krijg zomaar een Vlag en Wimpel van de Penseeljury voor De Lievelingstrui.
De VPRO zendt de avonturen van Wilbur en Otje uit op tv.
2002
Mijn tweede jeugdroman, De Lachaanval komt uit. Het boek speelt op mijn oude middelbare school. Veel van de grappen uit het boek zijn echt gebeurd. Ik ben alweer erg trots: het boek is nog dikker dan De Bezwering: 126 paginas!
2003
Ik maak voor het eerst een boek met Wouter Tulp, een jonge illustrator. Het boek heet Pieperds! en is eigenlijk een hoorspel. Alleen heeft niemand er nog een hoorspel van gemaakt (dus als je zin hebt...)
2004
Al een paar jaar zijn illustrator Kees de Boer en ik van plan een boek te maken. Eindelijk is het zover: Tim op de tegels verschijnt. Met Wouter Tulp maak ik Opscheppers.
2005
De samenwerking met Wouter Tulp en Kees de Boer bevalt erg goed, dus we werken lekker door. Met Wouter maak ik Piet en de piraten en met Kees Kleine Aaps Grote Plascircus. Kees en ik krijgen samen de kinderboekwinkelprijs voor Tim op de tegels. Het Woeste Woud maakt van het boek een animatiefilmpje voor tv.
2006
Na jaren verschijnt er weer een boek met Philip Hopman: Het papegaaienplan. Beetje moeilijk voor een prentenboek maar wel mooi! En na jaren verschijnt er weer eens een tienplus boek van mij: SMS. Daarnaast maak ik ook weer mijn jaarlijkse boek met Kees. Deze heet Na-apers.
2007
SMS krijg een Vlag & Wimpel van de Griffeljury, die ik meteen na de uitreiking weet te verliezen. Mocht je hem ergens zien... Voor het eerst schrijf ik een prentenboek voor Nicole de Cock. Erg leuk omdat de sfeer van haar werk afwijkt van die van de andere illustratoren met wie ik samenwerk.
2008
Dit belooft een mooi prentenboekenjaar te worden. Gepland staan boeken met Kees de Boer (Agent en boef), met Wouter Tulp (De coole cowboy), met No?lle Smit (Hotze de Botskabouter) en dan is er ook nog een boek met Marijke Klompmaker (Wout wil niet). Ik ben benieuwd.
Auteur: Tjibbe Veldkamp
Uitgever: Querido
Eerste persoonlijke reactie
Het leek me een heel erg leuk boek. Ik had de achterkant van het boek gelezen, en dat was wel een leuk stukje. Dus ben ik het boek gaan lezen. Maar ik vind het een erg raar boek, sommige stukjes snapte ik niet wat er nou eigenlijk gebeurt was. Heb het boek wel helemaal uitgelezen, om te kijken of er misschien op het einde duidelijkheid kwam. Maar dat was niet echt. Ik zou het boek niet nog een keer gaan lezen.
Samenvatting
Het verhaal gaat over een ik-persoon. De ik-persoon let heel erg veel op de dingen die gebeuren. En heeft het gevoel dat alles voorbestemt is. Als hij bijvoorbeeld een bladzijde leest, en het 2de woord minder dan 6 letters heeft, dan gebeurt er iets leuks die dag. Als het meer letters heeft, gaat er iets fouts, of is er iets gevaarlijks. Op een dag gaat de ik-persoon op vakantie naar een eiland met zijn ouders. Hij heeft het gevoel dat er op het eiland iets gevaarlijks is, maar hij weet niet wat, of wie. Eenmaal op het eiland zoekt hij heel de buurt af op zoek naar een schuilplaats. Hij vind een kuil in het topje van een duin, en maakt daar zijn eiland van. Als hij een beetje rond loopt hoort hij een groep kinderen spelen, hij gaat liggen en luistert ze af. Dan hoort hij iets achter hem en schrikt op. Dan ziet hij een meisje staan. Hij wilt haar aanraken, maar hij durft het niet. Hij rent weg. Dan weet hij wat het gevaar is op het eiland. Het gevaar is het meisje. Hij moet haar aanraken, dan is het gevaar voorbij. Elke dag gaat hij naar zijn schuilplaats. Waar hij dan heel de dag alleen speelt, en wacht op het meisje. Hij vertelt elke dag thuis, aan zijn ouders dat hij alle dagen aan zijn schuilplaats bouwt, en met zijn vriendjes speelt. Dan op een dag loopt hij op het eiland. En ziet hij het meisje zitten, hij gaat naar haar toe. Ze raken aan de praat, en ze is aardig. Hij moet haar aanraken. Ze gaat in een badje zitten, en hij moet haar nat spetteren, dan moet hij erin gaan, maar hij wilt het niet en gaat naar huis toe. Ze spreken af de volgende dag iets te gaan doen. Die avond is hij boos op zijn ouders, omdat hij nooit eens een geheim met zijn vader zal hebben, omdat zijn ouders alles vertellen aan elkaar. Dan besluit hij alles te zeggen. Dat is hun straf. Hij vertelt ze dat hij niet met vriendjes heeft gespeeld, dat hij heel alle dagen alleen is geweest. Zijn ouders schrikken hiervan, en zijn verdrietig. Maar dat vind hij niet erg, dat is hun straf. De volgende dag gaat hij naar het meisje toe, en hij raakt haar aan. Nu komt alles goed denkt hij, alles is nu voorbij, er is geen gevaar meer. Als hij thuis komt, merkt hij dat hij eigenlijk helemaal niet kan bepalen wat er gebeurt. Dat dingen nou eenmaal gebeuren, of hij het nou wilt of niet. Vanaf die dag laat hij dingen gebeuren, denkt niet meer na over hoe hij dingen moet doen, zodat er niks erg gebeurt. Hij laat alles maar gebeuren hoe het loopt.
Bespreking van een verhaalaspect
Personages:
er is maar 1 belangrijk personage is dit verhaal. dat is de ik-persoon. Je krijgt alles over hem te weten. Zijn gevoelens en gedachten. De andere personages doen wel mee, maar krijg je niks over te weten. Wel zijn die belangrijk omdat ze met de ik-persoon te maken hebben.
Vertelsituatie:
De vertelsituatie in dit verhaal is belangrijk. Omdat het in de ik-persoon vertelt wordt. Je komt alles over de ik-persoon te weten, niks over de gedachte van andere personages. Je weet niks meer dan de ik-persoon zelf.
Leeservaringen beschrijven
Onderwerp:
Het onderwerp leek me in het begin wel interessant, maar toen ik eenmaal het boek aan het lezen was, viel het erg tegen. Het verhaal verliep helemaal anders dan ik had verwacht. Het onderwerp word verassend uitgewerkt. ik heb nog nooit een ander boek gelezen, over dit onderwerp, en ik ben het ook niet van plan. Omdat ik er meer van verwacht had.
Gebeurtenissen:
Het verhaal bevat genoeg gebeurtenissen om je te blijven boeien, wel worden ze een beetje apart uitgewerkt. het tempo in het verhaal valt af en toe wel stil. Het verhaal draait om de gevoelens en gedachte van de ik-persoon. De gebeurtenissen zijn wel verassend en origineel, maar wel erg apart. Ik zou zelf de gebeurtenissen zelf niet mee willen maken, vind ik te raar.
Personages:
De hoofdpersoon is iemand die echt voor je gaat leven, doordat je alle gedachte en gevoelens van deze persoon krijgt te weten. Je kunt je niet helemaal goed inleven in deze persoon,omdat hij best rare, en aparte gedachtes heeft. Ik zou niet op de hoofdpersoon willen lijken, hij is mij een beetje te raar. De beslissingen die hij neemt, zijn dan ook weer apart. Alleen op het eind van het boek, word het een heel klein beetje normaler.
Bouw:
De gebeurtenissen volgen elkaar niet logisch op. Ze gaan allemaal door elkaar. Het verhaal is niet spannend opgebouwd. Er zit maar een verhaallijn in het verhaal. het verhaal bevat heel erg veel terugblikken, die maken het verhaal onnodig ingewikkeld. Het slot past opzich best wel bij het verhaal, maar is toch niet helemaal duidelijk.
Taalgebruik:
Het verhaal is lastig te lezen, er staan geen moeilijke woorden in, maar alles loopt heel erg veel door elkaar heen. De zinnen zelf zijn wel makkelijk te lezen. Het verhaal bevat veel beschrijvingen. Je komt zo veel te weten over hoe personages eruit zien, en hoe de omgeving eruit ziet. Er zitten niet erg veel dialogen in het verhaal, dat is wel jammer.
Informatie over de Auteur.
Tjibbe Veldkamp
1962
Op 19 oktober word ik geboren te Groningen.
1966-1988
Ik ga naar school en word wetenschapper.
1988
Iemand geeft me een schrift en zegt: 'Ga jij maar eens een kinderboek schrijven'.
Ik doe het niet.
1990
Ik denk: 'Toch eens proberen'.
1991
Met het verhaal een ober van niks doe ik mee aan een wedstrijd. Ik win en de prijs is dat het verhaal wordt uitgegeven als prentenboek met illustraties van Philip Hopman. Zo leer ik Philip kennen met wie ik nog veel boeken zal maken. En ik ontdek dat wat ik schrijf prentenboeken kunnen worden.
Een kort verhaal van mij (het gehuilde boek) komt in de Donald Duck.
1992
Met een bundeltje korte verhalen win ik het Hendrik de Vries Stipendium, een aanmoedingsprijs voor jonge schrijvers.
Een ober van niks komt uit.
1993
Ik ga voor de Disneytijdschriften werken, waar ik van alles schrijf voor de Donald Duck en de Disneyland. Boeken maken moet nu in mijn vrije tijd.
1995
Mijn tweede prentenboek met Philip Hopman, Temmer Tom, verschijnt. Als mij gevraagd wordt wat ik het mooiste boek van mezelf vind, zeg ik altijd: dit boek. Ik vind het leuk dat de dieren doen of ze meubels zijn.
De avonturen van Wilbur en Otje, mijn eerste verhalen voor iets oudere kinderen, verschijnen in het tijdschrift Bobo.
Ik begin me een beetje kinderboekenschrijver te voelen.
1998
Mijn eerste jeugdroman De Bezwering komt uit. Ik ben erg trots, vooral ook omdat het wel 96 bladzijden dik is.
22 wezen, een nieuw prentenboek met Philip, wordt in heel veel landen uitgegeven. Philip krijgt voor zijn illustraties een zilveren penseel.
2000
Ik vertrek bij de Disneyredactie. Vanaf nu leef ik van schrijven en vertalen! Brood kopen bij de bakker en dan betalen met geld dat ik heb verdiend met schrijven ik vind het geweldig.
2001
Ik krijg zomaar een Vlag en Wimpel van de Penseeljury voor De Lievelingstrui.
De VPRO zendt de avonturen van Wilbur en Otje uit op tv.
2002
Mijn tweede jeugdroman, De Lachaanval komt uit. Het boek speelt op mijn oude middelbare school. Veel van de grappen uit het boek zijn echt gebeurd. Ik ben alweer erg trots: het boek is nog dikker dan De Bezwering: 126 paginas!
2003
Ik maak voor het eerst een boek met Wouter Tulp, een jonge illustrator. Het boek heet Pieperds! en is eigenlijk een hoorspel. Alleen heeft niemand er nog een hoorspel van gemaakt (dus als je zin hebt...)
2004
Al een paar jaar zijn illustrator Kees de Boer en ik van plan een boek te maken. Eindelijk is het zover: Tim op de tegels verschijnt. Met Wouter Tulp maak ik Opscheppers.
2005
De samenwerking met Wouter Tulp en Kees de Boer bevalt erg goed, dus we werken lekker door. Met Wouter maak ik Piet en de piraten en met Kees Kleine Aaps Grote Plascircus. Kees en ik krijgen samen de kinderboekwinkelprijs voor Tim op de tegels. Het Woeste Woud maakt van het boek een animatiefilmpje voor tv.
2006
Na jaren verschijnt er weer een boek met Philip Hopman: Het papegaaienplan. Beetje moeilijk voor een prentenboek maar wel mooi! En na jaren verschijnt er weer eens een tienplus boek van mij: SMS. Daarnaast maak ik ook weer mijn jaarlijkse boek met Kees. Deze heet Na-apers.
2007
SMS krijg een Vlag & Wimpel van de Griffeljury, die ik meteen na de uitreiking weet te verliezen. Mocht je hem ergens zien... Voor het eerst schrijf ik een prentenboek voor Nicole de Cock. Erg leuk omdat de sfeer van haar werk afwijkt van die van de andere illustratoren met wie ik samenwerk.
2008
Dit belooft een mooi prentenboekenjaar te worden. Gepland staan boeken met Kees de Boer (Agent en boef), met Wouter Tulp (De coole cowboy), met No?lle Smit (Hotze de Botskabouter) en dan is er ook nog een boek met Marijke Klompmaker (Wout wil niet). Ik ben benieuwd.
Boek informatie
- De Bezwering
- Tjibbe Veldkamp
- Nederlands
Handige opties
- Meer boeken van:Tjibbe Veldkamp